zondag 30 juni 2019

American Animals

'If this is how Spencer remembers it, let's go with it.' Heistfilm, sheistfilm. Wie fopt wie, en met wiens instemming? American Animals goochelt met een gedeconstrueerde vertelling. Dat is altijd fijn, presents inside multiple pasts. Vier gozers bedenken een overval, en voor ze het weten, voeren ze 'm uit, en bestaat deze film. De werkelijke overvallers, staan er namelijk bij, en kijken hoe de acteurs het doen. Mooie gimmick, en met veel goede wil een betrekkelijk lichtvoetige uitvoering van In Cold Blood. (De moeder aller Amerikaanse crime reconstructies, en trouwens evengoed een werk met darwineske ondertonen). Wat wil het geval? De jongen pogen een paar oude boeken uit een bieb te gappen 'I have the Darwin.' Ze bedenken een Sabotage-snorren-vermomming, en gaan aan de slag. Valt dat even tegen! Een robbery plannen aan de hand van films (want zo uber-meta gaat dat dus) is nog leuk, maar improviseren 'on the set'... Dat blijkt andere koek. Ondertussen peinzen de talking heads over hun lege levens. Het idee voor een overval 'om nog iets van hun avond te maken'. De sfeer heeft wat van bildungsdrama's als A Guide To Recognizing Your Saints, al kan dat door de New York Groove komen. En net toen ik dacht, iedereen spreekt hier, behalve de ware grenswachter. Spreekt ook zij. Gelukkig maar. 'I think it's a dangerous line to cross.'

The Favourite

'He had charm to burn.' Lanthimos on a roll, mensen. Als je zo'n goede film na The Killing of the Sacred Deer kunt maken, en dat nauwelijks een jaar later. Wow. The Favourite is zijn eigen Barry Lyndon, een nét niet gewoon periodestuk ontdaan van weeïge romances – liefde steekt als een krab – en sentimentele orkestraties. Veelal doemt de soundtrack in korte noten. En anders heeft Handel nog wel wat fijnzinnigs in huis. Ik wachtte vergeefs op zijn cameo. Of was hij toch de volgevreten man die bekogeld wordt met sinaasappels? Het is een van de absurde intermezzi, in een wel wat te lang verhaal, vervuld van kokette spanning. Het strijktrio Emma Stone, Rachel Weisz en Olivia Colman levert topwerk. Mannen geven het materiaal aan waarmee dit drietal elkaar te lijf kan gaan. 'Throw!' Colman speelt Anne, een kindse koningin met buien en konijnen. Weisz fungeert als haar machiavellistische hofdame slash power woman, met krasjes. Stone arriveert met een ferme klap, in de modder, en begeeft zich dan richting sardonische slangenkuil, waar niet alleen de slangen kronkelen. 'You're uncharacteristically still with your tongue this morning.' De cinematografie moet ook nog geroemd worden. Deze film vormt hét voorbeeld van de overbodigheid van 3D, dankzij de schwung die je kunt suggereren via groot(s) lenswerk. Een bijtende knock-out. 'Wolves.'

zaterdag 29 juni 2019

Hannah Gadsby – Nanette

'Let me explain to you what a joke is.' Lang geleden zag ik Theo Maassen optreden in het theater. Een van mijn vrienden bleef (achteraf!) maar roepen dat zoiets 'geen zin had, dat kon net zo goed op tv!' Nu kijk ik Hannah Gadsby's show, en vraag me af of het wel een film is voor een filmweblog. Moet dat niet in het theater? Gelukkig – het begint nog met een kopje thee voor ons cinefielen. Daarna duiken we het uitzinnige Sydney Opera House in, gevuld met witte vrouwen. Ik kende Gadsby niet, maar ze blijkt een lesbisch icoon. En ze heeft er genoeg van! 'Bit of negative feedback.' Heel meta, gaat het grootste deel van de show over the end of comedy. De grenzen aan Mannelijke Vrouw-grapjes en Picasso-disses. 'You wrote the rules. Read 'em.' Gadsby heeft het leven meegemaakt, de shit van het anders zijn. Dat werd grimlachen in de week van de Nashville-verklaring ('too much hysteria around gender'). Ondertussen betrapte ik me op Nederlandse trots. Niet voor onze homo-tolerantie (dat valt tegen), maar om het gevarieerde cabaret. Gadsby worstelt met de afgelebberde en altijd al oppervlakkige vorm van het Angelsaksisch standuppen, dat ze hier nog een allerlaatste uurtje volhoudt. Ze heeft terecht geen zin meer in adolescentenkomedie. Misschien moet ze maar eens naar Nederland komen. Een piano, een sketch, variatie. Dan wordt je van middlebrow, high brow. Haar stiekeme droom. 'No need to be so sensitive.'

The Snorkel

'You think I'm mad don't you?' De finale doodwals vertrekt zich al aan het begin van The Snorkel. Een man verricht systematisch(e) handelingen in een gigantisch huis. Wordt het zelfmoord? Spoiler! Neen, The Gaslamp Killer slaat toe, perfectie met een masker. De lange openingsscene zet de toon voor een fijne thriller, tegelijk heel erg bij die tijd (de fifties van Hitchcock) en tijdloos. (Mannen die mannen verdedigen, vrouwen die daarin trappen.) Mij bevielen de gewone looks, bijvoorbeeld van het hoofdpersonage - een jeugdige heldin weggelopen uit de wereld van Henry Orient. Na de dood van haar moeder gaat ze op onderzoek uit, aan de costa. Ze kent de dader, maar het hoe? Van Eyck glibbert door de film als womanizer. Hij palmt in, en strijkt glad. Zelfs een pedofiele suggestie gaan de makers niet uit de weg. 'Come and sit on the bed.' Hoewel het acteertalent van de cast te wensen over laat, blijft de film overeind met een kwartet kernkwaliteiten. Goede teksten, sardonische grapjes, fraaie nacht-shots die wedijveren met Wyler, en, bovenal, de kindse goedheid van het hoofdpersonage. Puberen in de doortrapte wereld der volwassen. Een trauma-opeenstapeling. Even logisch als galant moet dat alles in een cirkel eindigen. Vakwerk met figuurzaag, als een verhaal van Dahl. 'Nobody really understands why a person does such a thing.'

vrijdag 28 juni 2019

Todo Lo Saben

'Waarom zeg je niets?' Farhadi in soapy Spanje, soppend en tranend. Cruz en Bardem zijn niet mijn sterren, maar ik begrijp best dat de Iraanse regisseur stond te popelen. Speciaal voor de arty snobs heeft hij ook Ricardo Darin nog ingehuurd, al moeten we daar wel een halve film op wachten. Cruz is terug uit Argentinië voor een huwelijksfeest in een Spaans stadje, waar ex Bardem tot ongenoegen van d'r familie een grote meneer is geworden. Darin is wijselijk thuis in Buenos Aires thuis gebleven. Het eerste kwart heeft Todo Lo Saben een Woody Allen-vakantiesfeer. Europa, Europa, continent van goede vino en (veel te) mooie mensen. De Spaanse 'grappen' zijn helaas ook mee in de rugzak, net als hun exaltaties. Emoties beleefd in rituelen. Ik wachtte ongeduldig op die Farhadi-touch – een oude, dronken man monkelend in een traplift – en vooral, de Farhadi-twist. Voila! Een verdacht assertieve dochter wordt ontvoerd. Nu begint een Cluedo met schimmige Spanjaarden, in een keeping up appearances-staat. Schoon van buiten, verrot van binnen. Zoiets heeft potentie, maar door de vele clichématige familie-vetes raakt het verhaal troebel. Zelfs de gearriveerde geest Darin kan de boel niet meer redden. Wat blijft, is de rake titel. Duidelijk uitgesproken, niet mis te verstaan. Dat zegt ook wat over de film. Meer schematisch dan schismatisch. 'Ik dacht niet dat hij het je zou vertellen.'

Three Identical Strangers

'It's a little darker than a Disney movie.' Mijn mening over adoptie moge bekend zijn, maar die ellende levert in elk geval wel goeie films op. (Misschien dat er ooit nog eens een fijne Andere Tijden-aflevering over de huidige 'Braziliaanse' casus zal verschijnen.) In Three Identical Strangers ontmoeten drie identieke Amerikaanse seventies-boys elkaar bij toeval. Zoals in elk goed Amerikaans verhaal wordt het wonder meteen een showbizverhaal ('We went on everything.'). Het wordt allemaal ook heel Amerikaans verteld, op zo'n manier dat alles maximaal effect heeft. Een beetje volksverlakkerij en zelf-uitmelkerij zit er – toepasselijk genoeg – wel bij. Wie Apteds Up-reeks kent, komt het allemaal bekend voor. Ik noteerde de volgende raad: degene na mij kijkt moet maar notities maken, om te zien welke adoptieve ouders ook alweer van welke jongen waren, om zo te zien hoe dat zijn invloed heeft. Spoiler! Uiteraard blijkt dat het plan. Grappig, elke fictie-twist blijft me foppen, maar een academisch plannetje zie ik van verre aankomen. Voor de newbies komt de docu halverwege met een onnozele samenvatting. En dan gaat het goed los. Met drama, Duitse psychiaters, nieuwe casi, en zelfs zeer moderne deepstate verontwaardiging. Ik kon me er niet echt druk om maken, maar een sterk verhaal blijft het. 'I remember filming more than anything else.'

donderdag 27 juni 2019

Shoplifters

'Kijk uit ouwe tang, straks vat je nog kou.' De rijke kleuren van Kore-eda, het werd tijd dat ik ze in de bioscoop ging bekijken. Op het grote scherm viel me meer dan voorheen Ozu's invloed op. De shots die kleine kamertjes binnen koekeloeren. Of zit het toch anders, is Japan an sich gevormd naar Ozu's cinema? Een surrogaat-familie Shoplifters drijft hier in elk geval weer mee op de seizoenen. Vader 'Fagin' (Lily Franky) heeft zijn troep van baantjes-sukkelaars nauwelijks onder controle. Op elkander gepropt bij oma in haar anderhalf kamer-flatje. In een van de vele fijnzinnige shots kijken ze met zijn allen naar het vuurwerk, naar de horizon die ze nooit zullen bereiken. Op thematisch vlak gebeurt er weinig nieuws. Een 'aangenomen' zoon leert zijn 'afgeleefde' vader waarderen. En afscheid nemen, dat kunnen Japanners. Met gepaste afstand, en, op zijn tijd, gepaste gevoelens. Afgepast eten, zit er echter niet in. Wat een onwaarschijnlijke hoeveelheid gaat 'r hier naar binnen. Dat zorgt wel voor een lollige cut van boys talk naar een mais-stick, waar dan ook nog een plastic zakje om heen gaat – het moment deed me aan een Project Pat-lyric denken. In de finale volgen verklaringen, die voor ongeloofwaardigheid zorgen. In het ongewisse kan alles. Mag alles. Laat Kore-eda eens een sensuele vrouwenfilm maken, vrijgevochten van de familie. 'Morgen is er weer een dag.'

Tully

'Momma's joking honey, like a clown.' Borstelige film, in alle opzichten. Charlize Theron ontbeert komisch talent, net zoals scenariste Diablo Cody. Dit geeft al een hint hoe deze tragikomedie zich zal gaan ontwikkelen, maar voor het zover is, intrigeert precies dat ruwbehaarde spanningsveld. Alsof slechte grappen het idee waren, en ook kunnen zijn. Het soort ongemakkelijke kwinkslagen waarmee mensen elkaar (expres) raken. Theron speelt een doodgewone moeder, met een doodgewone, gamende echtgenoot - toch actiever dan films kijken - en twee kids. Er is een onverwachte derde op komst, die de film de kans geeft tot eindeloze aftap-scenes. De moeder als melkmachine. Je ziet dat soort 'fysicaliteiten' niet zo vaak in cinema, zeker niet in een Amerikaanse, en juist daarom is het best stoer. 'Mom, what's wrong with your body.' Er valt zelfs wat van op te steken. Na een bevalling moet moeder piesen, van de verpleegster. 'How much fucking pee do you need?' Als de nood hoog is, en Theron op springen staat, verschijnt Tully. De borderliner nanny, met het wilde plan van aanpak. Ze verandert rap van Poppins in een sexy begeleidingsmeisje. Vijf jaar terug zou ik daar compleet voor gesmolten zijn. Nu haperde de derde akte. De boel binnenstebuiten gekeerd, als een veertig plus-moeder. Wel toepasselijk. 'My veins have veins.' 

woensdag 26 juni 2019

The Cleaners

'They rely on garbage.' Fijne post van Aafke – voornaam volstaat – een tijd terug, over hoe de media enkel scherpe uitspraken blieven. Anders blijf je als slimme talking head maar mooi thuis met je redelijke middenweg. En dan zeg ik als Ludo-Vico, eindeloze scherpheid, leidt tot botheid! The Cleaners legt zulke machinaties bloot aan de hand van de lui die de boel 'opruimen'. Het Filipijnse modjes-legion dat voor mTurk-zakgeld veertig plaatjes en video's per minuut bekijkt. 'Ignore.' 'Delete.' Uiteraard heeft dat effect op hun psyche, maar die laag interesseert me niet zo, en wordt door de makers wat opgeklopt (jawel, aangescherpt!). Op zoiets kun je als mod getraind worden, of je verschuift dood-leuk elke week van stoel. Na onthoofdingen met een bot keukenmes is zelfs de ziekste pornografie vermoedelijk een verademing. De beelden van Manilla, brengen de documakers waar ze moeten wezen. De St(r)aat. Sociale media zijn immers slechts een afspiegeling van onszelf en onze machthebbers. Daar en dan komen de interessante vragen naar boven uit de menselijke brij, veelal zonder oplossing. Censuur is soms wel en soms geen goed idee. En wanneer, wat, geldt? God mag het heten. Zuckerberg dus, voorlopig... 'We should keep disturbing the world'.

The Place

'Als je God wilt voelen, moet je zwanger worden.' Een Europese remake van een Amerikaanse tv-serie, dat kan dus ook! Ik noteerde bovendien 'Japans sardonisch', als kernbegrip. De nationale hokjes kunnen daarmee weer subiet de deur uit. God's dealmaker – of is het toch de duivel zelve? – zit in een cafe. Hoofdrolspeler Mastandrea zal kilo's aangekomen zijn op de set. Hij blijft maar eten en drinken. Een groep imperfecte vreemden komen langs, vragen Hem om een gunst, en vertrekken verbijsterd. Op het kruispunt van hun leven verkopen zij hun ziel. Geluk in ruil voor gruwelheden. Een faustiaanse setup, die sadomasochistisch-postmodernistisch wordt ingevuld. Vandaar mijn Japanse notitie, al komt ieder willekeurig kort verhaal van Auster snel om de hoek piepen. Misschien zou de film zelf ook beter als kortfilm zijn geweest, aangezien we – dapper! – de hele tijd in dat cafe blijven. Een weeïge soundtrack (als een trailer) en schimmige lenzen moeten dit minimalisme voor de massa verdoezelen. Dergelijke goocheltrucs doen uiteindelijk meer kwaad dan goed. Het scenario zit van zichzelf al snappy in elkaar. Vol cynische rechtvaardigingen en lesjes acceptatie. De lijnen kruisen elkaar als op een magic board, en vormen, dus toch heel Italiaans, een geinige bijbel-update met een lachwekkend appeltje tot besluit. 'Things don't always make sense.'

dinsdag 25 juni 2019

A Man of Integrity

'Mannentrots creëert problemen die alleen vrouwenintelligentie kan oplossen.' Alles zit tegen voor onze man uit Teheran, die naar provinciehoofdstad Rasht is verkast. Een plek groots in kleinzerigheden. Hij doet aan 'meloendoping', het meest unieke en vlezige detail van de film. Dat zorgt er wel voor dat iedere paar dagen de politie bij hem komt koekeloeren. En dat is nog maar het begin van de ellende. Zeker het eerste kwartier lijkt het scenario wel een absurd toneelstuk, of een klucht van Tsjechov. De Goudvissenkweker, zo had het ook kunnen heten. Dit is, uiteraard, een Iraanse film die het Westen bereikt, ofwel een anti-Iraanse film, van de makers van Manuscripts Don't Burn. Met de minuut zwengelt men aanklacht tegen het kafkaeske draaideurregelland steviger aan. 'God heeft voor alles een oplossing'. Het zou boeiender zijn geweest wanneer het scenario focuste op de echtgenote van Job, een een vrouw van stavast, met een eigen, baan, en een sensuele hoofddoek-uit knipoog op zijn tijd, terwijl de melk overkookt. (Zoals Tom Pintens al zong.) De film blijft stug bij de boze held, eenzaam in zijn grot, een nogal simpele, dubbelzinnig-metaforische plek. Intens kijkende mannen worden tot de laatste druppel uitgeperst. 'Het leven is te koop.'

The Sisters Brothers

'What the hell is “fortuitous” energy!?' Geef me een film met semantische discussies, en ik ben tevreden. Zoiets kan zelfs in de western. Audiard bewijst het met een pak Hollywood-sterren, die allemaal worden weggespeeld door Riz Ahmed. Rappen en acteren blijkt weer eens een gouden combi. Joaquin Phoenix doet ondertussen zijn drinkebroer-mompelaar – een Hansje Teeuwen ('luid en duidelijk'). De casting van broer Reilly is een stuk verrassender, en haast tegendraads. In het begin heeft hij zelfs lang haar, al gaat dat er meteen af. De Sisters Brothers zitten in opdracht achter een man aan, die ook weer in opdracht een mysterieuze uitvinder (Ahmed) heeft gelokaliseerd. Later in de film worden onze jagers ook zelf achterna gezeten, ad infinitum. De broers kibbelen over carrière moves, nu de toekomst van gepoetste tanden nadert. Al typende lijkt de thematiek misschien gewoontjes, maar langzaam sijpelt er een fijnzinnige, Europese kapitalismekritiek de film binnen. 'Who is this pretentious fucking asshole kidding?' De entree tot Heaven's Gate ligt in het persoonlijke fetisj-ritueel, de kleine dromen. Nooit in de gold rush. Het gouden moment waar alle missiemannen op uit zijn, had wat magischer gekund, net als de matige MIDI-soundtrack van Desplat. De afwikkeling, daarentegen, is gruwelijk perfect. 'After a series of dramatic events...'

maandag 24 juni 2019

Cold War

'If it smiled, it was through tears.' Een koud kunstje voor Pawlikowski, zo'n grote mensen-film met grote mensen-looks. De man heeft filmische klasse en goede smaak (tot) in zijn vingertoppen. Een blik der herkenning Net als in het nog sterkere Ida zorgt die kunde voor een heerlijk sereen gevoel. Minimalistische dromen vol weemoed in dreyeriaans zwart-wit. Het begint met een paar Poolse Lomaxen op een busreis. Vol leninistisch elan zijn zij op zoek naar volkshelden van voorheen. Ik hoopte prompt op een hele film waarin dorpsmuzikant na dorpsmuzikant liefdevol zou worden gekoesterd. Een Im Lauf der Zeit-trip langs al dat vergaat, op het moment nieuwe machten de oude kunsten verpulveren. De mensen ademen stug door, op de kracht van hun melodie, en seks op het ritme van de volksdans. Pawlikowski heeft echter weinig tijd voor dat soort muzikale (n)ostalgie. Zijn korte film maakt dappere sprongen, letterlijk en figuurlijk, over lands- en tijdsgrenzen heen. In Parijs vinden man en vrouw de free jazz, de politieke vrijheid, maar nooit elkaar. 'Wie zal ik daar zijn?' Gaandeweg wordt hun relatie een gevoelige abstractie. Een leven op een onvermijdelijk katholiek kruispunt. Mij bekroop het gevoel dat het materiaal voor de romance eigenlijk niet eens zoveel voorstelt. Maar voor de film geldt zoals voor de muziek: 'If you sing it right, it will fit.'

Touch Me Not

'Why am I in your bedroom?' Staren is onbeleefd. Wat nu als cinema je dwingt te staren naar wat je niet wil zien? Mensen als Seidl hebben een carrière gemaakt van die machtspositie. Ook Pintilie toont zich een ramptoerisme-meesteres. Gij zult mijn acteurs met huid en haar tolereren. En opvreten. Ik peinsde al kauwend op de verschillen tussen 'male gaze' en 'female gaze'. De eerste zit in het verdomhoekje, maar hoeveel beter blijkt de tweede variant? Een 'male gazer' oordeelt wellustig. De 'female gazer' staart afstandelijk, bijna bedenkelijk, om bij welbevinden gematigd te glimlachen. Haar 'gaze' wordt nooit echt onderdeel van 'het spel'. Het hoofdpersonage van Touch Me Not personifieert die houding. De frigide vrouw haalt Circus Seks in huis, en kijkt ongeïnteresseerd toe – met de blik van Charlotte Gainsbourg. (Die associatie kan ook door Von Triers nymfomane wereld komen). Het wekt weinig verbazing dat ze vrouw zich(zelf) weigert te openen bij rukkers of transgenders. Dat gebeurt pas wanneer het geweldig wordt, dan breekt haar glimlach door. 'Can I touch your tears'. Zo denkt de film ons de harde kern of naakte waarheid te tonen, zonder werkelijk nieuwe inzichten te bieden. Een museumporno vol Freaks en een zwijgende, foute vader. De favoriete film van Griet op de Beeck, ongetwijfeld. 'I think we have an audience.'

zondag 23 juni 2019

Beast

'You're wounded.' Een film als een openbaar privé-monument. De knuffels, kaarsjes en kaartjes die mensen neerleggen na een daad van zinloos geweld, of een verkeersongeluk, het houdt zowel iets fascinerend als iets irritants. Ongetwijfeld een privé-ergernis van mij, ik geef het toe. In Beast raakt het prachteiland Jersey bezaaid met zulke plekken,  voor en ter ere van verdwenen tienermeisjes. Een seriemoordenaar slaat toe, en blijft toeslaan. De film volgt Moll, een net te oude jongedame die net te oud nog bij haar tirannieke moeder woont. Haar naam spreekt boekdelen, ze is de verlaagde toon van de familie, hun assepoester. Dan ontmoet ze uit het niets een wildebras, een praktische man, kortom, iedereen voelt het. Het Beest. Zeker het eerste uur fascineert het scenario, dat dan een update van Thomas Hardy vormt. 'He might have some native intution'. Jersey boeit als plaats delict, nog wat meer in zichzelf gekeerd dan de 'echte' Engelsen. Denk daarbij aan de dorpse blikken, de intolerantie voor alles wat afwijkt. In die fase heeft de erotiek de klasse van Lynne Ramsey. Later neemt het melodramatische gehalte moralistisch toe, met teveel ambient-overstemmingen. Wel blijft het scenario steeds ternauwernood aan de goede kant van de lijn - de smeuïge. Om het in het West-Vlaams te stellen: mensen zijn kluotzakken, allemolle. 'Nothing's wrong with me.'

The Kindergarten Teacher

'It's interesting to see things from a new vantage point.' Ik voelde het bij de titel al. Iets klopte hier niet. Inderdaad, dit is de filmblunder van het jaar. De mijne. The Kindergarden Teacher her-maakt een sterke Israëlische film van een paar terug. Haast hetzelfde, dus helemaal overbodig. Moet ik daar nou een negatieve recensie over gaan schrijven? Zo blasé. Ditmaal speelt ster Maggie Gyllenhaal de groep drie-juf. Zelf heeft ze kids van middelbare school-leeftijd, wat ook al niet goed kloppend voelt. Technisch gezien kan het best, maar in spirit. Oudere kids doen je verouderen, om het grof te stellen. 'It's good, Lis.' Qua setting blijkt de verplaatsing merendeels een minpunt. In Israël is elke stap een politieke daad, sluimert grens-gevaar. Zolang de 'Ander' buiten beeld blijft, werkt het in New York nog wel. De gegoede kaste van Israel en Amerika verschilt eigenlijk nauwelijks. Een pseudo-progressiviteit, opgesloten in de eigen cocon. Als middenklasse-moeder valt Maggie voor de kunst, en het talent dat ze niet heeft. Ze vindt haar Indiase goeroe, in haar eigen klas. Opmerkelijk genoeg doet de Amerikaanse versie stukken minder thrillerig, en minder geschift. De film waarschuwt voor een gebrek aan nieuwsgierigheid, iets dat totalitaire staten graag afdwingen. Maar wat tonen de luie makers ons zelf dan? Een kinderdutje. 'Loneliness, is still time spent with the world.'

zaterdag 22 juni 2019

Have a Nice Day

'Deze vraag is nogal diep.' Openen met een Tolstoj-quote, eindigen met Goethe – Have a Nice Day weet hoe het de intellectueel moet behagen. De Chinese animatiefilm is van alles wat, en subliem niks tegelijk. Een minimalistische mood piece, puur concept om bij weg te dromen. 'Anime' in China betekent allereerst een wagonlading sigaretten. Rooklijntjes kringelen als de draden van een pop richting de hoofden van de gangsters. Op de achtergrond klinken lo-fi hiphop beats to study by, gecomponeerd door een collectief dat zich The Shanghai Restoration Project noemt. Shots van grauwe bruggen en lampen, en eindeloos getelefoneer volgen. Het blijkt genoeg om een gevoel van deontologisch verval op te roepen. Een stel gangsters lijkt elk moment in een Khashoggi moordsquad te kunnen veranderen, maar voorlopig blijven de ledematen er nog net aan zitten. 'Ik kan zien dat dit fauvistisch is.' Een zak biljetten gaat van hand tot hand, met als cruciale hotspot het 'Integrity Internet Cafe'. In een bruusk en betekenisvol moment neemt de orwelliaanse Chinese Staatsmacht het op tegen de hamer van de sappelaar. Andere personages worstelen vooral met sociale verwachtingen. Hoe heftiger het geweld toeneemt, hoe meer Have a Nice Day een Dragon Ball Z-mozaïek wordt. Nee, Maoziek. Maatschappijkritische kooplessen. 'Misschien wilde hij zijn lot veranderen.'

La Holandesa

'Ik ben nog niet klaar.' Ook in Chili tikken Nederlandse filmmakers eerst even die semi-naakt-scenes af. Rifka Lodeizen is een stoot, en dat wordt haar meermaals verteld door de boludo's en macho's die Zuid-Amerika bevolken. Ze is met haar vriend richting een Nooit Meer Slapen-land vertrokken om te herbronnen. Het bloed in de wc (toch nog altijd een shocker!) geeft de ondubbelzinnige hint waar het om gaat. Een uiterst fysiek verdriet. Mij leek het interessant wanneer de film om die reden een verdringingstocht zou worden, als een omkering van de gangbare roadmovie. Zij ontkent, hij ontkent. En dan maar stug doorgaan met proberen. Uiteraard niets van dat. La Holandesa blijft binnen de kaders van het genre. Een roadmovie hoort nu eenmaal een verwerkingstocht te zijn – het Westerse helen in het land van de Ander, via de Ander. Rifka vertrekt op kindertoer, ze blijft maar kroost tegenkomen. Had aardig kunnen zijn, als de ontmoetingen achtelozer waren geweest, en niet pregnant van symboliek. Ook begint op te vallen dat niemand Chili een leuk land lijkt te vinden. De Chilean Holiday oogt meestal als grauwe zooi, een extreme landschappen-expeditie. Erg prikkelen wil het na die beginfase nooit meer. Gelukkig blijft Rifka een topactrice. Een keer in Amerika proberen? 'Misschien hebben we ook te weinig gepraat.'

vrijdag 21 juni 2019

Unsane

'You know what an impulsive girl I am.' Een van Soderberghs slechtste, zo niet de allerslechtste. En dat voor een man die meestal een aardig basisniveau haalt, en daar vervolgens zelden bovenuit stijgt. Zijn interesse in medische shizzle voelt nochtans oprecht, en werkte in Side Effects nog prima. Dit keer pakt hij verzekerings-scams aan. Psychische zwakken uitbuiten, Ciran-style. De kafkaëske angst van iedere GGZ-patient komt daarmee uit. Opeens ben je opgenomen! Potentie genoeg voor twist na twist. Want dat strak gespannen bekkie dat het overkomt, is ze eigenlijk wel normaal? Of heeft 'the man' toch gelijk!? Soderbergh leeft zich uit met digitale camera's, die gepast klinisch de grauwheid van een 'mental health centre' vangen. Het 'jonge ding' in het koekoeksnest heeft zich dan al verdacht gemaakt door al te seksueel assertief gedrag te vertonen. Ze belandt in een Breakfast Club voor psychiatrics. Soms bewust grappig – 'I'm not suppposed to be here! – vaker een rommeltje. Wat rest is de twist die je weet dat gaat komen. Helaas, een verdachte bril verraadt veel. Daarna volgen slechts plotgaten. Niet eens lekker belachelijk meer. Dit had een over the top giallo vol jeukende kruisen, en een gewillige 'magical negro', kunnen zijn! Zelfs de dubbele kans op een sardonische einde benut Soderbergh niet. 'Can you stop taking notes.'

Leave No Trace

'We can still think our own thoughts.' Mosquito Coast, de on-melodramatische variant. Je hoeft niet naar het eind van de wereld te reizen voor die bushcraft-experience – daar kan Jos B. over meepraten, nietwaar... Om de hoek, in een park nabij Portland gaat het ook prima. Een pa en een dochter kamperen daar into the wild. Moeder is dood, iets dat nogal een cliché-element vormt voor dit type film (Captain Fantastic!). Mannen met dochters draaien door zonder echtgenote. De makers hebben Ben Foster ook nog opgezadeld met een PTSD-trauma, wat de film in mindere fases iets hippie-pamfletterigs geeft. Mooi wordt het niet zozeer in het groen en regenachtige knollenland, maar op de metaforische grens van socialisatie en verwildering. De Portland Aerial Tram schokt zich met horten en stoten richting winkelcentrum. Wanneer het helemaal misgaat zijn er DSM-achtige wezensvragen, voorgeschoteld in en uit naam der gestructureerde rationaliteit. Onze maatschappij is een dorp, met een ons móet ons kennen-mentaliteit. Afwijken mag, maar binnen vastgestelde parameters. Uiteraard volgt de – begrijpelijke – confirmatie-opstand van het jonge grut. De makers leenden voor het krachtige einde uit La Meraviglie. Huiselijke bijen worden een (ditmaal) niet al te origineel symbool van vrijheid in gevangenschap. 'This isn't the way we used to be.'

donderdag 20 juni 2019

In den Gängen

'Welkom in de nacht, collega's.' Het is een nacht die je in normale films ziet. Tegenwoordig werk een paar dagen per week ik als “chef” boeken in een kringloopwinkel, dus ik begin de taferelen wel te herkennen. Het weggooien – en het snaaien – der afgekeurde zooi. Stoffige mannetjes met hun precieze bepalingen en omgangsvormen. De afdelingen-vetes (wie gaat over deze gang?) en vooral, de eindeloze hoestbuien van zware shag-rokers. Zo geschiedt ook in een Duitse super, en het is allemaal van een ongelooflijk fluisterige YouTube-liefheid. Het hoofdpersonage (Franz Rogowski) vormt een rattenkop-variant op Gigante, de Argentijnse security guard. Hij raakt eveneens on the job geobsedeerd door een vrouw – niemand minder dan Sandra Huller van Susswaren! – want een andere manier om het plot voort te stuwen is er niet, en zal er ook nooit zijn. Laat het gedrentel beginnen. 'Keine weiss was.' Er valt ook zo weinig licht naar binnen op grauwe gangpaden, kamers en cafés. In het pakhuis kan het nog steeds de jaren tachtig zijn, en doen meisjes nog steeds hun haar zo. 'Bei dir?' 'Auch.' Wanneer het kerstmis wordt, verandert In den Gangen in een bitterzoete decemberfilm. 'Der Solide Christian' slaapt nooit, en staart vanuit zijn eenpersoonsbed naar het vuurwerk. Hij doet per knuffel-grijparm en heftruck een gooi naar het leven. Het zij hem zó gegund. 'A true friend is hard to find.'

Burning

'Er zijn teveel Gatsby's in Korea.' Hij komt verdraaid vroeg, die referentie. Burning is een slowburner, dat maakt zo'n spaarzame concrete invulling extra jammer. Langzaam marineert het gevaar hier richting kookpunt. Zo sloom, dat je het nauwelijks merkt. De Murakami-adaptatie voert een jonge schrijver-slacker op, die als Faulkner-fan wel wat van het 'platteland' weet. Hij pendelt tussen metropool en Paju, omdat zijn koppige vader het daar weer eens verknald heeft. De plaatselijkheid van Paju, op alle lange uren van landerige dagen, vormt het unique selling point van de film. Een milieu de memoire van een lege jeugd. Vlak aan de grens met Noord-Korea, klinken de boodschappen van het noorden, als achtergrondruis. Een grens met een rauwe edge. Het moderne stadsleven komt hem daar en elders (ongewild) opzoeken. De pummel wordt al snel het derde wiel aan een te dure wagen. Aan nouvelle vague spelletjes doet het 'vrienden'trio niet – maar ze zijn wel even verloren. De Koreanen gaan als Westerlingen op zoek naar Afrika voor Zin (des Levens). Met het nihilistische shot uit een christenkerk zag ik het. De hand van Chung-Dong Lee. Zijn film zit vol smaakvol gegoochel met bekende westers-literaire thema's – vermissing, vergeving, verlossing – maar mist toch de echte magie, al zijn er momentjes. Precies het niveau van Murakami, dus. 'De wereld is een enigma.'

woensdag 19 juni 2019

Jeune Femme

'Raad eens wie ik ben? Amy Winehouse.' Een jongedame heeft last van l'amou-ren de gekte ervan. Doorgedraafd belandt ze 'un peu nerveux' op de eerste hulp, een opname dreigt. Even later is ze alweer weggerend. Terug naar die verlopen relatie. De Adjani-exercitie van Laetitia Dosch mag er zijn. Fysiek en intiem, de hele mikmak van het niet los kunnen laten. Met een puberale fuck the world-mentaliteit valt het haar bijzonder zwaar het volwassen leven te leven. Alleen en vereenzaamd in Parijs. Met het belangrijker worden van die locatie, verdiept en verdappert de film, en trouwens ook het hoofdpersonage. De grootste Franstalige cineasten worden door regisseur Leonore met veel talent aangeroepen, voor haar eerste jazzy stadsfilm, waarin de vurige vrouw eigen benen moet vinden. Gezond voor zichzelf gaat kiezen, met het stoere individualisme van Gil Evans. Er zijn mee- en tegenwerkers, zoals een gefakete goede fee, een collega op het werk (in een onversneden 'bar a culottes). Ook mooi is haar tijdelijke onderdak. Diep weggestopt in de laatste kier van een eindeloos (oud) gebouw, als een hermansiaanse Au Pair. Met moeder blijft het behelpen, hun stiltes zijn van een hyperventilerende kortademigheid. De totale grote mond-chaoot weerstaat alles. Je wilt ze echt niet in echt meemaken, maar ze zijn zo heerlijk echt in films. 'C'est fou ou du bon sens?'

The Ballad of Buster Scruggs

'My sobriquet of preference.' Een boeket van verhalen. Vaak een teken van verminderde inspiratie, halve ideeën die elkaar dan, als het een beetje meezit, versterken. Die illusie is snel gewekt, want zelfs een regisseur uit vorm kan zien hoe de volgorde gaat werken. De Coens doen het, en weten het. Dus begint men bedenkelijk en flauw. Ik hoopte op een don quichoteske western-deconstructie, maar het lijkt meer op Tarantino-postmodernisme. De eloquente western-gangster met meerdere bijnamen. Ook de editing valt in negatieve zin op. Waren er teveel takes nodig, of heerste haast? (Dik twee uur is sowieso te lang). De melige bijnamen – en de bij-zang – verworden tot leitmotief. Vanaf 'The Pecking Pythagorean' beginnen de verhalen wél ineen te grijpen. Ik fantaseerde over hoe de Coens zichzelf op de hak zetten. De sardonische macht van de verhalenverteller bespotten (Overlevings)kunst in het Wilde Westen van Hollywood. Pas echt goed wordt de film met de entree van Zoe Kazan. Emily Dickinson-achtig, van binnen en van uiten. Subtiel, en verleidelijk, maar alleen als het moet. Kortom, mijn favoriete Amerikaanse actrice. Met haar maken de Coens een Meek's Cutoff-variant. Ze besluiten met een In Bruges-geintje. Zodat maar duidelijk mag zijn, deze ballades zijn een manier om op niveau te komen, niet zozeer op niveau te zijn. 'Getting to keepers.'

dinsdag 18 juni 2019

Den Skyldige

'Ik ben gevallen met de fiets, en heb mijn knie pijn gedaan.' Het leven van de telefonist in een alarmcentrale gaat van kleine besognes naar grote drama's. Diep weggestopt in een bedompt kantoor zit een agent de telefoontjes af te handelen. Om hem heen eet men broodjes, en hij baalt. Een degradatie vormt een psychologisch achtergrondlijntje, een extra (mentale) gevangenis in een Gouden Ei gevuld met spanning. Den Skyldige riep dankzij word of mouth-reclame (zo toepasselijk!) al hoge verwachtingen op, en ze worden waargemaakt. De setup kon nauwelijks abstracter, of ze moesten er nog een hoorspel van maken – ik denk dat dat ook prima zou werken. We horen een wanhopige beller, en zien een centralist die aan het regelen slaat, zonder dat hij veel kan doen, of info heeft. Jusqu'a la Garde besloot met eenzelfde situatie in de finale. Den Skyldige is niet meer dan finale. Anderhalf uur lang een vrouw in nood en het luisterend oor. Hij zet aan tot actie, hij speelt het rollenspel. Met bluf en teveel risico, want zoveel krijgen we wel mee, deze agent heeft het moderne ongeduld, het korte lontje van de verwarde samenleving. Samen met hem wordt de kijker op scherp gezet, almaar meer zekerheden weggevijld. Het kleinste geluid wordt het grootste drama, zelden lonkten spijlen huiveringwekkender. Eenheid van plaats, tijd en leed. 'Een grote blauwe stilte'.

Voyage of Time: Life’s Journey

'When nothing was.' Ooit maakte de man zelden een film, nu hoort ie er elk jaar bij. Terrence Malick. Ditmaal met een documentaire. Op zichzelf een wijs plan, hij leek toch wat vastgepind in zijn uit duizenden herkenbare fictie-stylo. ADD'er Malick komt hier tot rust. Hij laat zich soezen door God's stralen op Moeder Aarde, en de zon door het wuivend graan. Het zijn een paar van de (weinige) trademarks die overblijven. Zelfs de befaamde camera-drones worden meestal aan de grond gehouden. Inhoudelijk lijkt Voyage of Time me een project voor Dolfinarium Harderwijk. Een matige variant op die darwineske Fatboy Slim-video in anderhalf uur, en in Imax-kwaliteit. Meer dan van de beelden was ik onder de indruk van het massieve geluid. Orgels en koren, maar ook abrasive earth songs waar field recordist Chris Watson een evolutionaire moord voor zou doen. Na de 'film is lava'-fase – met vonken en vlammen op zijn Days of Heaven – komen de beestjes. De eindfase der primitieve mensen heeft wat lulligs, maar gelukkig zijn er de hele film lang Unicef-interjecties van mensenrituelen. Cate Blanchett peinst als huisfilosofe over de freudiaanse angsten voor Moeder Natuur. En vader Malick, hij vindt de moedervlek van een kind. Het wordt tijd dat hij eens een jeugdfilm maakt. Ik zou, ondanks alles, toch weer benieuwd zijn. 'No end to your birth.'

maandag 17 juni 2019

Utøya 22. Juli

'Vandaag mag je een beetje gestrest zijn.' Na een kwartier breekt de hel los. Gefilmd alsof ook de cameraman geen tijd had om te ademen. Toch is de fase vóór de eerste knal al spannend, en ergens ook oprechter, eerlijker – belangrijker. Misschien had die periode een volle film moeten beslaan, een filosofische, beter passend bij het lieve, linkse jongerenkamp dat eindigt in rechtse gruwelen. Iets dat ik me nooit goed besefte, er zat uren tijd tussen de eerste aanslag, en de aanval op het nabijgelegen eilandje. De kids keken naar de tv, en dachten veilig te zijn! In zulke details werkt zo'n terreur-adaptatie. De jongeren proberen elkaar te overtuigen van de irrealiteit van wat hen overkomt. En wanneer ze de politie bellen, gelooft die het huilende meisje niet, maar pas de jongen! Het meest intrigerend vond ik hoe iedereen aan de smartphone hangt, als ware het een bron tot redding. Verbinden is leven, tot het besef daagt. ('Wat heb je eraan!?') Een transcendente verwerker, zoals Elephant, wordt Utoya echter nooit. Verre van zelfs. Wanneer de eerste paniek bijna cynisch afneemt, komen vragen op. Neigt dit niet eigenlijk teveel naar horrorvermaak? Naar een verlengstuk van de bangmakerij waarop Breivik mikte? Ik werd de ongeloofwaardige verplaatsingsdrang van het hoofdpersonage moe. De woede over Noorse politie valt beter te begrijpen. Tien parachutisten, binnen een uur, dat moest toch kunnen! 'Er is geen plek.'

Hereditary

'It's a neutral view of the accident.' Danielewski's House of Leaves is nog altijd niet verfilmd, maar het lijkt erop dat de betere Amerikaanse horror-films langzaam dichterbij komen – de toekomstige adaptatie met rood omcirkelen als een stel aasgieren. Hereditary toont een familie in een poppenhuis. Haarden en zolders, hoeken en kieren, alles kraakt van ongemak. De familie is zelf ook een rariteitenkabinet, maar iedere familie is dat op een eigen manier. Moeder knutselt aan kunstige poppenhuizen zodat binnen een minuut of tien alles hallucinant spiegelt. Miseria en abyme. Zoals altijd in horror barsten vooral de vroegrijpe pubers van potentie. Dochterlief, het kindvrouwtje, wordt echter al snel afgevoerd, maar gelukkig niet voordat ze een goede audio-tic in het geheugen van haar broer brandt. Een geniaal staaltje neurolinguistisch programmeren. Met iedere klik neemt de waanzin toe. The past inside the human. Moeder Toni Collette kanaliseert intussen het spooky oeuvre van Sissy Spacek, en neemt de leiding in een lekker groteske wedstrijd traumatrofeeën verzamelen. Door het poppenhuis-effect moest ik aan een real life versie van Coraline denken, al spelen de drugs hier een bijrol. Niettemin oogt alles uit-stekend. Die ouwe evil mothers traditie krijgt een nieuwe draai van het glaasje mee. Het fraaie free jazz-einde blaast de hoorn der hoorn, met een transcendental meditation on evil. 'I just need to die!'

zondag 16 juni 2019

Foxtrot

'Acht seconden.' Twee, drie, vier films voor de prijs van één. Het lijkt Black Friday wel. In een Israelisch appartement barst begrijpelijke hysterie los tijdens een slecht nieuws gesprek. De dienaren van de controlestaat zijn nochtans uitstekend voorbereid op toekomstige trauma's. Spuit erin, en vocht erbij, dan zakt het wel. Een Emilio Estevez-achtig figuur dwaalt vervolgens als een zombie rond. Alles wijst op een Tonio, het verdriet van een vader. Opgedrongen berusting. Dode soldaten krijgen promotie. 'We zijn atheïsten wat maakt het uit.' Maar, er klopt iets niet aan dat strakke plan. Er volgt absurdistische switch – en gelukkig maar. Kafka in Israël, dat zou de finale klap zijn. Godot, daarentegen werkt heel wat beter. Een wachtpost op de grens van nergens zoemt van Tartaars nihilisme, de gekte van het nietsdoen, en de daaropvolgende fouten van levende doden. Dit is het soort tragikomedie dat de Israëli's altijd meesjouwen. Soms zwaar als een steen op de maag (of om mee te gooien) maar ook met een kloppend en kunstzinnig hart, zoals The Band's Visit dat ook zo sterk kon. Met meta-grapjes en wat Waltz for Bashir-animatie erbij, maakt Foxtrot een dubbelzinnig dansje in het land der getekenden. Alle 'losse' films komen via doordachte lijnen bij elkaar. Pärt-gebruik voor de massa, een straffe compositie voor velen. 'Genoeg!'

Revenge

'We could do... a thing or two.' Lekkere gitaren, een lekkere dame, maar ditmaal ook Lacoste om een (zwaaiend) lid van de mooie boys almanak. Vrouwen houden net zo goed van onnozele grindcore. Althans, volgens Coralie Forgeat, die de Tarantino-zaakjes net even wat hitsiger aanpakt. Zou Tarantino dan toch vrouwvriendelijk zijn? Dit is niet de film om erover na te denken, op een paar geniaal-verveelde zwembad-shots na, gaat het van rambambam. Ik had een lief ding gegeven (of ingeleverd) wanneer Mr. Oizo de soundtrack mocht pennen. Het spel van aantrekken en afstoten – grinden in zijn puurste vorm – eindigt in een tragedie. Mannen zijn niet op-recht aardig voor een mooie vrouw. En mooie vrouwen zijn niet aardig voor mannen, het waarom en de wijsheid daarvan moge duidelijk zijn... De appel kondigt het aan. Een vrouw lijdt hier voor mannenzonden. De feministische les die we leren is dat het andere geslacht veel pijn kan verdragen. Goh! Een fallische stok houdt haar niet tegen. Bloed is Zij allang gewend. Vanaf de sprong in het diepe, verandert de film van houterig, in verdorven sardonisch, inclusief geweldige website-grap. Wie niet nadenken kan moet voelen. Torture porn van de bovenste kruis-plank. De grootste wens van de man wordt waarheid, en hij gaat eraan ten onder. De vrouw als biertje. Respect? 'Arrêté la clim.'

zaterdag 15 juni 2019

Au Revoir Là-haut

'Het is een lang verhaal.' 'We hebben tijd.' De con artist blijft een gouden vondst voor de scenarist, zelf ten slotte ook handelaar in neppe echtheid. Met een beetje hulp straalt de magie van het verhalen verzinnen door. Au Revoir La-Haut hééft zo'n illusionist als hoofdrolspeler, maar laat het plot opdissen door een verdraaid charmeloos personage. Deze oude soldaat ontmoet tijdens WWI een knaap. De twee redden elkaar uit de loopgraven. Daar hoort ook een wiebelige camera bij, die doet vermoeden dat er een 3D-versie bestaat van deze prent, of op zijn minst beoogt was. Het duo komt – o wat een toeval – ook ná de oorlog hun snorrig slechte luitenant tegen. Ze haken in op de monumentenmanie die toen begon, of liever, explodeerde. Incashen en mondje toe. Dat laatste is gemakkelijk voor de jongere helft, die slechts voor één helft uit de oorlog kwam. 'Beeld je maar in dat het op je wang is'. Bij hem zit de frictie, de PTSS, het vadercomplexje. Toch geeft de scenarist zijn evenknie vreemd genoeg nooit ruim baan. Wanneer deze manke man zijn Duits-expressionistische morfinemaskers maakt, sijpelt pas de postwar-creepyness het verhaal in. Misschien dat het ongetwijfeld Irvingesk weelderige boek de tragiek wat soepeler met zwier wist te verbinden. Hier slaat alle zwarte komedie morsdood, en wat er rest aan zwart surrealisme, bestaat voor de saaie film steeds minder. 'Il n'existe pas.'

BlacKKKlansman

'Robes and hoods are not included.' De timing kon niet beter. Vice maakte de fotorepo van het jaar. Wit haat zwart – wit wil dus daarom zwart kunnen blijven incorporeren, zodat 'zij' niet het alleenrecht op zichzelf zijn verkrijgen, een recht dat immers enkel en alleen wit heeft. In Amerika worstelen ze al 'duuzend' jaar met de rassenhaat. Spike Lee peurt al bijna even lang in de wond, dus hij lijkt de man voor deze bizarre film. Zwart wordt hier wit, om de haat van wit te bestrijden. Een whitewashing met een doel, met black power. Helaas moet er wel een 'echte' witman naar de Klan worden gestuurd, JD Washington hangt, enkel aan de telefoon. Zie daar de tragische 'grap' van de film. Eentje die nogal dunnetjes dik twee uur wordt herhaald. Black man kan white man doen. Doh, zou Foucault zeggen, dat is wat het heersende discours hem jarenlang heeft opgedrongen! De (hier helaas cruciale) whitey helper wordt vertolkt door Adam Driver, die zich tussen de redneckkks, eh, mengt. Hij loopt het gevaar, al wil het door een zekere sloomte en gladheid maar niet spannend worden. Je zou bijna verlangen naar Tarantino-schwung. Dat is de paradox van de film. Het plot schreeuwt entertainment, maar de boodschap blijft (uiteraard) bloed-serieus. De Trump dog whistles kondigen de grimmige aftiteling aan. Het ware gevaar. 'With the “right” white man, we can do anything.'

vrijdag 14 juni 2019

Mandy

'We wasted the chemist's finest on your whore.' Ik moest laatst bij Annihilation nog aan Panos Cosmatos denken. Diens Beyond the Black Rainbow is cultfilm met elegantie en een techno-sensualiteit. Niets van dat hier, helaas. Men begint nog wel vol goede wil, met wat King Crimson voor de prog-fans, een flard van Nicolas Cage als houthakker – alsof hij le salaire de la peur aan het verdienen is. Dan terug naar zijn psychedelische huisje, boompje, hertje. Wouden zijn donkere bossen vol wensen, en Cage en Mandy zitten te midden van etherische kleurpaletjes te broeien. In de week van de bosbranden bij Paradise, klopte het allemaal. Helaas blijft het bij die tien minuten klasse. Al snel wordt de film bewust cult. Slowmo sturend, net als soundtrack van Johann Johannsson. 'Won't you join us in that dream?' Die droom barst van clichés. Religie slaat ook diep in het oerbos op de trom. En Cage weet er als Cage enkel kruisbogen, flauwe grappen en een witte slip tegenover te stellen. Weg mindfuck, enter de Ghost Rider. Om zijn nemesis valt nog best te gniffelen. Mislukte muzikanten blijven een gevaarlijk soort! Even schemert de suggestie dat hij/zij transgender is. 'You're a vicious snowflake.' Het tegenbewijs volgt subiet. Cosmatos' hoogmis van onsmakelijkheden slaat dood. De goede recensies waren een goedmakertje. 'Don't be negative.'

Jusqu'a la Garde

'Wie wil vrede?' Er zaten laatst wat ontvoerde kinderen in mijn appartementsgebouw! John van de Heuvel kwam zelfs een kijkje nemen. Co-ouderschap, het blijft een lastig ding. De debuutfilm van Legrand begint achter de schermen van zo'n toewijzingszaak. Kind van jou of kind van mij? Op dat moment zat ik nog baudetesk op de lijn van de vader. Oké, mannen zijn slecht in het verwerken van een afwijzing, maar vrouwen kunnen 'gewoon' niet afwijzen. En kinderen, die zijn de klos, heen en weer geschoven als boodschapper(s) tussen pa en ma. Dan gaat de telefoon. Te midden van verhuis-chaos valt een omineuze stilte. De kinderen wéten. Het is het eerste moment dat de film meer dan een standaard minimalistisch arthousedrama blijkt. Het cliché werkt. Vaders zijn de kwaaien. En deze vader is een bommetje. Opgeblazen als Sam Smith die met behoud van wallen en scrufyness terug dik is geworden. Hij is klaar met alles en iedereen, inclusief zijn eigen ouders. Er begint een intens kat- en muisspel tussen hem en zijn zoontje, met op de achtergrond het 'schaakstuk' waar het hem werkelijk om te doen is. Van krokodillentranen naar het gedoemde feest. Weer thuis gaat de telefoon, en valt er opnieuw een ijzigingwekkende stilte. Die van het verlaten appartement... De horror van de familiale bedreiging die uit de hand loopt. Het monster in de mens zelf. 'C'est quoi, moi?'

donderdag 13 juni 2019

Don't Worry He Won't Get Far On Foot

''All in a day of being a quad.' Een biopic over een cartoonist, waar de cartoons bijna vergeten worden. Dan moet er iets aan de hand zijn. Twee dingen zelfs. John Callahan kreeg als dronkelap een auto-ongeluk, en belandde in een rolstoel. Pas toen (her)ontdekte hij zijn tekenliefde, kon hij figuratief wederopstaan. Tweede probleem, de gefrustreerde eikel haatte alles en iedereen, en schopte graag tegen zere beentjes... Freudiaans (over)duidelijk, maar daarmee ook een kans op een sociaal on-bewuste biopic. Vol vilein slachtofferschap. Je Suis Quadreplegic. Zoals Forman eens een keer Hefner deed. Van Sant weet er echter weinig van te bakken, in een nogal rommelig verteld verhaal. Hij spendeert veel tijd bij een therapiegroep, want Callahan was immers alcoholist. Bij vlagen werkt de film zelfs als reclamespot voor de roemruchte 12 stappen. (Het kan ook niet veel Amerikaanser, eigenlijk. Scientology for alcoholics, je eigen kruisweg van level naar leven.) Een grote cast namen wordt intussen opengetrokken. Hill doet een aardige goeroe, Phoenix rommelt zich door zijn Oscar bait-rolstoel-rol, terwijl de reddende nimf Mara er teveel aan is. Ik voel haar Bergman-remake aankomen. Het mooiste blijft hier toch de uitweg der kunsten. Art saves met een grote AA. En dat had ook anoniem in een lokaal krantje gekund. Callahan heeft deze (her)bevestiging niet nodig. 'Poor me... Another drink.'

Aus dem Nichts

'Was Sie sehen können sein keine Persone mehr.' Een goed melodrama hoort je in het gezicht te meppen. Op tijd, en bij de tijd. Daarom had ik graag gezien dat Fatih Akin een film over een IS-aanslag had gemaakt. De Duits-Turkse regisseur heeft die multiculti-wereld scherp op het netvlies staan. Hij weet wat er speelt in de Hamburgse wijken waar Turken een reden van bestaan hebben gemaakt. Eigenhandig. (En in BWM.) Juist voor hen zou een bommetje van IS intrigerende fricties geven. De boel ontploft hier inderdaad. Maar de daders blijken al snel nazi's. Was anders ist neu? Met zulke (zwart)-witte schurken maakt Akin het zich erg gemakkelijk. Een pure evil advocaat met een weggekrabte SS-tattoo op zijn voorhoofd, weet je wel... Dat het drama piekt tijdens 35 minuten rechtszaak zegt genoeg. Het stukje woordzwaardvechten is uiteraard weer intrinsiek interessant, maar filmisch? Nauwelijks. Bovendien voelt de kijker dat – wil de film verder – een ongeloofwaardige twist nood-zakelijk zal zijn. Meevaller, in het derde deel van de tragedie vertrekt het slachtoffer en de twee nazi's naar het land van de Gouden Dageraad. Ik pleit voor een wraakfinale van twintig minuten zonder ook maar 1 gesproken woord. Een artistieke uitdaging. Nu blijven we zitten met de vraag: mag men in Duitse cafés werkelijk nog roken? (Of alleen als je slachtoffer van een bomaanslag bent?) 'Danke für Alles.'

woensdag 12 juni 2019

Le Redoutable

'Godard is een consumptieproduct!' Een ode aan Godard, dat is een ode aan de filmgoden. Zou je toch denken. Le Redoutable twijfelt. In vorm Godardesk, dat glijdt nog gemakkelijk naar binnen. Een paar hoofdstuktitels, wat met het geluid goochelen, plus metagrappen. 'Als je een acteur vraagt om te zeggen dat acteurs dom zijn, doet ie dat!' Maar de inhoud gaat gebukt onder laag bij de grondse vragen. Die Godard, wat een klootzak was dat. Vrouwenhater, jodenhater – merde! – mensenhater. Lefties kunnen niet genieten, van kip noch vrouw. En dan die dekselse bewondering voor Mao. Revolutie als een sterretje, schitterend en snel opgebrand. De filmmakers zullen deze verdwaalde individualist eens dapper aanpakken, Ca-cahiers du cinema. Maar zo wordt de ode geen liefdevolle deconstructie, maar een destructie in cine de papa-stijl. Verdient Godard zo'n afrekening door het nufje Hazanavicius, die eerder al een retro-rondje deed met The Artist!? De vraag stellen is hem beantwoorden. Op de beste momenten is Le Redoutable een vrolijke komedie met een consequent chagrijnige Godard, aanpappend met een meisje half zo oud als hij. Zelfs haar (her)vormen wil de sukkelaar niet lukken. 'Tu changes toujours les regles.' Meestal is de film echter leeg als het hoofd van de makers Aan cinema-filosofie hebben zij geen boodschap. Gebabbel met een stel billen. Terug bij af. 'Sans spectateurs, aussi.'

Hostiles

'Those were good days.' Amerika en haar natuur van geweld, dat werkt in een western. Hostiles is er een uit het boekje. Van de 'injun killer' tot de trein, alle elementen spelen hun rol. Eerst lijkt de film zelfs ouderwets te 'durven' zijn, met een Searchers-setup, of beter geformuleerd, het Searchers-racisme. Christian Bale speelt een oude soldaat die nooit anders heeft gedaan dan indianen uitmoorden, of naar een concentratiekamp verslepen. 'I was just doing my job.' Zijn maat, daarentegen, raakt al bevangen door 'melancholia', het moordwerk slaat naar binnen. Het was interessanter geweest wanneer de 'captain' níet veranderde. Stug, en voor zichzelf zuiver naar een troebel einde denderde. Uiteraard blijft dat scenario uit, en al snel laat zelfs hij een paar politiek correcte traantjes. Op spirituele verzoeningsreis komt hij – nog een klassiek element – de moderniteit tegen. 'I'm afraid my wife has become a champion of the oppressed.' Heel langzaam en heel duidelijk verschuift het zwart en het wit. Op momenten in een aardig malickaanse stijl. Toch moet de 'forgettable' film het vooral van de blokjes suspense hebben. Aan het eind krijgt zelfs de actie wat majestueus. Vergeeft de indiaan hem? Of vergeet 'cap' zichzelf via het indianenritueel? Wat nu echt eens moet – een indianenfilm met alleen hún expressievormen. 'It goes to show things things have changed.'

dinsdag 11 juni 2019

Juliet, Naked

'Things are pretty wild on the forum this morning.' Een guilty pleasure-komedie voor ons allemaal. En meteen een parodie op ons allemaal, dat zul je altijd zien. Voila, Juliet, Naked een minuutje of tien. Meteen met die Cameron Crowe-vibes. Een man orakelt over zijn held, stuck in the nineties. Zowel subject als object. De legende 'Tucker Crowe' is allang van de radar verdwenen, enkel een kleine schare fans komt nog bij elkaar op een fanpagina. 'Gather together to obsessively deconstruct...' Ik vond het uitgangspunt zo leuk dat ik daarna tachtig minuten romcom voor lief kwam. Al snel verandert Singles in Marrieds. De 'admin' heeft de perfecte baan (waarin hij The Wire hermetisch analyseert, een goede diss) en bovendien een prachtvrouw. Om haar gaat de film. Begrijpelijk, allicht. Rose Byrne weet van niets, iets te maken. Haar rol heeft geen inhoud, maar verkrijgt toch klasse. Ze begint een mail-romance met de 'Dude' Ethan Hawke, de Ster zelve. Met hem wordt het te sappy, teveel stardom, te weinig fan-dom. Maar toch, de makers serveren een Nathanael West-referentie, en het moment suprême blijft de hele (fever) pitch waard. Ware Badly Drawn Boy betrokken geweest bij alle pseudo-goede liedjs, dan was ik helemaal gesmolten. Geen vijf sterren dus, maar wel een gouden hart, en een gold star, voor wie dat interesseert. 'I'm extremely interested.'

L'Atelier

'Niemand kan de buikspreker en de pop nog uit elkaar houden.' Makkelijke metaforen en moeilijke gevoelens. L'Atelier springt met een ferm bommetje in de youth culture. Nu is regisseur Cantet (van Entre les Murs) dat ook aan zijn stand verplicht. Hij weet van het harde en het huiselijke en haalt er hier computerspelletjes bij, fit culture, politiek-correctisme, en zelfs Bataclan-discussies. Het lijntje dat hij eigenlijk het liefst lijkt te volgen komt er echter summier vanaf. Zijn hoofdpersonage neemt deel aan een zomerworkshop, als onderdeel van een semi-werkloze Breakfast Club. De jongen ademt de baudeteske 'ik zeg wat ik denk'-incel-mentaliteit. Enkel zijn (toch vrij cruciale!) maagdelijkheid blijft onbesproken, terwijl dat zijn obsessie voor de auteur-lerares had kunnen verklaren. Een personage met potentie dus, een kans tot een beetje begrip zelfs. Helaas, Cantet besteedt teveel tijd aan de flauwe brainstormsessies van de jongeren, waarvan het gros bovendien sulkingly overacteert. Uiteindelijk wordt de film gevangen door de eigen meta-thematiek. De onherroepelijke dubbele bodem van het professioneel schrijven. Alles is en blijft materiaal. De discussiepunten blijven punten, en worden nooit haakjes. Cantets maatschappijleerfilm eindigt als een fake Haneke, de Haneke die ze studenten later in een workshop zouden proberen te leren. 'Dus je koos een dood woord.'

maandag 10 juni 2019

The Insult

'Between sincerity and stability, I'd choose stability.' Libanon, dat lijkt in het beste geval op korfbal, iedereen staat op hetzelfde veld, maar toch apart. Je mag je eigenlijk alleen met de tegenstander van je eigen 'kleur' bemoeien. Iedere wijk in Beirut heeft ook zijn eigen, ingewikkelde handleiding. Met zelfspot merkt men op: 'The word offensive was born here.' The Insult speelt het ingewikkelde spel met aardig wat schwung mee. Wie zijn de goeien, wie de kwaaien, de bal gaat rond, zonder dat iemand het winnende punt weet te maken. De christenen 'shinen' met hun Europese uitstraling. De Palestijnen met hun underdog-status, bij diezelfde Europeanen! Een stupide akkefietje zet de tombola in gang, die alle partijen in de rechtszaal doet belanden. Normaal een recept voor een sof, hier verandert de film van een kluchterig gebeuren in een fascinerende zondebokken-case. Een vleugje Fury van Fritz Lang sijpelt door. Frustratie gaat schuil achter frustratie En de kijker realiseert zich, er staan eigenlijk twee gemarginaliseerde groepen tegenover elkaar. De Libanese hoofdstroom blijft buiten schot, erger nog speelt voor scheidsrechter. Zo ademt de film doortrapt cynisme. Om moedeloos van te worden. Machiavelli heerst. Hij wist, alles is politiek, zelfs privé-zaken. Identiteits-politiek overstijgt eender welk speelveld. 'We don't solve this thing by pretending we love each other.'

Annihilation

'Why am I talking to a psychologist?' Mannen in witte pakken geven sneue expositie-voorzetten, zodat we dénken te weten wat er hier is gebeurd. Gelukkig, het blijft bij gedachten. Annihilation doet expres gemakkelijk om later compleet fucked up uit de bocht te vliegen. Deze Jeff Vandermeer-adaptie schreeuwt om Nicolas Cage, en om regie van Richard Kelly. Beiden zijn alleen 'in spirit' aanwezig. Het aantal mannen beperkt zich sowieso modern. Jennifer Jason Leigh leidt een traumateam van gemarginaliseerde bonuspunten. (Lesbisch, gekleurd, brildragend, maar let op... nooit dikkerds!). Natalie Portman blijkt de tovenaarsleerling, de Stalker van dienst. We zijn hier ten slotte op tarkovskiaans Territory. Een alien-aanwezigheid groeit als een tumor. De metafoor lijkt eerst vergezocht – een tumor komt ten slotte uit onszelf – maar eenmaal 'binnenin de zeepbel' wordt de film heel spannend. Ik moest denken aan de versleten sportfondsbaden waar we vroeger onze diploma's haalden. Daar had je ook altijd al van die rare 'growths' (chlooropstapelingen?). Een duik in een schitterende schijnwereld volgt. Hegel zag het einde fenomenologisch aankomen. Uiteindelijk ontmoeten we het Verdubbelde Bewustzijn, ergens aan de lege afgrond van het Absoluut Weten. Op die grens leeft sci-fi. Wankel, warrig, cool. 'It's literally what's happening.'

zondag 9 juni 2019

God's Own Country

'Don't talk wet, just get on with it.' Boven Is Het Stil, ook in Engeland. Gerbrand Bakker kan nog net geen royalties claimen. Goed, in zijn boek bleef het geloof ik bij een homoseksuele toespeling of twee, maar verder is de sfeer hetzelfde. Een boerderij met een sappelende zoon, worstelend met zijn aftakelende vader. De wuthering heights van het Britse zetten meteen de fysieke toon. Het blijkt de kernkwaliteit van de film, zoals het een plattelandsprent betaamt, denk alleen al aan het even Britse The Levelling. Het boerenbestaan leeft van slijm, spuug, en bloed. Een gat is een gat! De zoon met incestueuze Afrikaanderkop weet er wel raad mee, althans, in het plaatselijke cafe. Binding is wat anders. Bier vervangt zijn brein, daar kan zelfs ma niks aan doen. Tot er door pa's handicap een Roemeen moet komen helpen, een immigrant assistant uit de wereld van Bernard Malamud. Niet enkel knecht, maar vooral humane kracht. Lust wordt liefde, voor mice and men. Wat mij betreft had de film The Lamb's Coat geheten. Wat een onvergetelijke scene! De perfecte juxtapositie van keihard en liefdevol. Dat geldt toch minder voor de toch wat standaard top of bottom-oppositie, die het sap van de film steeds meer verandert in een aangelengd melodrama. Handicaps en handjobs. Behoeften in en om de hoeve. 'It's just your Johnny Boy.'

Marjorie Prime

'It's always nice to be lied to.' Zieken in een onwerkelijke wereld, niet meer die van de mens, maar van de ziekte. Zo begint Marjorie Prime, heel fragiel, met een twaalf minuten durende openingsscene. Een man praat in deadpan Laurie Anderson-voice tegen een dementerende dame. Hij moedigt haar aan een hapje te eten. Het doet denken aan een Japans concept waar ik laatst over las. 'Family for hire'. Kort daarna volgt de twist. Dit is social science fiction, de beste science fiction. Een combinatie van One Hour Photo en Her ('It's so her'). In de nabije toekomst gebruikt men software als externalisatie van de eigen herinneringen. De omgeving moet ze die eerst wel voeren. U begrijpt het al. Dat neigt snel naar familiegestalt-therapie, met O Superman-therapeut. 'Diens' dure familiehuis staat aan zee, een grens die het futurisme wel vaker opzoekt. Slagregens slaan eindeloos neer. Een mooi global warming detail. De film was nog beter geworden als PS Hoffman nog leefde (of ten minste een hologram van hem). Ik had ook graag een einde gezien waarin een 'Prime' echt bleek, als ultieme mengvorm, en een omkering van het begin. Het zijn spaarzame kanttekeningen bij een zeer fraaie film die doet ademen van ellende. Noem het het Rothko-effect. Omgeven worden door the abyss is altijd nog beter dan erin staren. Film van het jaar. 'Pity from a computer'.

zaterdag 8 juni 2019

I Am Not a Witch

'New witch in town!' Uit de rijke Afrikaanse sprookjesbron stroomt dit wonderlijke verhaal over Shula the teenage witch. Het meisje, dat misschien zelfs nog net geen tiener is, wordt op een slechte dag opgepakt, en vanaf dat moment opgeleid als heks. De toeristen komen in Zambia met plezier naar een heksententoonstelling kijken, vandaar. 'Zullen we een selfie nemen?' Wie uitverkoren wordt voor deze taak heeft pech, of beter gezegd, is de klos. De dames zitten namelijk aan de klos. Met zulke Halloween-gruwel-machinaties vliegt de film snel voorbij gemakkelijke metaforen, en wordt dit een verhaal vol galant, haast ambachtelijk surrealisme. De wind brengt Shula flarden van lessen, terwijl ze haar taak ontdekt. Even lijkt dat nog best leuk. Afrikaanse zelfspot zorgt voor humoristische momenten, en wij kunnen ook nog wel lachen om de vrolijke corruptie. Maar voor Shula zijn de markeringen echt, de ritmisch meer dan dansbaar, ze dreunen gevaar. 'Do not be allergic to comfort.' Aangekomen in hoofdstad Lusaka neemt de film van de Welsh-Zambiaanse Rungano Nyoni een meta-afslag. De tv-show zou Atlanta's Childish Gambino prima bevallen. De film is echter op zijn sterkst als 'unedited version', wanneer de vervreemding niet van buiten komt, maar vanuit zichzelf. De compositie klopt. Met elke indringende slag van de trom. 'Let's sing for Shula.'

Lucky

'Is realism a thing?' Iedereen heeft zijn eigen situatie te accepteren. Maar omstandigheden helpen een mens een handje. Is realisme daarom vooral het vermogen om de situatie van een ander te accepteren, wanneer die beter is dan de jouwe? Blijven gaan zoals Harry Dean Stanton, en uiteindelijk ging. Het is weinigen gegeven. Bijna 91 jaar oud schitterde hij in deze film nog een laatste keer, in de extra tijd. Lucky's wekker blijft al hangen op twaalf. De man lijkt een wandelende kwab. Maar hij wandelt! Om jaloers op te worden. Het is goed te bedenken dat Stanton bijna twintig jaar eerder in The Straight Story ook al een oude man speelde. Mooi gebaar dus van David Lynch om hier als acteur op te draven. Acteren kan híj niet – ja, IN CAPS – maar wat geeft het. Ik miste alleen Alexander Payne en Bruce Dern nog. In en met Lucky gebeurt verder bijna niks. Discussies over Deal or No Deal (zonder Nederlandse juridische twist) en meer van dat soort cafe banter. Die plek vorm met goede wil de Prairie Home Companion van de film. Buitenbars ligt de symboliek er nogal dik op. Harry poseert onder een Exit-sign. Johnny Cash zingt, en een echte schildpad gaat aan de wandel. De deur openen wordt een eerste stap door de hemelpoort. Maar HDS ademt tevreden en geeft alles. Zelfs vocaal. 'Go ahead and laugh, but he affected me.'

vrijdag 7 juni 2019

The Death of Stalin

'This is demonstrably revisionist.' Klopt als een bus. Lekker lachen vanuit de kapitalistische zetel om de kereltjes aan het hof van de rode tsaar. Zouden ze in Moskou politieke satires over 'ons' maken? Hoe dichter bij Stalin, hoe meer gevaar je liep, zo weten we van de smeuïge biografie van Sebag Montefiore. Geen idee of de makers van deze film hem wat centen toeschoven. Eigenlijk schreef deze tragikomedie zichzelf (al) natuurlijk. De waarheid is weer Stranger than Fiction. Stalin lag een nacht en een halve dag in zijn pis te sterven, voordat iemand de dokter durfde te bellen. Second opinion krijgt een heel nieuwe betekenis. Dat is nog eens een pitch! Ook voor een bijzonder talig toneelstuk, bedacht ik me. Aan een enkele locatie heb je genoeg voor vuurwerk. Regisseur Iannucci haalt er alsnog een hoop bij. De terreur-slapstick werkt toch het best onder kameraden. Het komische duo Beria en Chroetsjov, bijvoorbeeld. Beiden ambitieus, de een met zijn dodenlijst, de ander met een zorgvuldige grappenlijst. Mij leek Buscemi eigenlijk meer een Beria, maar misschien zou dat typecasting worden. Beale kwijt zich ook (niet) van zijn taak. 'He's feeling unwell, clearly.' Mel Brooks had deze 'commie-die' niet beter uit kunnen tekenen. Even flauw, en stiekem even leuk. Met een vleugje pro-militarisme ter besluit. (Kapitalisten moeten hun bommetjes kunnen blijven verkopen natuurlijk.) Functionalisme! 'This is unauthorized narcissicism!'

You Were Never Really Here

'Psycho was on today.' Een 'gangster' en zijn oude muti, vrolijk elkaar plagend in en om het doucheritueel. Uiteindelijk staat de kolos op een handdoekje de vloer te boenen. Het zijn de meest 'normale' scenes in een zeer lichamelijke film van geweldsspecialist Lynne Ramsay. Het werd wel weer eens tijd voor echte kinks, en een keiharde soundtrack. Van de schrille drones tot de klepperende Ableton-preset-drums, het gaat hard hier. Jonny Greenwood helpt een handje. Lange tijd heeft het leven van het hoofdpersonage iets onbestemds, bijna gezichtloos. Hij zit mensen op de huid, de camera hem. Smack my bitch up. Ik moest denken aan Lodge Kerrigan's Keane, wat altijd een goed teken is. Zowaar krijgt de 'hired hand' wat later inderdaad gezelschap van een meisje. Hij bevrijdt haar uit een 'playground'. Dat is zijn taak. De ontvoerden terug-ontvoeren. Joaquin Phoenix heeft zichzelf stevig opgepompt en loopt er met hipster-staartje iets te coolig bij. (Denk Hugo Borst op hormoneninjecties.) Zijn personage wordt pas echt rond dankzij vele, vreemde flashbacks. De PTSS-trip ontspoord almaar meer, in een potje zenuwen waarin trauma en werkelijkheid nauwelijks nog te scheiden zijn. You Were Not Really Here is de beste film met een plastic zakjes-motief sinds American Beauty. American Cruelty, bedoel ik. 'It's okay, Joe.'

donderdag 6 juni 2019

Isle of Dogs

'I want my master.' Wes Anderson wekt ook in cartoonvorm hoge verwachtingen, Fantastic Mr. Fox was ten slotte uitstekend. De regisseur houdt het ook ditmaal bij viervoeters. De postmoderne vorm is meteen vintage Anderson. Plezier met voetnoten en bijsluiters. 'All barks rendered in English.' Taal blijkt zowel de kracht als het minpunt van de film. Door de Japanse setting moet Anderson – wil hij ten minste zuiver te werk gaan – voor live translation kiezen. Herhalingen in Engels. Dat verdubbelt het gelul, in een film die toch al overladen is met gebabbel. Diezelfde wordplay vormt echter ook zijn kracht. Lachen met 'My brother from another litter' en 'a bitch named Nutmeg'. In die laatste rol schittert de extra-hese, pepermunt-loze Scarlett Johansson. 'I'm not attracted to tame animals.' Een prominente rol in het (nogal slappe) verhaaltje krijgt ze helaas niet. We zien een gang of cisgender male dogs overleven op hun Elba. Visueel werkt de setting tot in de kleinste haarpuntjes. Vaak minimalistisch, als een Japanse print, maar ook met een Tsjechische avant-garde grauwheid. Het momentje van Anderson-melancholie komt echter niet. Misschien heeft hij daar dan toch een narratologische klasbak als Roald Dahl voor nodig. Ik hoopte nog op een gepeperd spaghetti-grapje. Genoeg vagebonden en een Lady aanwezig. Volgende keer poezen? 'I wouldn't bring puppies into this world.'

A Quiet Place

'You just need to rest now.' A Quiet Place vind de juiste 'pitch', maar weet niets met het idee te doen. Geen geluid mogen maken is op zichzelf al een horror-trope. Het wordt hier geradicaliseerd in een bijna hegeliaanse verdubbeling van zelfbewustzijn. Geen geluid mogen maken. Punt. Dus niet alleen op spannende momenten wanneer de schurk nadert, maar simpelweg nooit. Want geluid maken wordt in zichzelf een spannend moment. Een stel aliens lijdt aan een algemene misofonie. De oplossing lijkt mij dan simpel. 'What is their weakness', staart de kijker en de personages een hele film lang aan, maar slim toont (ha...) de film zich nergens. Qua 'type' apocalyps-prent zit het verder wel goed. Je hebt optel- en aftelfilms. Optelfilms zijn het leukst. Day 89. Day 483. Na de daad wordt alles altijd intrigerender in The Road-leegte, en die staat van primitieve regressie. Hier wordt een en ander beleeft door een gezin dat in geluidsdichte kelders zwoegt, totdat er weer iemand gegrepen wordt. Een goede straf voor concertbabbelaars! Over muziek gesproken. De makers falen opzichtig op dat vlak. De film had uiteraard nooit en te nimmer een Zimmeriaans pompende soundrack mogen bevatten... Wat een onwaarschijnlijke belediging van de kijker! Ik haakte definitief af toen moeder na een (stille!) flits-bevalling haar baby tot stilte probeert te manen. Dat kan maar op een manier lijkt mij zo. Haar jurk glijdt naar beneden, de baby aan de borst. Niets van dat. LOL, oeps. 'Too loud.'