zondag 31 juli 2016

Little Women

'I like good strong words that mean something.' Zo. Wat een heerlijke entree van Katherine Hepburn. Dé ontdekking van Cukor straalde en schitterde meteen. Desnoods met opplak-snor en gitaar. Jo is als schrijver van de March family natuurlijk toch al het boeiendste karakter uit het epos. Little Women kun je een Amerikaanse 'ur'-tekst noemen. Het boek lijkt gemaakt voor het doek. De iconische Burgeroorlog als backdrop. Een superhecht jongedamesgezin. Vrome goedheid. Echt sentimenteel. En, zoals gezegd, dat alles met Jo in het middelpunt. Zo gaat ze op bezoek bij de steenrijke buren. Ze belandt in de hal. Een rijk gedecoreerd vol planten. Roept Jo: 'Christopher Columbus, what richness'! Ongefilterd als ze is, kan ze haar enthousiasme niet bedwingen. Doordat deze adaptatie het drama lange tijd onder de radar houdt, valt de afwezigheid van pa des te sterker op. Zelfs wanneer de man terugkeert, lijkt hij afwezig. Een interessant kantje, dat wellicht Jo's latere acties uit een vadercomplexje kan verklaren. Als een Frida Vogels avant la lettre worstelt ze met een leven in dienst van de kunst. Ze helpt zelf een grote liefde om zeep. Uit een bescheidenheid die naar arrogantie neigt. Eerlijk blijft ze wel. 'There, I've done my best. If that won't do, I'll have to wait until I can do better.' Voor mij de beste Cukor. Schoonheid in eenvoud.

Black Narcissus

'You're objectionable when you're sober and abominable when you're drunk!' De non roept dat wel streng, maar gelooft ze er zelf in? Ik dacht het niet. Daar verschijnt zelfs een druppel lust op haar lippen... Eén echte kerel laat brave harten op hol slaan. Het Archers-team maakte met Black Narcissus een heel aardige giallo-avant la lettre. Nonnen die naar sensuele lipstick grijpen! De setting is gepast erotisch. Een voormalig harem-huis in het verre India. Muurschilderingen met naakte deernen doen zelfs de kilste onder de vrouwen ontdooien. In het uiterst fraaie, Van Eyck-achtige openingsshot zien we de nonnen nog 'thuis'. De lijkbleke overste lijkt wel een marmeren standbeeld. Dan wordt de jonge en ambitieuze Deborah Kerr naar de Indiase outback verscheept. Vol ambitie gaat ze aan de slag met het 'nieuwe huis', maar ze heeft buiten 'de waard' gerekend. De verwilderde abominabele Europeaan doet in afzichtelijke ultrakorte broek verboden kloosterdromen ontvlammen. Ook de feminiene lokale prins (Sabu) helpt nog een handje. Hoewel het uiteindelijk allemaal heel 'beschaafd' blijft, dit zijn de jaren '40, suggereert de inderdaad 'glorieuze' technicolor meer dan genoeg. Vandaag is rood... De kleur van mijn lippen. Een lokale leider grapte het tijdens het intro al. 'Europeans eat sausages wherever they go.'

zaterdag 30 juli 2016

Silk Stockings

'Your attitude is typical of the male in capitalistic society.' Alweer een musical gebaseerd op een klassieke film. Het leidt aanvankelijk tot ergernis. Van Ninotchka blijf je af! Bovendien, hoe moet je in hemelsnaam Greta Garbo doen vergeten? Dan kunnen je teksten nog zo leuk zijn... De ijzeren tante bitste ze toch veel beter. Mamoulians musical-oplossing? Ondergoed en Fred Astaire. Jawel, de sexy geneugten van het Westen bevinden zich onder jarretel-gordels, en Astaire tovert ze tevoorschijn. Het begint allemaal met één stoel als danspartner. Magie in een meubelstuk. De Amerikaan in Parijs twijfelt geen moment als hij de gestaalde communiste ziet. Hij zal haar krijgen. Ook al wil zijn de Renault-fabrieken zien. Astaire toont haar wat een vrouw wérkelijk belangrijk moet vinden. Haar looks! In het begin stribbelt (Cyd Charisse) nog vermakelijk tegen. De verwijten vliegen in 't rond. Imperialistic! Capitalistic! Maar 'misogynistic' ontbreekt typisch genoeg. Zóveel gelijk mocht ze toch niet hebben van het scenario. Sterker nog... Even later zingt ze dronken van champagne: 'Without love, what is a woman? A pleasure unemployed.' In de marges van de film treffen we twee verrassende bekenden. Peter Lorre speelt een onooglijk en olijk Russisch kameraadje. En niemand minder dan Wim Sonneveld is er ook bij. Hij past zich zonder moeite an. Culturally appropriate.

Europa Europa

'Niet kruimelen, niet slurpen! Eert het Duitse brood.' Een onverbloemde flashback naar de middelbare. Tijdens de Duitse les keken we vooral films. Oorlogsfilms. Alsof het land werkelijk niets anders te bieden heeft... Wanneer de juf een les later vergeten was waar we waren gebleven, begonnen we gewoon opnieuw. Zo is dit allicht de derde keer dat ik Europa, Europa zag. Het levert een vreemd déjà vu gevoel op. Scenes die ik me totaal niet herinnerde, bleken plots heel bekend. Hoeveel beelden zitten er dan in een hoofd!? Een scene die me wél vooraf bij stond, duurt helemaal niet zo lang. De idiote ontmaagding van 'Hitlerjongen Salomon'. Die treinflits zal ongetwijfeld tot klas-lachsalvo's hebben geleid. Het wonderlijke verhaal over een joodse jongen die onder de nazi's vóór de nazi's schuilt, had door zulke piemelige details een Italiaanse farce kunnen zijn. De film schippert dankzij de bizarre feiten tussen gruwel en en een haast komische verbijstering. Solomon kán niet kapot. (Al mislukt zijn voorhuid-herstel...). Meestal raast de film de meer verstilde momenten subiet voorbij. Geen seconde respijt. Het korte moment van broederschap met de homoseksuele 'schauspieler', vergeet ik nu in elk geval niet meer. Vriendschap tegen ontworteling. 'Is het niet moeilijk iemand anders te spelen? Veel makkelijker dan jezelf.'

vrijdag 29 juli 2016

Midnight

'Go on, let's have a lovely scandal!' Doldwaze Parijse dagen met Claudette en co. Colbert weet wel raad met een vroeg screwball-scenario van Billy Wilder e.a. Heppie de peppie raast de 'carrièrevrouw' in dure karen langs de dure establishments van de hoofdstad. Piano-recital hier, potje kaarten daar. In het begin ziet er nog een stuk minder rooskleurig uit. Het regent dat het giet. Een krant dient tot hoed, nog vóór de nachtclub-adressen kunnen worden bekeken. Haar enige kompaan is een lid van de working class. Veel heeft deze Tibor Czerny niet nodig, zo verkondigt hij plechtig. Net een ironische held uit Szerbs Pendragonlegende. Perfect gekapt en besnord zet Don Ameche de tong in de wang. Hij houdt zich ook later in de film trouwens bezig met bijwerken van de wangen. Ondanks die cocky air, laat hij zich toch inpakken door het droommeisje. Maar ja, wie overkomt dat niet? Ook Midnight vindt de tijd voor Colberts 'undress' momentje, wanneer het Ritz met een bezoekje wordt vereerd. Dan heeft de schone dame de taxi-chauffeur allang gedumpt, voor mensen van hogere standing. 'Jacques' family makes a very superior income from a very inferior champagne.' Ook onder de rijken vindt ze fans. En die hebben elk zo hun eigen plannetjes. John Barrymore kan een verleidster goed gebruiken. Laat het decadente dansen beginnen! 'Oh, come on, everybody do la conga!'

Coal Miner's Daughter

'I never thought of ever leavin' Butcher Holler.' Het bijzondere leven van countryzangeres Loretta Lynn. Of preciezer. Haar bijzonder korte jeugd. Vanaf 13 Up was ze getrouwd, en 20 Up waren er al vele kids. Een filmwaardig bestaan, zo vond ook Apted. Een specialist in het volgen van levens. Toch blijft de bildung hier het best. Dat hoort nu eenmaal bij het biopic-genre. De kiem, daar willen we zijn. Kleine Loretta (Sissy Spacek) groeit op in een soort Harlan County. Moonshine, muziek en mijnen. Verlegen pa (Levon Helm) hosselt onder de grond. Ma versteld de broeken. Als de radio aan mág, klinkt er country. Een goede basis voor het Amerikaanse levenslied, waar de armoede een idylle wordt. Een dissonant verschijnt in de vorm van een moderne soldaat. Een jongen uit het oeuvre van JD Salinger. Net na D-Day valt de twintiger voor de Onschuld. Een dertienjarig muurbloempje dat van níets weet. De eerste nacht blijkt geen pretje. Maar Loretta leert bij. 'Well, I like my lovin' done country style'. Als Loretta genoeg gemoederd heeft, maakt echtgenoot weer een ander projectje van zijn jonge ding. De twee jakkeren in een auto langs de radiostations rond Nashville. Loretta babbelt en zingt erop los, en vindt en passant haar eigen girl power uit. Vrouwen wég van mijn man! In trauma's heeft de film geen zin. Ik dacht... Er komen wel pep-pillen. Maar neen. O sister where art thou.

donderdag 28 juli 2016

The King and I

Met vet accent: 'In foreign country is best you like everyone until you leave.' Een bekend verhaal. Anna en de koning van Siam. De kordate Westerlinge kwam de moderniteit brengen. In de jaren '30 al eens verfilmd. Die prent staat trouwens ook in de NY Times 1000 – ze krijgen er daar kennelijk geen genoeg van... Welke versie valt te verkiezen? Ik zou zeggen: toch deze musical, al is het maar voor de schitterende kleuren. Blauwe paleistuinen in de Thaise nacht. Rode waaiers, gouden pilaren. Een 'echt' sprookje. The King and I is zich gelukkig bewust van de eigen exotiserende blik. Zo wordt Anna's liefdesmoraal lichtjes op de hak genomen. De koning bezit een old skool harem, maar die 'enige ware' romantiek waarin Anne gelooft, helpt dat de boel vooruit? (De vrouw blijft een bloempje wachtend op de pluk...) Haar zoontje komt er trouwens ook heel bekaaid vanaf, dankzij mama's business! (Flauw...) Het ware entertainment verschijnt in een paar Max Havelaar-achtige meta-intermezzi. Twee lokalo's zingen het mooiste duet. En wat te denken van dé bizarre highlight van de film. 'I regret to present you, Simon Legree'. De negerhut van Oom Tom, in een Siamese uitvoering, met Broadway-mentaliteit. Dat is nog eens adapteren. Komt die Amerikaanse Burgeroorlog zelfs in Bangkok nog van pas. De koning blijft erin. 'Who can say what it is that makes a man die?'

Pelle Erobreren

De immigrantendroom. Altijd op weg naar beter. Een Zweedse vader en een zoon in hetzelfde schuitje. Door de mist richting haven. Ik speurde naar het Vrijheidsbeeld, terwijl de vader alvast over het droomland verhaalt. Wat de mensen er eten. (Veel!) Wat de kinderen er doen. (Niets!) Dan verschijnen de vlaggen. Ze zijn in Denemarken beland. Voor zijn immigrantendroom hoeft de eenvoudige Lasse Kallstrom uit Tommelila niet ver te reizen. En misschien is dat maar beter ook. Want dergelijke droombeelden van naties, ze blijken weer illusies. En dan treedt immigrantendroom 2.0 in werking. Zolang zoonlief Pelle het dan maar goed zal hebben, als gift van een arme man. Pelle begint nu zelf alvast maar van Amerika te dromen. Hun nieuwe leven op een Deense boerderij kent zijn momenten van muzikaliteit en vrijheid, maar het is toch vooral heel hard werken. Zo ruw als het meesterwerk The Tree of Wooden Clogs wordt het nooit, maar dat is nu echt zo'n film die je nooit meer óngezien krijgt. Het lijk in de klas vormt ook hier bovendien een krachtig moment van pijn, en een akelige voorafschaduwing bovendien. Bovenal is daar altijd de magistrale Max von Sydow, een kei als de doodsimpele ongeletterde stalknecht. Jandekiaans verslagen probeert hij zoon Pelle het weinige dat hij weet mee te geven. Tot hij zelf niks meer weet. 'Kunnen we hier niet blijven?'

woensdag 27 juli 2016

Night of the Living Dead

'You can be the boss down there, I'm boss up here.' Ik wil niet in elk Afro-Amerikaan een metafoor gaan zien, maar Night of the Living Dead profiteert er toch in hoge mate van. Dit is de nacht van de omkeringen. Een soort carnaval. De doden komen tot leven, blanke kantoorlui verstoppen zich met hun gezinnetjes in de kelder. En Ben, de 'neger'? Hij heeft de touwtjes in handen. Hij weet hoe het zit. 'With all of us working, we could fix this place up in no time.' Of zei iemand anders dat... Ik hoop van niet!. In de klassieke openingsscène valt een vroege zombie een sullig meisje en haar al even nerdy broer aan. Broer roept plagerig: 'He's coming to get you Barbra!' Het meisje vervalt in totale staat van apathie, waar zelfs de sterke handen van de nieuwe boss haar nauwelijks meer uit wakker kunnen schudden. (Hij doet meestal héél voorzichtig met ze.) De subversieve 'reign of terror' die Amerika op haar grondvesten schudt, beweegt zich intussen sloom. De mad men zijn een mash up van vele clichés. (Een deel kannibalisme, beetje outer space erbij). Echt eng worden ze nooit. Het knauwen aan botten vond ik nog het onsmakelijkst. Als meta-maatschappijkritiek blijft de film echter leuk. Black guy gets to shoot the wite man twice! En het einde is briljant. Als de morgen aanbreekt, wordt alles weer normaal. En normaal in Amerika... Dat lijkt me duidelijk. Realisme!

Mister Roberts

'I heard the news. The war was ending and I couldn't get to it.' Een oorlogsfilm zonder oorlog. Zo zie ik ze graag. Hoe minder er gebeurt, hoe beter. Het soldatenleven bestaat uit verveling. Dát aankunnen is ook een vorm van kracht. (Het wordt hier letterlijk gezegd.) Niet dat de film veel tijd maakt voor zulke 'Tartaarse' overpeinzingen. Hollywood draait hier een heel aangenaam rondje in de retro-carroussel. In de fifties verlangde men blijkbaar alweer naar vijftien jaar eerder. De oorlogsjaren kregen een gouden gloed. Toen stonden de neuzen nog dezelfde kant op, en voelde Hollywood zich belangrijk. Een indrukwekkend veteranenteam werd opgetrommeld voor een ode aan die films van weleer. Ford en LeRoy regisseerden samen. Cagney – lééfde die nog! – speelt de klassieke Charles Laughton-achtige rol als nukkige kapitein. Zelfs William Powell doet mee als 'de doc'. Maar het mooist is de titelrol voor de man met de goudbruine stem: Henry Fonda. Hij ziet er bijna Bogartesk afgepeigerd uit, en dat past precies. In de fifties konden oorlogsfilms een vleugje minder patriottisme bevatten, en een vleugje meer melancholie. De luitenant op een oorlogsschip dat nooit actie ziet, droomt van zelfdestructie. Meestal leidt ene Jack Lemmon 'm af met ouderwetse meligheid, maar zelfs Lemmon heeft 'm wel door. 'He was happy for a minute, did you hear him laughing?'

dinsdag 26 juli 2016

A Brighter Summer Day

Twee guitige mennekes in uniform koekeloeren vanaf een stellage naar de filmopnamen beneden. Hoeveel uren mag het duren? Vele, vele. Door de velden en de wijken van Taiwan anno jaren '50. Een eilandje met een boeiende geschiedenis. Na de overwinning van Mao werd Taiwan ineens overspoeld door 'mainlanders'. Gestaalde nationalisten die hun nederlaag der nederlagen hadden geleden. Nu zaten ze in alle opzichten verslagen op dat eilandje. Edward Yang focust op een van de overgestoken families. Al twaalf jaar daar, maar nog steeds die ontworteling. Waar horen ze? Ontsnappen aan het unheimische kent zijn terugkerende, akelig vaste patronen. Een dochter zoekt het in religie. Pa droomt vol vrouwonvriendelijkheden van vroeger. Velen van ver. (Amerika!) Het hoofdpersonage houdt het op de erecodes van de straatgang. Maar dan ben je al heel dicht bij gekte. De eerste helft van de film lijken de avonturen nog wel lief en nostalgisch. Ook in Taipei was de heupshake van Elvis groot! Zijn grootste fan zingt met koorknaapjes-stem The King. Maar halverwege het epos slaat de toon om. Een oude radio wordt een metafoor. Door de jongens uit elkaar gehaald, maar nét niet helemaal goed terug in elkaar gezet. Zie daar het leven van hun ouders in die moeizame re-constructie van China. En de jeugd lijdt nog het meest. Relaties verstrikt in een klamboenet.

The Pajama Game

'Hurry up, hurry up, can't waste time.' Een goudeerlijke kapitalistische musical. Galmen in de sweat shop, roffelend en tappend om die minieme loonsverhoging die een mens pas écht gelukkig maakt. In de pittoreske fabriek is de wereld overzichtelijk. Overal hangen fraaie neon borden die werkelijk álles aangeven, van 'drink fountain' tot 'stairway'. Sleeptite produceert comfortabele én sexy pyjama's voor de consumptiemiddenklasse. Romantiek wordt in deze nieuwe tijden... een duet met een memorecorder! Wat mij betreft het beste moment uit de film. De manager (type Kirk Douglas) is ingepakt door een meisje van de emballage. Eén probleempje. Zij runt ook het grievance committee. Doris Day – want om haar gaat het – had heur haar waarschijnlijk nooit stoerder. Zij en de manager delen om te beginnen al die coupe. En later ook de coup, tegen de Noord-Koreaanse fanatieke fabrieksdirecteur De vele liedjes vervelen nergens. Ook omdat ze lekker 'opera' worden gezongen. Niet al te gladjes, het hart op de tong. Hernando's Hideaway! Doris Day speelt voor misthoorn, al heeft ze nog wel één stil momentje voor de spiegel. (Noem het haar memorecorder). 'You with the stars in your eyes.' In haar huisje aan het spoor brengt de manager zijn definitieve ode. 'Stop all this small talk, I've got somethin ' better for your lips to do. Toe maar.

maandag 25 juli 2016

Tokyo Fist

Ik denk dat Kruijswijk deze film wel had willen zien, na die salto mortale in de Giro. Een Alles Naar de Klote-gevoel. De soundtrack beukt alvast rotsachtig hard genoeg, al blijft de echte gabber helaas uit. (Er zijn gelukkig wel wat blastbeats). Deze Japanse 'avant garde horrorfilm' uit midden jaren '90 zal Takashi Miike zeker geïnspireerd hebben. Op zichzelf is dat al bizar. Dat er dus vóór Takashi Miike nog andere, mínstens zo gestoorde Takashi Miikes waren! Het begint nog rustig. Een brave kantoorklerk kachelt overdag gigantisch repetitieve flatgebouwen af. Heel even valt zelfs hier de beklemming van een zekere Antonioni te bespeuren. Maar dat soort serene arthouse invloeden worden snel tot pulp geslagen. En de pulp wordt ook weer tot pulp geslagen. De Cronenbergiaanse body horror is opgebouwd rond heel amusante stop motion gore. Ik dacht dat de krioelende wormpjes en bloedvaatjes zelf ook nog wel met elkaar op de vuist zouden gaan. Vanwaar al dit geknok? Wel... Het aloude haantjesgevecht om een dame. Male insecurity in turbo overdrive. En de kantoorklerk neemt de handschoen op tegen een gestoorde profbokser. Moet ie dat nou wel doen? Alle vuistslagen beukten mij snel murw. Ik heb mijn Japanse quirkyness toch liever wat liever. Dan nog liever de verknipte seksuele momentjes. Aan Tokyo Fist zitten haken en ogen. Letterlijk. Wil er iemand een piercing?

La Notte

'Ik heb op dit moment géén gedachte, maar ik verwacht er wel een.' Blokken met Antonioni. Gestoorde schuifspelletjes. Ooit stond er een kampioensfoto van PSV in de Volkskrant. Je zag een gigantische grijze muur, met aan end een mannetje op een balkon dat de schaal omhoog stak. Da's die Antonioni-vibe. Totaal weggedrukt tussen massieve muren. Zelfs een boekenkast lijkt een gevangenis. Jeanne Moureau sjokt door de blokkendoos Milaan, langs de laatste restjes van haar relatie. Het leven dat er nog is, gaat eraan. Letterlijk. In de openingsfase bezoeken Moureau en Mastroianni een van de weinige dingen die ze nog delen. Een vriend in het ziekenhuis. 'De vakanties in mijn leven zijn best ironisch', grapt de stervende. Moureau's mondhoeken gaan alvast wat meer richting haar 'resting bitch face'. (Wie doet dat beter?') Mastroianni bekijkt alvast wat 'nieuws'... In mijn favoriete sequentie laat de film hem in de steek. Moureau, daarin ga ik helemaal mee. Ze laat zich door een taxi 'buiten de binnenstad' rijden. Hier botst het verbrokkelende oude op het nieuwe. In dit aftandse verleden ligt het laatste beetje hoop. Tegen de achtergrond van de Breda-fabriek steken jongens vuurpijlen af. Alles gaat in rook op. In verschroeiend realistisch zwart-wit. En Monica Vitti blaast de kaarsjes op het eindeloze feest uit. 'Jullie hebben me uitgeput, jullie twee.'

zondag 24 juli 2016

Démanty Noci

'Hoe lang hebben we nou al niet gegeten?' 'Heeft het zin te tellen?' Toevallig had ik net Het Respijt van Primo Levi gelezen. Een o zo menselijke herinnering aan die korte periode post-Auschwitz, toen Levi door Europa dwaalde. Een enorm bewijs van de kracht van kunst ook. In Démanty Noci beleven twee joodse jongens een veel korter en grimmiger 'respijt'. Ze ontsnappen uit één van de veewagens en zetten het op een lopen. De ervaringen van Levi zijn daarbij nooit ver weg. Les één in overleven luidt: goede schoenen. Typerend voor deze film is dat het pulken in de voetwonden bijna een genot wordt. Pijn is in elk geval nog niet dood... In hun grote KL-jassen zien de jongens er op een duistere manier bijna paradijs-vogel hip uit. (Zou er ooit een Tsjechische black metal band zijn geweest die ze droeg?) Démanty Noci schiet nagenoeg woordloos voorbij. Dicht op de huid van de jongens flitsen kortstondig de bomen en de plaatsen. De extreem psychedelische Eisenstein-editing maakt het allemaal nog wat onoverzichtelijker. De totale verwarring. Flitsen vooruit en terug. Premonities die niet uitkomen. Angsten die dat wel doen. In de finale – en dat is al heel snel, de film duurt maar een uurtje – gaat een stel aartslelijke oude Duitse mennekes op pad. Geweren in de aanslag. Zij kennen de 'regle du jeu'. Vrolijke liedjes worden aangeheven. Een onsmakelijk feestmaal aangeheven.

Kiki's Delivery Service

'Op deze manier ben ik tegen morgenochtend een witte kat.' Een melig probleempje voor Kiki en haar zwarte kat. De 'heks in opleiding' staat op eigen benen. Of beter, op eigen bezemsteel. Ook al is het die van haar mama. Een laatste cadeau, wanneer ze op haar dertiende vertrekt. Meisjes van dertien... Ze worden volwassen. Kiki and her week of Wonders. Wat een Bildung der Geist. Wat een kordaatheid. Eén knuffel van ma (en een kus van pa) en weg is ze. De Miyazaki-melancholietrein arriveert al vroeg. Tussen het hooi op weg naar naar Europa Wonderland. Miyazaki moet wel de meest Europese Japanner zijn. Hij verenigt hier alle Europese talen en culturen in één ongerepte stad. Ik begon te dromen van een adaptatie van de Radetzkymars. Tuurlijk, vergezocht. Maar iets in het denken van Miyazaki ademt de nostalgie van Roth en Zweig. Te midden van talen en (Amerikaanse!) radio heeft de animatiemeester geen angst voor rake stiltes. Maar er zijn ook voorzichtige erotische knipogen. Verlegen Kiki maakt volwassen vrienden. Een auto rijdt een knappe kompaan bijna voorbij. 'Je dacht dat ik een jongen was, met zúlke benen!?'. Zoals alle meisjes van Miyazaki vindt Kiki haar weg. Met hulp van de kat, die haar het goede – en in zekere zin tragische – voorbeeld geeft. Volg je instinct. 'Ik voel me nog wel wat treurig maar het gaat al beter'.

zaterdag 23 juli 2016

Io La Conoscevo Bene

'Een grotere auto, of een kortere jurk, mevrouw.' Italiaanse logica. Het sombere inzicht in het moderne consumerisme-leven daagde daar vroeg. Het 'dolce vita' is niet zo 'dolce', de 'bellezza' niet zo 'grande'. Allang uitgepuzzeld. Nu rest slechts de verveling van ragazzi, onvermijdelijke paparazzi en oude mannetjes die tevergeefs nog een dansje proberen te wagen. Io La Conescevo Bene mag een original zijn (want uit 1965) maar de thematiek is inmiddels dermate bekend dat het soms een rondje om de renaissancekerk lijkt. Fragmenten uit eerdere én latere films schieten door het hoofd. La Ragazza Con La Valigia, bijvoorbeeld, om er slechts één te noemen. We zien ook hier een Silvie Meijs-meisje met vele looks in vele vignetten. Beeldschoon, dus ideaal voor Tumblr, maar daarmee zou ik de soundtrack ernstig tekort doen. Het meisje draait graag plaatjes. Sterker nog, in feite zijn ballades het enige dat ze écht leuk vindt. Haar carrière als 'actrice' vlot niet. Haar lovers blijven niet. Eén grote maskerade van eenzaamheid. Daarom zijn de ontmoetingen met de losers het mooist. Die spiegelen haar beter dan de feestjes. De bokser die zich voor centjes in elkaar laat meppen. De garagist die droomt van wat hij nooit kan krijgen. De puberjongen met zijn eerste crush. En de Afrikaan die zijn kop in een emmer ijs steekt. Jammer van het gemakzuchtige einde.

Lebenszeichen

'Dat duurde eeuwen!' 'Mensch, wat is híer eeuwen!?'. Drie soldaten in een zuilenveld. Resten van antieke standbeelden hebben het fort achter hen gestut. De tengerste der Duitsers maakt zijn gründliche gymnasium-opleiding ten gelde en bestudeert de inscripties. De dikzak probeert de stemming er met kippen en kakkerlakken in te houden. Om de derde man gaat het. Hij heet Stroszek. Een bekende naam. Dit geweldige debuut van Herzog is een ruw pareltje in zwart-wit. Klassiek traag. De mannen verven uit verveling een deurtje. Kijken hoe verf droogt. 'Die kwasten kunnen we straks wel weggooien zonder terpentine.' Maar in de zoemende leegte van de Griekse zomer droogt meer op. Stroszek is niet voor niets door de legerleiding naar een onbelangrijk munitiedepot gestuurd. Herzog nadert langzaam maar zeker die ultieme literaire klassieker over soldatenverveling. Dino Buzzati's De Woestijn van de Tartaren. Ook een verhaal over De Wacht op een fort. Ook spelend in een ver en mysterieus sprookjesland, met een vijand die nooit verschijnt. Het gevaar komt van binnenuit. 'Nu ben ik enkel nog in gevecht met mezelf.' De tweede helft van Lebenszeichen ontspoort in slow motion. De voice-over becommentarieert het stoïcijns. De Griekse snaren dempen de ontbrandende pijn. Het muildier trilt en wordt weggesleept. Een getekend leven.

vrijdag 22 juli 2016

Lola

'Iets willen dat is het voornaamste.' Lange tijd heeft de best geklede en gekapte werkloze van Nantes gedwaald. Wat is het Franse woord voor 'slacker'? De jongen heeft sinds drie dagen een nieuwe baan, maar kwam al vijf keer te laat... Zo eentje. In zijn stamcafé vergeet de uitbaatster de suiker in zijn koffie. Het zit écht niet mee. L'ennui. Maar dan komt hij in een prachtige 'winkelpassage' een oude vriendin tegen. Het vlammetje wordt aangewakkerd. Zij doet zó enthousiast. Is dat nou oprecht? Of probeert zij gewoon zichzelf aan te wakkeren? Voila, de kleinstedelijke worstelingen van Demy's personages. Lola was zijn debuutfilm, maar van enige twijfel valt niks te merken. Tankstation-melancholie. Bij Demy bestaat zoiets gewoon. Zelfs hier al. En natuurlijk zijn er vele matrozen, de grootste stoere boys-fantasie van Demy. Een van de ze Amerikanen stapt op een een bepaald moment de voordeur van een 'cabaret' uit. Ook hij komt zijn vlam tegen (diezelfde vrouw!). Hij zegt: 'Ik zocht je overal.. Sur les ponts.' Ik neuriede er zachtjes bij 'On y danse, on y danse.' Lola gaat over liefdes in alle vormen. Dus ook de Eerste Liefde. In dé scene van de film beleeft een lolita-meisje met haar matroos de kermis. Dankzij de hulp van een Boards of Canada-achtige Bach op klavecimbel, streelt de scene onverbloemd alle zintuigen. Genieten vóór de desillusies. Zorgeloos zwieren.

The Atrocity Exhibition

'If it was intended as therapy, the question arises: for whom?' Tarkovsky ontdekt the pornogravsky. The Atrocity Exhibition zwiert van associatie naar associatie. Voorbij het begrijpen, richting het Freudiaans onbewuste. Of zoals het zelf stelt: 'The undeniable link between science and pornography.' Ik betrapte mezelf aanvankelijk op een pijnlijk soort onwil. Een bijna letterlijk zúigende, pneumatische film zoals deze, vereist nu eenmaal concentratie. Moeite. Niets wordt hier op een presenteerblaadje aangereikt. Het komt goed vanaf het aha-moment dat auto's beginnen te crashen. Crash test dummies zakken fluïde ineen. Aha! Ballard dus, en diens smeltende seksualiteit van de machine. De low-budget adaptatie van regisseur Weiss goochelt met geleende beelden, maf acteerwerk, en een heel fijne spacy soundtrack, al moeten we toch echt een minpuntje voor Gorecki rekenen. Door de hypnotiserende opeenstapeling van geweld en seks ontstaan langzaam realisaties. Beleefde VS hun eigen atoombom pas echt in anti-these Vietnam? Toen zagen ze pas on screen - echter dan echt - wat voor bloedbad ze in Japan hadden aangericht. En dan het mooiste shot: een man in uniform naast een gigantische ijzeren 'grijper'. Wellicht gewoon een constructie om autowrakken op de vuilnisbelt te deponeren, maar het lijkt net De Hand der Mensheid die De Bom dropte.

donderdag 21 juli 2016

Vinyl

'Please be on the lookout for four middle-aged men. I repeat. Four middle aged men.' Het gebeurt me elk jaar wel een keer. De verkeerde film. Vinyl had verdilleme over verzamelaars moeten gaan! Misschien word ik zelf oud. Niet oud genoeg om deze aalgladde punknostalgie te kunnen waarderen... Free rock & roll met een Bieber-sausje. Nee bedankt, doe me dan toch maar de Buzzcocks, die ik laatst zelfs vanuit het Mezz Café de grote zaal hoorde overdonderen. Ze bezaten het vuur nog steeds. In Vinyl staat de zanger van de Buzzcocks op een begraafplaats. Hij speelt een liedje voor een overleden maat. Een stel andere punkdino's ziet elkaar bij die gelegenheid voor het eerst in vele jaren terug. De zanger is nog steeds een klootzak, de bassist laat zich gefrustreerd gelden, de drummer, denkt, duh, dom. Enkel de tweede gitarist heeft het gemaakt. Met een keten van verzorgingstehuizen! Weer op tournee!? 'I don't miss touring about in some crappy old van and living like a refugee.' Met genoeg drank erin komen de dromen toch terug, en er wordt zowaar een nieuw liedje opgenomen. Een hit! Alleen niet met die oude koppen. De hoax is simpel en flauw, net als het deuntje, dat vermoeiend vaak langskomt. Had dan als een 'school of rock' een lesjes in punk-historie gegeven. Dit was toch dé kans. En misschien wel de laatste. Punk's (almost) dead.

De Noorderlingen

'Lumumba is even een rondje fietsen.' Van Warmerdams beste. Met De Noorderlingen droomt hij zich een wonderwereld waarin je als kijker graag verdwaalt. Een gevoel dat ook de decorstukjes van Kaurismaki en Andersson oproepen. Iemand moet op een verlaten perceel in Groningen maar eens een Van Warmerdam-pretpark bouwen! Het akelig egale Noorderlingen-'wijkje' staat aan de rand van de wereld, pal tegen de perfecte boomgrens. Daar houden de huizen op, en huizen de angsten. Van Warmerdam fungeert zelf als gids. Middenin het bos leest de postbode de stomende geheimen van zijn straat. Zo weet hij dat slager Wouterse wat al te fanatiek met de leverworst zwaait. ('Het mag best een stukje groter hoor.') Bij de stoeipartijen met vrome echtgenote Malherbe valt een tafeltje om. Twee tafelpoten vormen hoorntjes boven het hoofd van de slager. Om over een andere poot nog te zwijgen. De puberende slagerszoon is de enige kompaan van de postbode. De jongen heeft een obsessie met Congo. Een messcherpe Nederlandse ontleding kan immers niet zonder blackface! De rituelen bij het kampvuur worden soms geïnterrumpeerd door de impotente jager, of de plaatselijke dikzak op een brommertje. (Van Gogh, zwijgend goed man.) Van mij had de winter niet hoeven komen, en de postbode nóóit moeten gaan. 'Waarom heb jij je jas niet aan?'

woensdag 20 juli 2016

El Club

'Later gaf de priester me pepermuntsnoepjes...' De katholieke kerk. Scientology maal duizend wat betreft gruwelen. Die handen reikten pas echt ver. Wat ik niet snap is de globalisering van het misbruik. Je kunt je makkelijk voorstellen dat binnen één door priesters geleide kostschool anno 1950 wat misgaat. Maar overal? Van Ierland tot Chili. Wat zit er dan in hemelsnaam wel niet allemaal verkeerd in je organisatie... Regisseur Lorrain (van No) gaat in El Club de confrontatie aan. Verbaal onwaarschijnlijk expliciet. Hij voert een Maradona-achtige 'gek' op die bij een katholiek rusthuisje gaat staan schreeuwen. Details. Almaar ranzigere details. Tot het bijna absurdistisch komisch wordt. Ik had wel een artikel van Reve over deze film willen lezen. Het Ezeltje is er niks bij. In het 'rusthuis' zitten wat verbannen voormalige geestelijken. Vuistdiep in die ontkenningsfase. Ze worden vertroeteld door een zuster die zelf ook wel wat op d'r kerfstok heeft. Na een incident stuurt de 'nieuwe kerk' een 'Vaticaanse bureaucraat'. Hij begint interview af te nemen met de onwillenden. Zij draaien liever eeuwig ontkenningsrondjes, net als hun hazewindhond. Tijdens de finale gaat Lorrain de woorden uit de weg. Wellicht terecht, maar ook wat jammer, door de nogal overheersende cello-muziek. Al blijft Arvo Part – goddank – uit. Spiritualiteit wringt hier.

Scanners

'Welcome to our little psychic gymnasium.' Best een toegankelijke Cronenberg. Bíjna geschikt voor het grote publiek. (Dat hij later in de eighties alsnog zou opzoeken.) Scanners lijkt me daarom een tussenfilm. Misschien dat ie me daarom niet zo heel erg greep. Alsof ik ook zelf liever gewoon een echt genre-avontuur had gezien. Dan had die top gebillde actrice wel veel eerder moeten verschijnen. Ik snapte de wending naar computers ook niet zo goed. Nee, simpel maakt Cronenberg het nooit. Daarvoor houdt hij ook teveel van technische 'knutsel gore'. En bloed natuurlijk. Op een persco (meer demo) ontploft 'iets'. De speciaal voor de gelegenheid van de telepathische showcase opgetrommelde dokter staat kordaat op. Alsof hij nog kan helpen. Het inzetten van de telepathische 'scanners' is een ideetje van Dokter 'Prins Bernhard'. Zoals alle Frankensteins keren zijn creaties zich echter tegen hem. Zijn oplossing: een 'rogue' scanner uit de krochten opduikelen, en hem tegen zijn collega's opjutten. Ik zie de Blade Runner hier wel in. Deze psychic komt op zijn tocht onder meer de welbekende regular Mr. Combover tegen. Die heeft zijn malende gedachten gesmolten in kunst. Nu moet hij nog van zijn vrienden af... 'Friends, I have them, but I don't want them.' Weer andere scanners vonden die nieuwetijdse oplossing. 'One mind. One nervous system. One soul.'

dinsdag 19 juli 2016

The Magician

'Vermom je, opdat ik je weer herken.' Die vermoeiende wetenschappelijke neiging tot doodverklaren, doodverklaard door filmmagiër Bergman. Vogler's 'magnetische theater' elektriseert anno 1846 een Zweeds stadje. De notabelen hebben er al een tijdje naar uitgekeken. Dit is dé kans om af te rekenen met al dat bijgeloof. Lang leve de ratio! Begeleid door een kristalheldere akoestische gitaar is de magische theatertroupe door het nabijgelegen woud getrokken. Silhouetten in een sprookjesbos. Bergman heeft nooit dure hocuspocus nodig om historie tot leven te brengen. Een paar uitgestreken gezichten zijn voor hem genoeg. Het rariteitenkabinet des Dr. Vogler neemt een hoop fijne fremdkörper mee, maar het zijn 'de stillen' die het 'm doen. Toepasselijk, in deze expressionistische film vol lange schaduwen. Thulin schrijdt in gedistingeerde 'mandrag' rond. Haar tegenspeler Von Sydow is nog wat lastiger te herkennen met Prince-baardje en bijpassende coupe. Intens zwijgend. Wat een acteur. Inderdaad, onwaarschijnlijk goed. De Kantmannetjes verkneukelen zich intussen en sluiten weddenschappen af. 'Jij haat mij, ik mag jou, heel stimulerend.' De politie-inspecteur met de Trump-lok lacht nog het luidst. Staat en wetenschap samen tegen magie! En dan begint het natuurlijk toch te spoken. Love potions in de bijkeuken, angsten in de slaapkamers. Gestommel en gerommel. 'Je ziet wat je ziet en je weet wat je weet.'

Thank Your Lucky Stars

'Dudin' up, dudin' up, like I wasn't wise.' Dwaze zelf-felicitatie van Hollywood. Nu zijn musicals natuurlijk altijd al onnavolgbaar in het inzetten van showbiz, maar dit is werkelijk de overtreffende trap. Een musical over een benefiet musical, met als real life doel geld in te zamelen (!) voor een benefiet soldatenkantine, gerund door Hollywood. Dat het eindresultaat riekt naar een showreel lijkt me daarmee verklaard. Toch doen de meeste schnabbelaars hun best. En de liedjes zijn lekker kinky, dat soldatenpubliek is immers genoeg schunnigs gewend. 'Love isn't born, it's made!' Wij danken echter niet alle gelukkige sterren. Erroll Flynn en Bette Davis hadden thuis mogen blijven. Humphrey Bogart zet zichzelf wél leuk voor gek, maar die zingt dan weer niet. Eddie Cantor schmiert een film lang. Ik vraag me af of het split screen trucje – hij speelt twee rollen – een nieuwigheidje was. Joan Leslie heeft aan één rol genoeg. Wat een dotje! Immer 'oozin with enthooziasm'. Een memorabel momentje vormt het korte optreden van Ida Lupino. Ja, ook zij. In een niemendalletje een coole new wave queen neerzetten, da's knap! Maar de mooiste scene zit in het begin. In het 'vluchtelingenkamp' op 'vier  minuten van Vine Street'. De wannabe's die het wíllen maken. Kamperend en hosselend. Misschien ook eens een benefiet dáár organiseren, geachte producers.

maandag 18 juli 2016

Track of the Cat

'He was a strange son for your pa and me to have.' IJzersterke arthouse-western. Barstensvol familie-opstellingen en pikzwarte religie. Niet alleen 'that old time religion' der zwartekousen, maar ook het duistere sjamanengeloof van de 'natives'. Het gevaar nadert hier zo symbolisch dat zelfs de personages het inzien. De wraak van de gekleurde Ander op al die jaren van witte uitbuiting en gierigheid. Een bebaarde Robert Mitchum speelt de zelfverklaarde 'belangrijke' zoon van een rancher family. Zijn cowboydroom wankelt. De koeien sneuvelen. Een aangewaaide indiaan kijkt toe. Deze 'Joe Sam' heeft één broer al 'besmet'. 'De zwarte panter waart weer rond, zodra het gaat sneeuwen', orakelt hij. En het gáát sneeuwen. Het land rond de ranch verandert in Von Trier-achtige leegte. Decor: non-existent. Eén groot blank projectievlak van angsten. Ze hadden de lijnen op de vloer uit kunnen tekenen. Mitchum wil nu eindelijk eens met die panter afrekenen. 'Zolang ie niet zwart is...' Hij trekt een Freudiaans felrode jas aan, en gaat met de spirituele broer (in wonderlijke koeienuitdossing) op pad. Als twee eskimo's door de sneeuw. Op weg naar het onvermijdelijke. Het merendeel van de tijd bivakkeert deze western echter thuis, bij de achtergeblevenen. Daar wacht men mokkend en vol angsten. Buiten helpt Keats: "When I have fears that I may cease to be".

Son of Saul

'Je koos een rebbe uit de doden!?' Moeilijke film, natuurlijk. Zo heel vaak dalen we niet af naar 'het krema'. Het duistere hart van Auschwitz. Daar waar 'de stukken' branden en de Sonderkommando's hun werk doen. De 'uitgezonderde' Joden, die korte tijd de vuile klusjes moesten opknappen. Ze noemden ze 'Geheimnistrager'. Poëzie gedurende genocide. Zij hatten es gewusst. Maar hoe film je zoiets? En moet je dat eigenlijk wel willen zien? Deze Hongaarse film kiest voor een hypernerveuze camera. Uiterst dicht op de huid van Saul. Onnatuurlijk dicht. Soms ontbreekt daardoor het overzicht. Een scherpte die helemaal zou verbijsteren. De vele Instagram-filters helpen niet. Auschwitz brandt hier in sepia-tinten, als Dante's Inferno. Zou het in werkelijk er niet veel klinischer hebben uitgezien? De anderhalve dag van Saul voltrekt zich tussen oorlogsclichés. Gedistingeerde Duitsers met doodskopemblemen worden afgewisseld met 'Weiter machens!' van het lagere personeel. Saul vindt na de douches een half-levend 'lijk.' Hij meent zijn zoon te herkennen, en is ten elke prijs bereid dit lichaam te begraven. Eigenlijk ook een soort gek spel. La Vita e Bella, de morbide versie? Son of Saul is helaas beter in actie dan in die paar broodnodige momenten van stilte. Er heerst teveel chaos om metafysische rust te vinden. Ik raakte zelf(s) langzaam afgestompt. 'We zijn allang dood.'

Our Little Sister

Ouders. Uiteindelijk gaat het daar toch altijd weer om. Afwezige vaders. Dwarrelende moeders. Gezien door de ogen van het kind. Zelf wellicht ooit ook ouder. Maar onvermijdelijk ergens ook voor altijd kind. Familiethematiek mag je de specialiteit van Koreeda noemen – om niet te zeggen zijn enige thema – en het verveelt nog steeds niet. Het zal de diepgewortelde herkenbaarheid zijn. Toegegeven, Like Father, Like Son bevatte wel net dat scherpe arm/rijk-randje extra. Wierookbedwelming vormt hier soms een valkuil. Maar tijdens het eerste kwartier van Our Little Sister zat ik gewoon bijna te janken. O Japan! Treinen, bossen, en lieve meisjes. Maar ook rituelen. Een zekere hardheid die eigenlijk heel aangenaam is. Zou ik stiekem conservatief zijn? Koreeda zwiert weer richting het hinterland. De muziek tingelt á la Hisaishi (of Debussy) en daar in het groene, groene knollenland vindt een drietal meiden een nieuwe, kleine zus. 'A cheery girl'. Zij mag mee naar de 'dorm', nu hun aller vader is gestorven. Elk van de oudere zussen is een fijn typetje. De boylover met de booze, de dwaas met de eigenzinnige kookkunsten. Zelf ga ik natuurlijk voor het moederlijke meisje. Tough love. Strenge wenkbrauwen en paardenstaart. Zij durft als enige haar stem te verheffen tegen de ware moeder. Diepe buiging, een kleine zucht en een 'cheers' met umeshu.

zondag 17 juli 2016

A Very Private Affair

'Where not going to stay here dubbing for three months while you learn how to work out your equipment!' Mijn enige 'ontbrekende' Malle. Ondanks de aanwezigheid van Bardot onvindbaar, op deze Engelse dub na dan. Ik zette mijn principes opzij, en keek 'm toch maar. De film begint als een rommelige affaire. De 'exposure' vloeit niet, en we vliegen door een paar jaar. Een meisje (Bardot dus) verveelt zich in rijke, Zwitserse kringen. Ze besluit dan maar naar Parijs te vertrekken en probeert ballet – Bardot in tutu! – naast wat sexy modellenwerk. 'En dan is de stap naar film snel gezet.' Hier had de film gewoon moeten beginnen, bij het ware onderwerp: de bombshell Brigitte Bardot zelve en de last van het sterrendom. Selfkickende aanstelleritis, wellicht. Maar best amusant. Zie ook Stardust Memories. Of La Dolce Vita. Voor Mastroianni had het blijkbaar als specialiteitje, want hij draaft weer op. Zijn eega Bardot wordt achtervolgt door de Tourkaravaan. De 'amants' vluchten dan maar naar een stoffig Italiaans dorpje. Daar vindt Bardot wat plezier in het gewone. Het vlooienspel en koetjemelken. Puns nauwelijks intended. Vrij voelt ze zich echter nog altijd niet. 'You didn't want to protect me, you only wanted to hide me.' Wie het grote talent van Malle wil ontwaren, moet wachten tot het laatste shot. Een fraai, melodramatisch staaltje Koyaanisqatsi slow-motion.

Advantageous

'Your recent physical pre-qualifies you to be a paid egg donor.' Science-fiction was zelden stiller en intiemer. Er ontploft af en toe in de verte nog wel wat, maar de pijn zit in Advantageous toch vooral diep van binnen, in (en uit) de hoofden. Een typische 'think piece' dus. Rijke science fiction. Geen apocalyps, maar een samenleving die lijdt onder te hoge verwachtingen. Alleen perfectie is nog goed genoeg. Anders sleutelen we wel verder, of zetten een humanoid in. ('Education has gone completely tech'.) Een vrouw die haar jeugdigheid kwijtraakt, cijfert zich weg voor haar jonge, slimme dochter. Beide twijfelen aan de zin van alles. De wereld draait sneller dan de mensheid vermag, met haar beperkte talenten en wankele adaptatievermogens. De stad waardoor de twee stilletjes dwalen wordt bevolkt door vrouwen en Aziaten. Beide elementen vallen nog altijd op in een Engelstalige film, dus zo zie je maar weer hoe white male privilege regeert... Regisseur Jennifer Phong heeft het huidige dieet van de Academia naar het witte doek gebracht. Een tikkie politiek correct, maar intrigerend genoeg. Bovendien: maakte Hal Hartley nog maar zulke films! Waar Her verleidt, prikkelt Advantageous. Jammer genoeg is afronding tentatief, of juist niet tentatief genoeg; er wordt te veel concreets opgezet, na al die bedachtzaamheid. 'I think I could just hear myself blink.'

Paranoia

'Arnold, je bent onschuldig!' 'Onschuldig, onschuldig... Wat is onschuldig?' In zo'n uitspraak vinden de katholiek opgegroeide Ditvoorst en waarheidspretentie-hater Hermans elkaar. Laatstgenoemde diende de regisseur gevraagd én ongevraagd van adviezen. Hij krijgt er nog wel een credit voor, maar de verhouding tussen de twee bekoelde snel. Business as usual voor WF, die niettemin vast wel inzag dat Paranoia een prima adaptatie is. Grappig genoeg helpt de opname op YouTube een extra trillerig handje. De film ratelt met een zenuwslopende grammofoon-tik, of om in Hermans-termen te blijven: als ruisend gruis. Lijkt me stug dat Ditvoorst het zo bedoelde, maar het past wel. Zo klinkt het hoofd van het hoofdpersonage. Malend en ijsberend, begint de jongen overal spoken te zien. De Bont brengt Amsterdam ondertussen in prachtig zwart-wit tot leven. Van platenzaak tot grachtenpanden. Nouvelle vague-invloeden zijn nooit ver weg, zelfs niet als Belmondo's Appi heten en aan het verhuizen slaan. ('Ik zet even een blokje.') De mooiste passage vindt bij Oom de Dikzak thuis plaats. De veelvraat met het 'detectivebureau', worstelt met de kip, en bespioneert het schoons. 'Tante is weer lekker bezig'. Het prachtige meisje bij neef op zolder treft het een stuk minder. Zij slaat het advies van haar lieve vader in de wind. Vaders bij Hermans... Zijn ze er een keer wél, gaat het nog mis.

zaterdag 16 juli 2016

B-Movie: Lust & Sound in West-Berlin 1979-1989

'Berlin was even more fucked up than Manchester'. Zou het eigenlijk uitmaken in welk decennium je naar Berlijn gaat? Het is daar altijd een grimmig feest. Te midden van de ruïnes blijft de stad zich vernieuwen. Dus ook in de eighties, op de laatste benen van de Koude Oorlog. West-Berlijn fungeert als eiland annex krakersenclave, en zoiets werkt kruisbestuivingen in de hand. Iedereen in een band, uit de band. Mark Reeder, de bloke uit Manchester, neemt de kijker mee naar de beste 'clops'. ('Hier kwam Bauwie'). Je kunt het slechter treffen met je gids. Reeder draagt vele genres een warm hart toe, maar slechts één uniform. Dat van de muziekliefde. Hij was bij New Order, Nick Cave én de Love Parade. Daar kondigt zich alweer een volgende ontpopping van Berlijn aan. En Reeder doet weer mee. Het bewijst nog maar eens dat hij de oren altijd gespitst houdt – ondanks het ruïneren van een 'ear drum' tijdens een Toten Hosen-gig... Deze half-fictieve, half-werkelijke docu brengt een ode aan stad en man. In een Maddin-achtig amalgaam van duizelingwekkende found footage krijgen we tout Berlijn over ons uitgestort. Glimpjes van Tilda Swinton, Christiane F, en de deurbel van Froese. Reality check: Tsjernobyl! Pas aan 't eind wordt het wat selfie-indulgent. Geeft niets als je zoveel cools voortbrengt. Blixa: 'I just like living in a city where I don't know the other half.'

A Tale of Two Cities

'No levity, gentlemen.' Vorig jaar voor het eerst een Dickens gelezen. Ik vond er niet veel an. Eerlijker, ik snapte er weinig van. Misschien moest ik nog intunen op zijn barokke stijl, misschien was het plot gewoon chaotisch en vergezocht. Dit is dus die zeldzame keer dat een adaptatie een versimpeling mag wezen. En zoiets kun je natuurlijk wel aan Hollywood overlaten. Producer Selznick had de massa als specialiteit. Off screen – de kassa's rinkelden – én on screen, denk maar aan Gone with the Wind. Nu valt het met die massascenes hier eigenlijk best mee. De bestorming van de Bastille vormt slechts een intermezzo, in een behoorlijk huiselijk en overwegend Engels verhaal. Het moest immers toch gewoon weer over De Liefde gaan. (En liefst die van het Moeilijke Soort.) Niettemin zie je in die paar scenes wel de zwier van  Selznick. Een snelheid die nog altijd verbijsterend modern aanvoelt. Verre van modern zijn de oudewijvengrapjes. Ondanks de vermaningen van een rechter neigt het zelfs naar komedie. Colman mag de ster spelen, en hij doet dat als de James Mason van zijn tijd. Gedistingeerd drinkend. De odd-job man is de odd man out van de film. Aan de vrouw komt hij niet. Aan die heldenstatus wel. Conclusie: revolutionairen, dat zijn alleen maar nare, gefrustreerde vrouwmensen. En 'Bankers and Frenchmen: all atheists.'

Cemetery of Splendour

'Ik slaap hier beter. Alsof ik gesynchroniseerd ben met de soldaten. Of omdat zij voor mij slapen.' De wonderlijke wereld van Apichatpong Weerasethakul. Altijd onbegrijpelijk, terwijl de parabel toch voor het grijpen líjkt te liggen. (Hier met de ogen dicht.) Cemetery of Splendour heeft desalniettemin iets toegankelijks. Een beetje Saramago in de sereniteit. Thaise soldaten raken door een mysterieuze narcolepsie bevangen. Ze liggen rij aan rij op bed, in een provisorisch open lucht hospitaaltje. Dokters en verpleegsters rekken en strekken en doen wat mindfulness-oefeningen, maar veel verandert er niet. Eén manke patiënte keert terug naar het ziekenhuis om een handje toe te steken. Ze sluit vriendschap met een helderziende, die zo haar eigen verklaringen geeft. Al snel zijn er meer geesten dan gezonden. Ik associeer Weerasethakul zelf vooral met een vreemde erotiek. Het is even wachten, maar ook deze film kent zijn licht-komische sexy momentjes. Een facial scrub met een toepasselijke geur. Een deel van een soldaat dat niet slaapt... Naast de bedden staan van kleur wisselende fluorescende buizen rechtop. Geen idee wat ze er doen, maar als beeld klopt het wel. Zoals de film visueel toch al Api's beste werk genoemd mag worden. De roltrappen! Alles verglijdt. Het medium neemt de manke aan de hand. Het bos in. Zij zien wat wij niet zien. Tarkovsky's Stalker in de jungle.

vrijdag 15 juli 2016

The Enemy Within

 
'Stormt het in je leven?' We zijn allemaal maar één brute overval verwijderd van de rechtse onderbuik, zo lijkt het soms. Misschien vormt het feit dat er nog zoveel goeie mensen zijn toch hét argument dat de wereld oké is... Een bedremmelde bloemist in Athene verliest de goede hoop, nadat ie met zijn gezin is toegetakeld door wat Albanezen. Hij verandert in één klap van het prototype gutmensch - met de dikke bril, ingezakte schouders en vinyl-collectie - in een Gouden Dageraad-stemmer. Zijn vierkante buurman komt er als een aasgier op af. De voormalige legerpief speelt dé rol van de film. Vadsig, ongemakkelijk, maar duister vermakelijk duwt hij zijn buurman richting wraak. Alexander de Grote aan de muur (een Macedoniër nota bene!), werkend aan dat 'schone' Griekenland. Het is geen prettig oord. Rommelige straten, graffiti op de tempels en bovenal: geen vertrouwen in overheid, politie of banken. Je geld bewaar je in een sok. Op een Dostojevskiaanse tocht gedwongen, komt onze antiheld allemaal 'lekkere' genreclichés tegen. De inspecteur in 't leren jekkie, de hoer op het politiebureau, een baby in melodramatische armen. Het schrijnt allemaal extra, juist omdat zijn eigen clichéwereld zo rücksichtslos op zijn kop is gezet. Ineens klopt niks meer. Of deed het dat al niet? Dochter ontdekt de bijtjes, zoon rookt de blaadjes. Arme, arme bloemist.

My Foolish Heart

'May I kiss you the way I would a rich, but loathsome aunt?' Er zijn nauwelijks Salinger-adaptaties. Hollywood heeft zich nooit aan één van de Nine Stories gewaagd. Zelfs de seventies brachten geen klassieke Catcher in the Rye-film voort. Mocht niet van de lastige kluizenaar. My Foolish Heart kan je dus best dé uitzondering noemen. Ook in het oeuvre van Salinger. Het verhaaltje stamt uit de tijd dat hij zijn centjes probeerden te verdienen door verhalen naar The New Yorker te sturen. De 'TCM'-adaptatie heeft alle peper in het voorgerecht gedropt. Een bitchy dame aan de booze. Een ongewenst kind en een ongewenste husband. De setup zou tot een zeer verbaal en vocaal gevecht kunnen leiden, waar een echtpaar én hun beider 'beste' vriendin elkaar dan de maat nemen. In werkelijkheid verschuilt de film zich in een lange flashback, en daarmee in enkel zoete gangen. Wel is de 'date game' verrassend echt. Het meisje geeft steeds nét dat ene stapje meer toe. ('Goed, je mag me naar de deur brengen, oké, je mag me naar de lift brengen') En na een tijdje vindt de kerel dan dat hij nu wel genoeg heeft gedaan voor een zoen! Maar z simpel gaat dat niet: 'My date is inside, dancing. And I'm supposed to be outside, crying.' De teksten blijven gevat, maar het flauwe einde wringt het laatste restje liberalisme uit de film. Salinger was not amused. Adaptaties? No thanks.

Cholera Street

Kolere straat, in een kolerebuurt van Istanboel. Slechte boel dus. Uitzichtloze ellende met je boys de slumdogs. Het eerste half uur zat ik echter op een totaal verkeerd Ciplak-spoor. Waren het de felle kleuren? Of toch de vrolijke trommelmuziek en al dat progressieve naakt? Maffe taferelen genoeg: smijten met een kat om een tapijtje te jatten. ('Ik kan 'm wel naar de sterren gooien.') Een brave kapper – in de berber salonu – leert zijn knechtje scheren met behulp van een ballon. Als ie knapt, zwaait er wat! Maar vrij plots verduistert de film. Het langharig tuig dat de hood overneemt, moeten we wél serieus nemen. Net zoals de zonen van de barbier, die in twee totaal tegengestelde richtingen opgroeien. De ene wordt travo, de ander Godfather. Of nou ja. Hij poogt. Tegen die tijd raakt de lol er vanaf, en wordt de extravaganza gedempt voor een wat schematischer verhaal. Drugs, moord en hoeren beginnen te domineren. Dat laatste kan onmogelijke een verrassing heten, in een Turkse film... En altijd staan er weer vieze mannetjes tegen de ramen gedrukt. De Godfather-gozer ziet zijn ambities gefnuikt in de armen van een dame met pruik. ('Vijftien seconden, een nieuw record!'). Zijn gebroken hart kan ook met lijmsnuiven niet meer worden geheeld. Het onversneden melodrama loopt vast als de levens van de jongens. Pa haalt het tapijt van de muur, en vindt de littekens.

donderdag 14 juli 2016

Tremors

'God damn good thinking.' Het lijkt wel alsof ze 'vroeger' in horror slash avonturenfilms meer tijd hadden voor een beetje uitgekiende couleur locale. Een goed in elkaar geknutselde scenario-wereld, eentje die ook bestaat buíten het gevaar. Of is dat gevoel slechts de nostalgie-filter van deze kijker? In elk geval begint Tremors allervermakelijkst, met Kevin Bacon en Fred Ward als twee dommige 'outback' klusjesmannen. Ze spelen om de haverklap 'rock, paper, scissors' om de rottige taakjes te verdelen – zoals het ontbijt maken – en kibbelen als best friends for life flink wat af. Net Bert en Ernie. In een heuse western-setting, want Tremors doet op de Plains van Nevada haar 'Thing' doet. Cowboys schieten hier van blob-blob, om de grap nog wat verder uit te melken. (Zo serieus is het allemaal niet.) Als de grondmonsters verschijnen, verschanst de population van Perfection, Nevada (14 zielen) zich in Changs' restaurant. De lokale Chinees peinst wat voor naam de beesten moeten krijgen. 'Anders zullen we het bezuren'. Van de naam uit de titel komt het in elk geval niet... In de strijd laten vooral twee McVeigh conspiracy nuts zich gelden. Even dacht ik dat de film het Amerikaanse wapenbezit stevig op de hak zou gaan nemen. Maar helaas. Ze zijn ook veel te quotable. 'You didn't get penetration even with the elephant gun.'

Les Rendez-Vous d'Anna

'Ik doe de afwas, maak koffie met room, ik ben zo druk, geen tijd voor een droom.' Alors, zo klinkt het misschien als poëzie van het simpelste soort, maar gezongen door Anna... Doorschijnend blank dwaalt de 'réalisatrice' ('zo noem je dat toch?', aldus een hotelklerk) door West-Europa. Haar lichtheid doet de vrouw wegvallen tegen de muren. En dan zit ze ook nog uiterst stil. Toch praten de mensen wel tegen haar. Op haar tabula rasa-reis ontmoet Anna verwante zielen, oude vrienden en nieuwe lovers. Chantal Akerman toont de wereld van haar alter ego in nachtelijke seventies-kleuren. Zeker in en om de trein werkt dat fenomenaal goed. De treinkolossen slepen zich voort in een spiegelende mist van blauwig metaal en eindeloze deuren. De weg naar Welkenraedt. Voor poëzie hoef je enkel uit het raam te staren. En in een typisch minimalistisch Akerman-shot gebeurt dat ook. Enkel nog uitzicht, terwijl de dialogen doorgaan, maar de mensen verdwijnen. Een intense blik. Van de ontmoetingen blijft de Duitser bij. Hij is perfect ná The Girl on a Motorcycle. Beide films gaan over de moderne vrouw, de vrouw die alles kan, en van zichzelf moet. Nog veel persoonlijker wordt het met moeder. Natuurlijk, de moeder. Men bedenke hoe Akerman eindigde. Ze maakte een einde aan haar eigen leven na het overlijden van haar mama. Moeder: 'Ik zal niet altijd bij je zijn.' Anna: 'Jawel.'

The Girl on a Motorcycle

Leerssen omschreef Jules et Jim ooit als symbool van Europese eenwording. Zou The Girl on a Motorcycle dan de Brexit zijn? Het Britse motormuisje Marianne Faitfhull pendelt op haar 'black devil' tussen Duitsland en Frankrijk. De Elzas, waar anders. Oorlogsgraven vormen het decor voor (of achter!) een meisje verscheurd tussen noordelijk verstand en zuidelijk hart. Enkel tijdens orgastische motorrondjes voelt ze zich senang. De simpelere kijkersvraag luidt: kun je een hele film rond het ritsen van een strak leren pak bouwen? Simpel antwoord: Jazeker! Zoals Delon al zei: 'Between your thighs you feel it live'. Marianne oogt prachtig in psychedelisch leer. De verkoop van onesuits zal wel gestegen zijn... (En wat is de EU méér dan een gewiekst handelsverdrag?) De mannen in de film komen wat minder uit de (lak)verf. Delon mag met bril de filosoof doen, en sabbelt in hét Tumblr-shot tussen de rozen aan tenen. De onbekendere Mutton betaalt de ski-vakantie. Daar zit de nouveau riche aan de kaasfondue. Misschien is dat dan hét Europese beeld van de film. Nogmaals... káásfondue! Tijdens de motorritjes droomt Marianne van kleine aanrandingen en aanrijdingen. De sexploitation blijft vrij beschaafd, alzorgt  het intermezzo met 'that French negro' van de douane voor hilariteit. 'Hoop dat ie dit keer van me afblijft...' 'Goh jammer, hij is er niet.'

woensdag 13 juli 2016

Lapland Odyssey

'Ik denk dat de drank op deze manier mijn hoofd sneller bereikt.' Drie Finnen in een wagentje. Op zijn kop. Het droogkloterig dronken 'autobeeld' dat de Finnen van zichzelf huldigen, wordt hier weer alleraardigst uitgevent. Lapland Odyssey doet in een soort aangelengde Kaurismaki. De sulligheid minus de melancholie, maar mét een paar tits & ass-jokes. Op die manier werd de film een gigantisch succes in het thuisland. (Er kwam zelfs een vervolg.) Wonderlijk fenomeen wel. Lachen om het mislukte stereotype van jezelf. Je slechte dag in de spiegel. Misschien helpt het dat Lapland ook voor de gemiddelde Fin héél ver weg is. De jongens moeten op hun kwestieuze queeste tweehonderd kilometer richting stad karren. Voor een digibox! In het hoogland willen de Finse Ch'tis ook gewoon Titanic kunnen kijken. Ander vermaak is er niet. 'Zijn job was naar China verhuisd, zijn vrouw naar het zuiden.' Gedurende de tocht – helaas zonder Odyssee referenties – leren we dat meneer 'Hockeyschouders' er mét 'veeleisende' vriendin toch het best aan toe is. De nerd houdt het op het spelen van Boobies Pacman. De sikkeneur op sikkeneuren. De komedie blijft zo simpel, maar de jongens zijn sympathiek en er valt een hele zwik Finstalige zwijmelliedjes te horen. Prima voor de couleur locale van zo'n niemandsland niemendalletje. En altijd die country-tic hè. Het Fins voor 'gvd' vergeet ik nu ook niet meer. 'Perkele!'

Whistle Down the Wind

'Jesus. He's in our barn.' De logische plek, nietwaar? Alleen hebben we het hier wel over een volwassen, baardige versie vertolkt door Alan Bates. De bronstige mysticus is altijd goed als ie kan zwijgen en gevaar mag uitstralen. Drie Engelse boerenkindjes vinden de verlepte kerel. Het dak van hun schuur vormt plots een kruis. De tekenen zijn – volgens de kinderen – overduidelijk. De grootste gelovige onder hen is tevens de oudste. Het Pippi-meisje met de indringende blik oefent alvast voor het kitchen sink drama. Dromen vallen in duizend scherven van dat aanrecht. Opgeveegd met tafellaken en servet. Waar komt haar irrationele geloof toch vandaan, peinst de kijker. Misschien omdat mama is gaan hemelen? Met die afwezige moeder wordt echter weinig gedaan. Zoals de film sowieso wat aan de oppervlakte blijft. In het vergelijkbare El Espiritu de la Colmena kreeg je wel het gevoel van een leerproces. Een gesprek met jezelf door middel van de fantasie. Het plot van Whistle Down the Wind drijft simpelweg op het ontdekken zelf. Om de eenvoudige spanning óf Jezus gevonden gaat worden door de 'grown ups'. Dat is me niet surrealistisch en subversief genoeg. Ik wil als filmgelovige een kerstwonder! Lief en geinig blijft het wel. Het guitige broertje met het dikke accent redt de film op zijn eigen manier. '198.' '198 what?' 'That's how many eggs I had since last easter.'

The Forgotten Village

'And the people hid their children.' Grappig hoe iets ouderwets ook weer modern kan zijn. In het Mexico van de jaren '40 huiverden de plattelandslui voor de enge dokters met hun 'paardenmiddelen'. Tegenwoordig heb je de anti-vaccinatie-lui, die ook naar natuurtijden verlangen. 'Goed voor de weerstand.' Vergeten film The Forgotten Village was een pet project van John Steinbeck. Zijn linkse liefde voor Mexico vindt zijn weg naar deze 'etnofictie'-film. Amateurs in een 'echte' omgeving die 'zichzelf' spelen. Destijds progressief, nu toch een beetje aapjes kijken. Al zie je het nog altijd in sommige arthouse op Mongoolse hoogvlakten. Postkoloniaal pijnlijker is dat we de mensen in The Forgotten Village blijkbaar wel mogen bekijken, maar dat ze geen stem krijgen. De hele film wordt volgeluld door een voice-over. (Met goede teksten, dat wel. Steinbeck schreef immers.) Enige uitzondering? Als er gezongen wordt. Dat mag 'de Ander' altijd wel. Zijn folklore belichamen in tijdloze liedjes, die we niet hoeven verstaan, maar kunnen voelen... Het verhaaltje heeft intussen op een dubbel niveau wat van Murnau. Die maakte al eerder Tabu. En het hoofdpersonage verplaatst zich hier ook in die Murnau-beweging van platteland naar stad. Daar groeit het moderne leven. In het dorp; de baby's van armesloebers. 'It is forming, it is forming'

dinsdag 12 juli 2016

A Respectable Family

'Denk je dat we hier geen wetten hebben?' De progressieve intellectueel met de hipster-bril in Iran. Hij is na jaren teruggekeerd uit het buitenland. Naïef, en een beetje ijdel wellicht. 'Ze hebben het me zelf gevraagd!' De man blijft een ongewenst element, verzeild in de molens van staatsapparaat, en in de klauwen van de 'ratten' die wél weten hoe de wieken draaien. Op dat niveau bestaat A Respectable Family uit het bekende werk. Kalende baardmannen in grijze pakken die namens de geheime dienst jouw boontjes komen doppen... Doe dan maar de 'backstory'. De universiteitsman groeit op tijdens een Iran-Irak oorlog. De grauwe flashbacks worden doorsneden met journaalbeelden vol gruwelen. De strafste ervan bevat geen bloed, maar zindert sereen. Een stel kindsoldaten raakt tot tranen toe in vervoering als ze hun messias Khomeini zien. Opgezweept tot het martelaarschap zullen ze sneuvelen. Hetzelfde overkomt de broer van de intellectueel. Diens begraafplaats is nog altijd één groot nationalistisch eerbetoon. De tocht naar het graf vormt de beste fase van de film. Langs de hel-weg van Teheran branden autowrakken. In de andere flashbacks neemt het melodrama het helemáál over. Een electroshock voor de ogen van een kind, waarom niet? In 'het nu' van de film voelt het wat onuitgewerkte gekonkel en gekronkel over geld haast 'gewoon'. Weinig respectabel.

De Mantel der Liefde

'Slaapt je voet? Hak 'm af.' Dichter bij Sweet Movie zal in Nederland nooit iemand gekomen zijn. En ook nooit meer gaan komen. Die unieke jaren '70-wansmaak. Naakt tussen de poeders eindigen. Extravaganza op zijn Hollandse hondjes. Nog een mazzeltje voor regisseur Van Ditvoorst dat 'ons' land wat katholieken telt. Wat moet je zo'n satire zonder decadente priesters? 'Wimpie, haal jij alvast het Sacrament der Stervenden!' De parade van bekende acteurs (en werkelijk élke grote naam draaft op) werd voor deze Dekalog betaald met drugs en porno-geld. Daarom deden ze hun stinkende best natuurlijk! Waar de priester-grappen al snel wat politiek slooms krijgen, is de filering van de alledaagse Hollandsche huiselijkheid messcherp. Letterlijk. 'Wat doen ze nou toch allemaal met jou Cornelisje?' Rijk de Gooyer mag 'gvd' niets! Weer een ander pittoresk gezinnetje kibbelt over de begrafenis van pa. Die leeft nog. De loopgraven worden meteen opgezocht. 'Zo, hebben jullie een auto tegenwoordig...' En toch, tussen alle tieten en piemels zweemt de melancholie van 'zo wie is er nu weer jarig'-kantoren en al te schoongeveegde straten. Vangelis oefent alvast op zijn Chariots of Fire. Weer rinkelt ergens een kassa. En Joost Prinsen mag als de regisseur de boel heerlijk meta-besluiten. Zijn producer buldert: 'Wat heb je goddomme met mijn poen gedaan!?'

Eureka

'Waarom verontschuldig je je toch altijd?' Eureka stond al veel te lang op mijn lijstje. Maar ja, 217 minuten... Het zou een minutieuze ontleding van een gijzeling worden. Dacht ik toch. De eerste tien minuten werden daardoor onbedoeld grappig. Er gebeurt al zo snel, zo veel – wat zijn dit voor modernistische 'cuts'!? – dat die hele gijzeling onmogelijk het hele epos kon vullen. Het gaat dan ook om de fall-out van het incident. De wijde kringen die een trauma trekt. Diep onder de ogen. Een beetje zoals The Sweet Hereafter. Onder de passagiers twee kinderen, die letterlijk 'naar binnen slaan'. De goedmoedige busschauffeur verdwijnt zelfs helemaal uit beeld. Voor even dan. Zijn terugkeer wordt door het dorp met argusogen bekeken. Regisseur Aoyama filmt het in ongemakkelijke sepia-tinten. Een beklemmende bleke kleur, als een oude ziekenhuisfoto die je nooit meer terug wilde vinden. Ondanks vele nare tegenslagen hervindt de hoestende buschauffeur wat hoop, daarbij geholpen door een jongen met Tokyo-branie. Samen nemen ze de twee stille kids op pad. In dé bus. Het lijkt héél even Little Miss Sunshine. Tot de stilten weer knoerthard worden. We eindigen bij zee. Zoals vaker in Japanse films, denk maar aan Takeshi Kitano. Als je uit dwalen gaat, is de zee ook je logische eindpunt. Rivieren van bloed en tranen. Een vleugje kleur terug op de wangen. 'Do you think one can live only for others?

maandag 11 juli 2016

Mauvais Sang

'Als kind hield ik me stil. Nee dat klopt niet, stilte hield mij vast.' Mauvais Sang doet ademen. In al de stiltes die er vallen. Geen ongemakkelijke. Gewoon, het transistor-ruisen van de harten. Het spektakelduo Carax en Lavant kan zelfs sereen zijn te midden van een parachutevlucht. Contemplatief tijdens een schietpartij. Innig verbonden op een scheurende motor. Alles haakt perfect in elkaar. Mauvais Sang moet je eigenlijk gewoon ondergaan. In de eerste plaats voor de force nature Lavant. De man die piepjong al stokoud was. De trucjeskoning, met kaarten, stemmetjes en dat magere lichaam. De nobele wilde ook, in zijn eerste shot lijkt hij wel een wolfmens. Carax plaats hem hier in een prachtige, sprookjesachtige setting. Een dystopisch Parijs zoals dat van Jeunet en Caro. Veel grijstinten, en wanden die abstract expressionistische schilderijen vormen. De stoeptegels branden duivels, want Halley's komeet zweeft voorbij. In de bloedhete nacht gaan Levant en co dan maar in een cabrio rondjes door Parijs karren. Het lijkt Gatsby wel, ook zo'n afdaling in een urbane hel. Modern love. Levant wordt ingehuurd door twee oude kerels die een virus-stam willen stelen. Met een titel als Mauvais Sang moest er ook wel een fijne AIDS-metafoor komen. Het geeft nog een extra apocalyptisch zetje. Binoche kijkt mee, Delpy rijdt mee. En Levant. Hij denkt en danst. 'Ik houd van vrouwen in een spiegel.'

Palo Alto

'I know it's not thursday.' De rijke, witte jeugd van tegenwoordig. Booze en blowjobs. Feestjes in kasten van huizen van afwezige ouders: afwezig zelfs als ze er wél zijn. Ook de ouders wonen in smartphone en ijdelheid. Enkel stiefpa wil zijn best nog wel op een history paper doen, want hij zit in een soort David Foster Wallace trip. Verspilde moeite, natuurlijk. We zijn in uptown Amerika. Meisjes om te zuchten zo mooi. (Geen obesitas hier.) De beste van de bubs is het meisje van die history paper. Sluik en verlegen dwaalt ze op de feestjes rond. Later blijkt ze zelfs ín een locker te passen. Frêle dromen. Eén keer schiet ze maar uit d'r slof. Als een maat suggereert dat niets haar interesseert. Ze zoekt gewoon d'r focus nog! Gym teach James Franco misschien? I wanted to play football for the coach... Regisseur Gia Coppola – het zal eens geen Coppola zijn – vangt de levens met de camera als dromenvanger. Paar goeie Vice-liedjes erbij, en klaar. Vluchtig, maar niet zonder duisternis, want vooral onder de jongens vinden we het ongemak. Ongedurigheid die niet in schoonheid sterft, maar tot zelfhaat leidt. De enige plek waar de twee schoffies enige rust vinden is de art school. De leraar maakt er rake, stonede kwinkslagen. Speelde Robert de Niro nog maar zulke rollen. Of het helpt? 'I'm not Bob, I'm not Bob'. De bob willen noch kunnen zijn.

Als Twee Druppels Water

'Hij is aan een parachute neergekomen achter mijn huis. Ik deed alles wat ie zei.' Hét beeld van de film. Als een giftige kwal prikkelt de uit de hemel neerdalende Dorbeck de fantasie van dromer Ducker. Misschien moet je zelfs zeggen, Dorbeck insemineert Duckers dorre geest. Aan de rand van Voorschoten lijkt de parachute immers ook wel wat op een zaadcel. De saaie sigarenboer gaat bijkans door het lint. Dit is zijn kans! Je hoort Hermans haast cynisch grinniken. De adaptatie van Rademakers bekijkend, begrijp ik ook weer wat beter waarom Hermans zó tekeer ging tegen Weinreb en co. Lafheid valt te vergeven. Pseudo-heldendom nooit. Gedurende de film worden ook wat andere stokpaardjes van Hermans bereden. Elke kans om een dokter te dissen moet je pakken. ('Ga maar een week in bed liggen.') Zelf vond ik de hoestbui een mooie echo en voorafschaduwing. Duckers vrouw hoest aan het begin, hijzelf tijdens het heerlijke hysterische end. Hermans zou het de laatste twintig jaar van zijn leven doen, in haast onstuitbare buien. What would Freud say? Iets met opgekropte woede tegenover een vader-figuur misschien? Waar hangt de papa van Ducker eigenlijk uit? Zijn moeder is alvast gek geworden. Klein dankwoordje nog aan Heineken die het prachtige nouvelle vague-kakmeisje Nan Los de film in wurmde. 'Neemt u plaats meneer, we houden van een snelle bediening.'