maandag 31 augustus 2020

I Flunked, But...

'It'll be finished by the time your exams are over.' De jonge Ozu richt zijn zwijgende 'camera obscura' op het slabakkenkamp dat ze school noemen. Hij volgt de 'familie Stastok', terwijl ze al potloodlikkend hun diploma pogen te halen. Dat betekent uiteraard vooral niet-leren en studentikoos gelummel. Enkel in overschrijven tonen de heren zich vlijtig, alleen in spieken betonen zij zich geniaal. Met slechts een uur speeltijd is de film nog spaarzamer dan gebruikelijk voor de meester van het minimalisme. Helemaal zijn eigen stiel heeft de regisseur nog niet gevonden. Ozu is ook zelf de spiekende student, en begint met het 'synchroniseren' van de grote Amerikanen! Chaplin, Keaton en Harold Lloyd krijgen ieder hun eerbetoon. Aan de muur van de verveelde studentengroep hangt een poster van Charming Sinners (uit 1929). De grappen zijn nogal van het uitgespreide soort, maar de roulette die jongens spelen mag er zeker wezen. Als de bel – en de witte was – gaat, is de tijd van nachten doorhalen voorbij, en begint de ellende van volwassenheid. Opeens is daar een nieuw blommenseizoen, een vleugje baseball (dan al!), en lijkt de l'ennui van een heel andere, diepere beleving. Ozu en zijn film werden samen volwassen. Geboren. Het sprekende 'vervolg' heette dan ook I Was Born, But... 'We shouldn't have graduated so hastily.'

zondag 30 augustus 2020

Tarzan's Secret Treasure


'Movies? What's that?' 'Wait til you see.' Jazeker, my first Johnny Weismuller. Zijn 'sonny' Boy speelt grappig genoeg een grote(re) rol. Tarzan heeft Jane hier al, en dus het onvermijdelijk krullekopperige kind. Ze leven 'beyond all the trails known to white hunters', in hun eigen Beekse Bergen. De zowaar werkelijk sfeervolle openingsscène wisselt onderwat(er)rotiek en een speeltuin van dollende beesten af. Laten we er maar niet over nadenken hoe die knappe dierenstunts werden bereikt... Lang duurt het paradijsje niet, zoals de film toch al toepasselijk economisch wordt verteld, op het ongeduldige af zelfs. Als in een sprookje duikt zoonlief richting het Kwaad. 'Gold no good', zegt Johnny, maar het is te laat. Junior hengelt het wereldwijde web van het kapitalisme binnen. En met de hebberige buitenwereld worden alle stadia van ellende doorlopen. De onvermijdelijke progressie van de vooruitgang, grapt de dromerige neokoloniaal Barry Fitzgerald dronken. Op en top de imagologische Ier. Tarzan zelf blijkt weinig meer om het lijf te hebben dan flauw gestaalde Flintstones-humor, totdat hij heel even, haast per ongeluk, metafysische vibes aantikt. De witte mannen hebben fotocamera's bij, willen hem ook visueel vangen. Dat laat Tarzan echter absoluut niet gebeuren. 'No mechanical contrivance can compete with the voice of a living creature.'  

zaterdag 29 augustus 2020

Repentance

'One man of reason outweighs a thousand idiots.' Niet dus. In de Sovjet-Unie liepen duizenden Eichmannetjes rond, die nimmer nadachten – ter meerdere ere en glorie van het grotere goed. Daar mag een individu best voor sneuvelen, zo lang ze het ten minste zelf niet waren. De Georgische regisseur Abuladze ridiculiseert de bureacraten met verve. (Zozeer zelfs dat de film een rol vertolkte in de perestorjka van Gorbatsjov.) Van een afstand valt er veilig te grinniken om de waanzin. Ooit heerlijk gefileerd door Forman. Abuladze heeft echter grootsere plannen dan een zwarte komedie. Hij gaat haast te Europees te werk, met een chique beeldtaal en breedvoerige opera-vibes. Ongetwijfeld ironisch bedoeld, maar het werkt soms tegen zijn film. De kozijnen van de raamvertelling staan gelukkig stevig. Een dode Sovjetschurk wordt steeds opgegraven. Het lijkt dan meer een spiritueel verhaal van Toergenjev. Is het de zoon, die zijn vader de heilige geest geeft, peinsde ik. Nee dus, al worstelt de kleinzoon met een derde generatie daderstrauma. Zijn ('dode') oom rekent af met kerk en kunstenaar. In een pijnlijk mooie scene wedijvert de film met Idi i Smotri. Stambomen worden uitgeroeid. Families verpulverd. 'Wil je me toevoegen aan je lijst van bewonderaars?'  

vrijdag 28 augustus 2020

Two Stage Sisters


'Who knows what's beyond the stage can understand the stage.' Een Chinese klassieker uit de tijd dat het land nog hardcore communistisch was. Het propaganda-gehalte valt gelukkig mee, althans, aanvankelijk. Eerst en vooral brengt de film een heerlijke verdubbeling. Films naar toneelstukken zijn meestal vreselijk – films over toneel daarentegen! Uit zichzelf al meta. Nep op nep is pas echt echt, zoiets. Two Stage Sisters gaat over twee 'zussen', die in de jaren 1935-1950 langzaam carrière maken in de Chinese operawereld. Van het platteland naar de grote stad. Shanghai Neon. Ze zingen (dus) veel, en de liedjes leveren ook het 'Griekse' commentaar. Waar het plot met bakken vol sentiment smijt, is de boodschap van de eerste helft heldhaftig modern. Leve de moderne vrouw die zich niet langer laat prostitueren, een stoere tante ontsnapt aan haar lot (en aan een Colonel Park-manager). 'We zijn geen lastdieren.' De andere zus raakt echter alsnog verleid. Gold diggen of artistieke integriteit, that's the question. Uiteraard kiezen de makers in deze dialectiek voor de zuivere graat. Om tot het correcte einde te komen is er wel een rechtbank nodig. Het aanvankelijke slot werd gemangeld 'op verzoek' van de Staat. O tragische ironie. Ware zelfverheffing wordt de zussen toch niet gegund. Natuurlijk niet. 'Je moet begrijpen dat het politiek is.  

donderdag 27 augustus 2020

October (Ten Days that Shook the World)


'De tijd van woorden was voorbij.' In 1927 kon de Sovjetrevolutie op haar laatste benen nog even zinnig lijken. Haar felste aanjager Lenin was al een paar jaar dood. Trotski werd precies in de herdenkingsmaand verbannen. Beiden 'schitteren' in deze film van Eisenstein, terwijl Stalin juist schittert door afwezigheid. Wat dat betreft lijkt de film behoorlijk eerlijk. In een letterlijke en figuurlijke beeldenstorm worden er geen doekjes om gewonden. Onverbloemd agressief, nationalistisch en misogynistisch rolt het wiel der vooruitgang verder. De gewelddadige 'pacifisten' wilden niet praten met de tijdelijke regering – 'the government is powerless' – en al helemaal niet met de mensjewieken (die bizar veel screentime krijgen). Onderdrukten gedragen zich precies als de machtigen, die ze eerst nog haatten. 'The same old story', stellen de sloganeske tussentitels, per ongeluk correct. Lokale heldAntonov-Ovseyenko speelt zichzelf, en werd weer tien jaar verder doodgeschoten door Stalins eskaders. Zelfs de dubbelrol van held in het echt en on screen, kon hem niet redden. Het beste shot houdt al het orgastische editen even in toom. Een wit paard rijst ten hemel. Symbool van de goede zaak. Even later dondert het in de rivier. Een uur of wat later hijst een burgerman de witte vlag. Beiden werden niet gespaard. Je voelt de sympathie van Sjostakovitsj in de muziek. De overgave. 

woensdag 26 augustus 2020

Reason, Debate and a Story


'Waarom is onze intellectuele vriend zo ongelukkig?' De Indiase regisseur Ghatak had iets met mannen in een midlife crisis. Ik denk dat zijn ziel zelf nooit een andere fase dan de middelbare heeft gekend. (Zie ook Woody.) Altijd lokte de drank, de zelfdestructie, om de angsten voor te zijn, en zo bleef zijn genialiteit vaker verborgen dan hem lief was. In de film met de kantiaanse titel speelt hij zijn kapotte zelf, een zuiplap die door zijn vrouw wordt verlaten. ('Probeer een normaal mens te zijn.') Hij verkoopt zijn ventilator en moet vertrekken op de spirituele, surrealistische reis die je wist dat zou gaan komen. Maar hier dus in weelderig Indiase stijl. Met stapels tabla's, interpretatieve dans en zangeressen. De liedjes zijn herinneringen aan wat nooit was, en nooit zal worden. De Bengalen, om te beginnen. Een ander thema van de auteur. Ook die helften werden nooit gelijmd. Samen met zijn reiskompanen (symbolen voor land en zoon) dwaalt hij als dakloze door een dakloze maatschappij. In vrije, al dan niet metafysische associatie van tekst, klank en daad. Noem het intuïtieve wetenschap. Ik moest aan Gomes denken, en zijn hermetische oeuvre. Alles kan in in subjectivistische folklore. Er is plaats voor semantische discussies, politieke theorie, en absurde humor. Ik begreep er weinig van, maar het was wel mooi. 'Waarom stopte je?' 'Het liedje.'

dinsdag 25 augustus 2020

The Birth of a Nation


'The bringing of the African planted the first seed of disunion.' Hoe lang lukt het complotddenker Griffith om zijn karma schoon te houden? Nog geen tussentitel dus, want bovenstaande is de eerste. The Birth of a Nation kijken, lijkt meer op het drinken van een gifbeker. Het is een film zo berucht dat ie alleen mee kon vallen. Dacht ik. Hoopte ik. Niet dus. Drie uur lang beweert Griffith de meest onware dingen. Maar het ware de critici van zijn film die hij 'Intolerance' verweet. Griffith is minstens zo'n treurige zelfgeiler als Trump. Bij verschillende scenes benadrukt hij dat het 'historical fascimiles' zijn, 'exact in size and detail'. Dat alles doet zijn 'vicious doctrines' niet vergeten. The Birth of a Nation zorgde ervoor dat de Ku Klux Klan enkele maanden na verschijning een revival beleefde. Zo bezien is DW een DJ van de ophits-zender Radio Télévision Libre des Mille Collines, en ook hij schermt graag met 'onze vrijheid' die in gevaar is. Door de ander. Meer bepaald, door de tot slaaf gemaakten. En anders is het gewoon de schuld van scalawags en carpetbaggers. Wie nu nog durft moet eens opletten hoe de Afro-Amerikaanse acteurs (nou ja, hun blackface-vervangers) altijd het verst naar achter staan op het scherm. En staan ze voorop, dan schuift er een blanke tussen hen en de kijker. Er kan geen menselijke kwalificatie vanaf. 'And none grieved more than these.'

maandag 24 augustus 2020

Titanic


'Will the lifeboats be seated according to class?' Het beroemdste schip aller tijden zorgde bij het sluiten van de twintigste eeuw voor het grootste kassucces uit de cinemageschiedenis tot dan toe (hét medium van diezelfde eeuw). De Titanic vormt een metafoor voor de eeuw die komen ging. Mens-industriële overmoed in optima forma. Inmiddels hebben we de ijskappen zelf maar opgeruimd. Cameron begint zijn verhaal in Spielbergstijl met een raamvertelling. Mannen willen alles penetreren. 'Further into the wreck than anybody's ever been done before.' Gelukkig is die onzin van korte duur, en dalen we af naar de varende stad. Groots, grootser, grootst! In de ketelkamers vindt Cameron een Gatsby-achtige magie. Daar wordt de klassentegenstelling het meest schrijnend. Zo jammer dat het DiCaprio-personage niet als ketelbinkie werkt. Als personage is hij een verzameling nuttige scenario-eigenschappen. Ook wat dat betreft heeft Kate Winslet meer geluk. Zij kan zinnig in een DH Lawrence-roman zijn. 'Kunstenaar' Leo leert haar de yolo-mentaliteit. Hij ont-dekt het topje van haar ijsberg. Precies halverwege barst de boeg en kan Cameron doen waar hij goed in is. Actie. Heel wat Falling Men deden me zižekiaans associëren. In 2097 een film Twin Towers? Voorlopig kost mensenromantiek levens. We zijn voorspelbaar tot op de bodem. 'This could be bad.'

zondag 23 augustus 2020

The Marriage Circle


'Anyone who talks so much can't be sick.' Overspel dubbelspel in dit geinige potje genderkwartetten met Ernst Lubisch. Eerste pluspunt, de geluidsdialogen worden niet gemist! Lichaamstaal volstaat voor 'laughter and light romance', waarbij de mannen en vrouwen precies even kittig doen. Adolphe Menjou begint zijn dag met trekveeroefeningen en verdenkingen. Hij huurt een detective in om zijn vrouw (Marie Provost) te betrappen. De actie zet een reeks vermoedens in gang, die geen van allen keihard kloppen, en allen – inclusief de kijker – in romantische verwarring brengen. Lubitsch strooit met doktersromanknipogen, terwijl een strohoeden zonnetje op de bleke bollen schijnt. Soms worden de hysterische vrouwengrapjes erg flauw, maar het merendeel van de tijd is de humor knap risquée in slapstickvorm. Ik hoop dat ene Dr. Freud de film heeft gezien, want hij zou het heel warm krijgen van een zeer metaforische scene. Men neme 2 kopjes, 1 ontiegelijk dik eitje, en een potje... De barstjes in het huwelijk komen later. Na een uur amor in het kippenhok begon mijn aandacht wel danig te verslappen. Het is te laat om nog drama te introduceren. Lubitsch draait zijn gebruikelijke rondjes. Vilein en vederlicht tegelijk. Een man van galante tegenstellingen. Gecompliceerd in eenvoud. M/V. V/M. 'Professor, I never fail, you're as good as divorced.'

zaterdag 22 augustus 2020

The Crucified Lovers


'Seems we're born in this world merely to labour.' Twee negaties heffen elkaar op. Normaal vind ik Shakespeare flauw en Kenji Mizoguchi cerebraal, maar een shakespeariaanse Mizoguchi blijkt passievol geweldig. Gebaseerd op een poppentheater-stuk vindt de Japanse hermeticus een melodramatische eenvoud die hij blijkbaar nodig had. Het begint nog wel vanouds avantgardistisch. Kleng! De trommeltjes slaan de slagen van het lot. In de samoeraitijd heersen keiharde, oude zeden. Tegen allen, maar toch vooral tegen vrouwen. Mannen mogen vreemd gaan, zij niet. In een uiterst intelligente scenario staat gaandeweg iedereen in elkaars krijt en kruis. Een uitgebuite knecht van een meester-letterzetter vindt zichzelf terug met de tragische vrouw van de baas. Het was niet zijn bedoeling, maar wel die van de loop der geschiedenis. One does not simply make a mistake in Japan! Het zwart-wit wordt zo grijs dat je de kleuren bijna ziet. Mizoguchi heeft in de marge ook wat te melden over klassenverschil, en we zien de burgermaatschappij opkomen en afrekenen met de feodalen schroothopen. De historie kruidt met haar eigen agenda de shakespeariaanse verwisselingen. En ja, zelfs diens trademark 'mist passage' mist zijn effect niet. De rivier des doods wordt overgestoken, nog voor er gestorven wordt. 'I prefer to remain just as I am, thank you.' 

vrijdag 21 augustus 2020

Orphans of the Storm


'An historical incident.' Van Griffith moet ik de Grootste Film nog altijd zien. Als ik dat aandurf in woke tijden. Met deze 'Tale of two Sisters' wekt hij eveneens weinig sympathie. We krijgen eerst een waarschuwing tegen bolsjewisme, in trumpiaanse hoofdletters, want God verhoede dat het Amerikaanse volk een linkse anarchist zou verkiezen. Na de politieke bijsluiter begint het gangbare melodrama. Ik dacht meteen: Dickens. Et voila, daar is het vondelingetje al (neen, twee) en wordt het bedelen geblazen. Na een kwartier verschijnen de sterren. Kisses from the Gish sisses, die hun eigen exclusieve 'mid-film' credit krijgen. Zo groot waren ze dus. Terecht, want met hen komt de film tot leven. Helaas verdwijnen ze gedurende de uren die volgen steeds opnieuw uit zicht, door het onevenwichtige scenario dat, ondanks de makkelijke tegenstellingen, uit balans blijft. De Franse revolutie, zo lijkt Griffith te suggereren, leidt tot seksuele losbandigheid en zelfs homoseksualiteit. Zijn haat heeft iets futloos. Een zinloze geste. 'Death's down dropping gesture'. Enkel de halve revolutionair en halve conservatief Danton mag zich laven aan Griffiths sympathie. En de zusjes om wie alles begon? Zij vinden elkaar, en alles kwam goed. Terug aan het hof, terug zoals alles was. 'The people triumphant'? The viewer dormant. 'With the usual inconsistency of mankind.' 

donderdag 20 augustus 2020

Avatar


'Here I am. Doing science.' Zitten die gekke yankees toch weer die indianengenocide te verwerken. Zelf aangericht... Ik keek Pocahontas 2.0 eigenlijk slechts als voorbereiding op de grootste Cameron-film. Wat zou er nou in hemelsnaam van Avatar overblijven in 2D? Dat laatste valt goed mee. De plaatjes zijn ook plat duizelingwekkend. Ik was er in de bios maar iebel van geworden. Het scenario begint niet verkeerd voor de nerds. De marinier praat in een heerlijk SF-taaltje ('I'm just another dumb grunt, going some place he's going to regret'). Er is zelfs tijd voor een prachtig Pratchettig grapje. De mensheid speurt immers op een verre planeet naar manna. De naam? Unobtanium. Ze doen dat als mecha-helden, dus met extension packs. Filosofisch wordt het in potentie pas met de 'avatars'. Als dreamwalker waagt de witte uitverkorene zich in het blauwe land. Geen brein in een vat, maar het eigen lichaam in het vat, en het brein elders. Omgekeerd dualisme, is hetzelfde. Met dit concept wordt verder niks meer gedaan, op een mespuntje droomstof hier en daar na. Ik dubde wat over de ultieme ironie, een film met een grote Natuurboodschap die uit onversneden technologie bestaat. Niet langer doet natuur ons nog verwonderen, maar nep-natuur van een nep-planeet in drie neppe dimensies. Een deus exit machina maakt het af. 'Run to the forest! Run!' 

The Thief of Bagdad


'Choose, I command you.' Nou niet deze, in elk geval. Ik kende al een olijke Aladdin-versie uit de jaren veertig, een tekenfilm van Disney, en de briljante silhouettenfilm uit 1926 van Lotte Reiniger. Waarom het verhaal zo geliefd is en blijft? Misschien iets met het overbruggen van klassenverschil. ('Maak jezelf tot prins'). Deze Thief uit 1924 moet het hebben van special effects en... Douglas Fairbanks. De grote ster van zijn tijd oogt nogal oud voor de hoofdrol, met een vies Toon Hermans-snorretje. Zijn wasbord kan wel als een Man's Health uithangbord fungeren, maar zijn acteerprestaties blijven die van een grondig gewaxte Italiaanse clown. Snel door naar waar de film ook in de ogen van deze kijker excelleert, dankzij een ongetwijfeld duizelingwekkend budget. Dit is een oriëntaalse prinsenparade. Men haalt alles wat midden jaren twintig kon uit de prijzenkast. En dat blijkt nog altijd (!) behoorlijk indrukwekkend. James Cameron kan inpakken bij alle beestjes die Fairbanks vol overgave terug naar Allah stuurt. (Hij maakt een extatisch vreugdedansje na elke overwinning.) Daarnaast zien we vliegende tapijten, magisch touwwerk, levende bomen (Tolkien!) en paleizen zo gigantisch dat je haast vergeet dat ze een grootse prestatie moeten zijn geweest. Van de setbouwers. Alleen de Geest, die blijft letterlijk en figuurlijk uit. 'Geluk moet je verdienen.' 

woensdag 19 augustus 2020

Wend Kuuni


'Hij kan niet spreken.' Daar moest verandering in komen, meende Gaston Kaboré, die de tweede film ooit afkomstig uit Burkina Faso maakte. Filosofisch opgeleid in Frankrijk overpeinst hij aan de hand van zijn jonge hoofdpersonage de wortels en tradities van Afrika. Wend Kouni betekent het Godsgeschenk, oftewel Destiny's Child. Op een dag vindt een handelsreiziger het kind in een veld. Zijn land ziet er gezond uit, liefdevol, gewoon zoals het altijd – dus tijdloos – is, en, zo proeft de kijker, had het moeten blijven. 'Lang voordat de witte man kwam.' De verdwaalde jongen wordt even sereen in de dorpsgemeenschap opgenomen. Het neigt zo wel wat naar een pastorale, zeker omdat het hoofdpersonage als herdertje uit werken gaat. Gelukkig zijn er weerhaken in hemzelf. Niet alles is pais en vree. Wend Kouni worstelt met zichzelf, zijn onverwerkte en onmogelijk uit te spreken kras op de ziel die hem de mond snoert. Zijn innerlijke evenwichtskunst doet de moeizame dialogen vergeten. Het lukt hem zo-waar een lokfluit te doen klinken. Zijn klanken worden overgenomen door de fraaie soundtrack die helaas nooit op LP verscheen. De eigen melodie vormt het begin van verandering. De pijn doet hem zijn. Zijn verlatingsangst deed hem in zichzelf opsluiten, zijn muziek doet hem zich binnenstebuiten keren. 'Hij overdenkt alles wat hij doorgemaakt heeft.'

The Lost Squadron


'This is the picture.' Zo'n film die ze helaas na elke oorlog kunnen maken. Ook na de Eerste Wereldoorlog dus. Anno 1932 kan The Lost Squadron 'pre-code' nog onverbloemd, en uit het hart, kritiek geven op de behandeling van de soldaten. Gebruikt, gesneuveld (of niet), terug thuis werden de mannen snel terzijde geschoven. Net als in The Best Years of Our Lives lopen ze met de ziel onder de arm en de kop vol drank rond. Dit psychologisch drama duurt een kwartiertje, want daarna vindt het stel een job als stuntvliegers. In de 'nieuwe' film steelt de dekselse Duitser Von Stroheim de show. Hij speelt de regisseur van de spektakelshowfilm, en ja, hij heeft er plezier an. 'Act like dead!' Ik verdenk 'm ervan expres slechter te acteren om de werkelijk matige regisseur (Archainbaud) en dito editor (geen idee) te fokken. Merk op, dit is een film met luchtstunts over het gevaar van het maken van een film met luchtstunts! Het Apocalypse Now-achtige decor van de 'film in film' vermaakt, met 'crewcut' Von Stroheim dan als Brando en Coppola ineen. Precies halverwege brengt een voorspelbare crash plots naturalisme, om dan nog een keer van genre te switchen. We krijgen een noir toetje, waarmee The Lost Squadron een prent wordt waarvan het einde een goed begin had kunnen zijn. PTSS wispelturigheid. 'It's proof enough for me.' 

dinsdag 18 augustus 2020

The Wind


'Ain't nothing to do now but pop it together.' Dust in the Wind met een Zweed. Alhoewel, Viktor Sjöström groeide op in New York, en pendelde later heen en weer tussen het oude en nieuwe continent. Met de beroemdste actrice uit zijn tijd, maakte hij zijn beste Amerikaanse film. Lilian Gish was de koningin van de mimiek. Wat een sprekende ogen! Ze reist per trein naar de prairie, onderweg al lastig gevallen door mannen, en dat is slechts een voorbode van de Vrouw Alleen. Alles is tegen haar. Man, vrouw, kind en paard. Om over het klimaat nog te zwijgen. Op het station wacht Sjöströms trademark spooky koets, en als een geest door de nacht verdwijnt ze. 'Hop my paw, little missy!' Het riekt naar onversneden American Gothic. Bij Sjostrom wordt zelfs melodrama naturalistisch. Hier geen zoetsappigheid, maar de neuroses en onmacht van het harde plattelandsleven. Logerend bij de schoonfamilie draait Gish door in afgedwongen huiselijkheid en onzekerheid. Meer en meer wordt de film een feministische western. De droogte lijkt dan haast symbool voor het dorre leven van een vrouw zonder kansen. Haar tijd verglijdt als een zandloper. Ze moet alle elementen doden om te leven. En 'Seastrom'? Hij betoont zich een waardig voorganger van Bergman en Von Trier. Wat zeg ik, hun wijze meester. 'I'm not going away with you.' 

Paper Flowers


'Life brings us such sweet pleasure of pain.' Indiase epossen, ik durf het toegeven, ik kijk er altijd tegenop. Misschien dat deze film er eindelijk een eind aan heeft gemaakt, gelukkig. In scene 1 wandelt het hoofdpersonage meteen een filmstudio binnen. Meta! Het werkt heel modern in Bombay anno 1959. De verlepte regisseur kijkt terug op zijn carrière en hoe het allemaal mis heeft kunnen gaan. Het eerste lied (van velen) is als de vijver van Nijhoff, de rimpeling van herinnering. Waar deze kijker wel doorheen moet kijken, zijn de lukrake, matige pogingen tot komedie. Het hoofdpersonage (auteur Guru Dutt zelf) heeft flink te stellen met zijn Britsige schoonfamilie die filmmakerij maar hoererij vinden. Zij bieden de gelegenheid tot disses die niet onderdoen voor een Rourke in Breakfast at Tiffany's (inclusief suggesties van verwijfheid). Wegwezen. Gevalletje jammer voor onze 'Fellini', goed voor de film. Want met de regen en de drop wordt het alleen maar beter. Ooit vond hij zijn Pygmalion. In, met en door haar ontdekt de regisseur de schijnheiligheid van de sterren. De zelfopofferende vrouw blijft dicht bij het aardse, zij moet weinig van de Droomfabriek hebben. Ze zingen samen en alleen de beste liedjes, en aan het eind snap ik het. Zij is zijn Rosebud. Hij is Kane. Dutts einde nabij. Een antifilm-film, heerlijk. 'Zelfs op doornen hoef ik niet te hopen.' 

maandag 17 augustus 2020

Blind Husbands


'I lied because I was afraid you would'nt believe the truth.' Oudste film die ik tot op heden gezien heb? Goed mogelijk, zeker op deze volle lengte. (Van de film...) Meer dan een eeuw geleden stond Erich Stroheim aan het begin van zijn carrière. Hij overtuigde de studio om hem zijn eigen boek, met hemzelf in de hoofdrol, te laten regisseren. Helemaal het (alfa)mannetje dus, ook in de film, want Stroheim rockt een Rammstein-kapsel waar hij bijzonder veel zorg aan besteedt. Hij speelt The Other Man met 'a keen appreciation of three things: Wine, WOMEN, song.' Vooral dat tweede valt te verifiëren, wanneer hij anderhalf uur lang vrouwen bepoteld. Suggestief glibberend met zijn eindeloze sigaret en monocle, alsof de twee samen een gemakkelijk symbool moeten vormen. Op de achtergrond rijzen bergen (van problemen), want begin twintigste eeuw was men helemaal verkikkerd op de klimsport. Het verhaaltje lijkt op Den Doolaards Grote Verwildering met eenzelfde bergrede als boodschap. (Man, toon je nou eens nederig en neuk je eigen vrouw gewoon wat vaker.) Ik verwachtte half om half dat er nog gehakt werd met pikhouwelen. Ondanks de fraaie Dolomieten-decors, en Stroheims old skool fanatisme, smolt mijn concentratie na een uur weg. Pas boven wordt het nog even spannend. Het puntje is het topje van de ijsberg. Toch? 'That's just the reason.' 

New Dragon Gate Inn


'Shrimp soldiers and crab generals, you haven't seen the big fish yet.' Het 'oude' Dragon Inn is een van de mafste en coolse kungfu-films aller tijden. Het 'nieuwe' Dragon Gate Inn doet het ook verrassend goed bij deze niet-genre-fan. De titel zal wel een bewuxsie zijn, want ondanks geboortejaar 1992 blijkt de vibe magisch realistisch retro, voorbij het bewijsbare. Mings periode brengt China een zwakke keizer, paramilitaire troepen en... eunuch power! De gendergelijkheid is daardoor de hele film uitstekend, lekker puntig. Man, vrouw en tussenvorm doen geen moment voor elkaar onder in Street Fighter-moves en verbale disses. Met gratie gaan de draaiende derwisjen elkaar uitzinnig te lijf. 'Good or bad weather is all in your heart.' Na een nog wat saai intro, arriveert Goed en Kwaad in de welbekende herberg voor de 'remake'. Daar heersen Chinese vleesgewoonten, en windt niemand er doekjes om. Erotiek met een bloederige lotus ontmoet de peper en zout-chef van Ribery. De film barst bijna uit elkaar van ADD-sensualiteit. Vechten is ook een soort neuken. 'Vertel me over de geheime tunnel.' Ook knap, de draagkracht van een eindeloos epos wordt hier in anderhalf uur gepropt. Een 'dazi' (Han-chinees) verzorgt de slotakte. Ja, ook qua rassengelijkheid zit het vlijmscherp snor. Knoerthard, geil op bloed, en lekker gek. 'His kungfu is not academic.' 

zondag 16 augustus 2020

Desire


'One never knows when one will go crazy.' Bestaat er zoiets als het overschatte onderschatte? Thomson beweert over regisseur Borzage dat deze jarenlang genegeerd is, maar de laatste jaren als vergeten grootmeester hernieuwde waardering krijgt. Op basis van deze film vraag ik me af waarom. In een Lubitsch-productie (en Lubitsch' stijl) spelen Gary Cooper en Marlene Dietrich een comedy of manners. Gedoe met shiny cars en pearls. Iedereen is way 'too snooty'. Het vrolijke dubbelspel rond een juwelenheist ontbeert een Cary Grant om het echt grappig te maken. Van Cooper en Dietrich moet je het op dat vlak niet hebben. De bitse grapjes over crossdressing zal ik door de vingers zien, vooral omdat charming con woman Dietrich girlpower heeft (dat kan je dan wel aan haar overlaten). Als een meesteres vertelt ze de arme Cooper alles, zonder dat hij het gelooft. Hij kijkt er schaapachtig bij en countert met wat stoner humor. ('I grew on her, until she sued me.') Cultuurwetenschappelijk intrigeert de film gaandeweg meer. Europe fungeert hier als het paradijs voor Amerikanen (en Marlene is dan de Vrouw der Vrouwen die billenkoek geeft). Maar Europa heeft anno 1936 een probleem. Er waait een vleugje fascisme de film binnen. En laat dat nu net dat Borzage's unique selling point zijn. In betere films. 'What could I do? I am the police.' 

Three Ages


'The only thing that has not changed since the world began is Love.' Hoe herkent men talent? Ambitie! De eerste keer dat Buster Keaton zichzelf als filmmaker – pardon – als Auteur presenteerde, koos hij meteen voor drie tijdperken. Hij speelt uiteraard zelf The Boy die onder Romeinen, holbewoners en moderne neuroten aan The Girl probeert te geraken. Schijnbaar moeten alle massascènes ook D.W. Griffith op de hak nemen, satire vormt dus het perfecte excuus om ook zelf met geld te smijten. Het stenen tijdperk hakt met lekker simpele Flintstones-humor avant la lettre. Buster rockt dan het meest Emo zijn malle Robert Smith-kapsel (en zijn meid een pantervel). Bij Busters uitgestreken hoofd past de Romeinse periode het best. Geformaliseerde humor. Strak, rigide en slim. Daar en dan is hij het meest geslaagd met stomheid geslagen. Anno 'nu' doet hij zijn platte hoofddeksel op en is hij zichzelf (hij wordt zelfs Keaton genoemd). In alledrie de tijden gebeurt steeds opnieuw hetzelfde ('In the meantime'). De humor wordt daarmee mild en voorspelbaar. Buster blijkt zowaar nog zacht voor zichzelf. Een opvallende grote rol komt voor rekening van de dieren. De beste grap behelst een heuse hondenwissel, en het slot geeft middels een schoothondje de moderniteit een laatste trap na. 'Get rid of that big boob and meet me outside.'

zaterdag 15 augustus 2020

Vampyr


'Vergebens wehrte er sich gegen die lebende Angst...' Dreyer en Vampyr ik zie het naamverband wel. Of ben ik door deze bewust fluïde film overal de verglijdende overloper in gaan zien? Rudolph Mate en Carl Th. Dreyer leven zich in elk geval lekker uit. Waarschijnlijk is dit de meest geestelijke film ooit over de beroemde bloedzuiger. On screen geweld ontbreekt vrijwel volledig. Spannend is het zeker, op de manier van Twin Peaks of Blair Witch Project. Een man met de zeis luidt de bel en we gaan los. Net zoals een vampier een tussenwezen is tussen leven en dood, en de (doorzichtige) beelden overal 'tussen' hangen, is ook de geluidstrack mysterieus. De film kan spreken, maar doet dat zelden ('Ruhe!'). De personages bewegen in ouderwets fast forward tempo, maar op een modern traag filmritme door het Wajang-schaduwspel. Allan Gray belandt in een spookhuis, waar hij niet weet wat hij mee-maakt, sterker nog, hij weet al snel niet meer wat hij zelf is! (Vampier? Of de personificatie van angst?). De wezens willen dat hij meedoet in en aan hun 'Schattendasein'. De medisch-wetenschappelijke termen blijven bladzijdeslang doceren. Gelukkig wordt er ook nog gestorven. Dreyers specialiteit, van binnen en van buiten. Onze held treedt zomaar uit zichzelf voor een machtige sequentie. Wat een beelden. Een point of view van de dood. 'Was ist den das!?'

Divine Intervention


'Er komt hier geen bus.' De Hebreeuwse Herman Finkers slaat toe. Tussen bijbelse bomen gaat het absurdisme ervandoor. Een roodwitte puntmuts op, een zak cadeautjes op de rug, voor zolang het duurt. De kerstman is een van de vele oude mannetjes die de wereld in deze film aan zich voorbij ziet gaan, en ingehaald wordt door het onvermijdelijke. Geen wonder dat regisseur Elia Suleiman de film dan maar aan de herinnering van zijn eigen old man opdroeg. Die mag trots zijn. Mafketel Suleiman is een Arabische meester in Westerse zaken geworden. Anders geformuleerd, dit is het meest Europese kado dat uit Nazareth is gekomen sinds... Flauw, zoals de grappen dat ook vaak zijn. Denk niet alleen aan Finkers, maar ook aan 'onze' continentale grapjurken Roy Andersson, Aki Kaurismaki en Godards Weekend (tot twee keer toe). Lichtjes verbonden door zwaar gewonden serveert Suleiman gag na gag. Dat gaat van droogkloterige burenruzies tot checkpoint paranoia. De mooiste scene zoekt het opnieuw in rood. Er stijgt een ballon rouge op met een wel heel verrassende beeltenis. De soldaten weten niet wat te doen, als ze de Palestijnse kerstman zien. Na een uur kreeg ik wel het idee dat de film een zaal nodig heeft. Een medepubliek. Dan schuurt het allemaal nog net wat beter, als je ook rekening met de buurman moet houden. Lachen met tuiten. 'Zing dan eikel!'

vrijdag 14 augustus 2020

Queen Kelly


'Mijn hart, mijn geest, mijn lichaam, ze behoren jou toe.' Regisseur Von Stroheim werd ontslagen tijdens het maken van deze stomme film. De reden? Hij kreeg een conflict met ster Gloria Swanson, en, wellicht gerelateerd, ook zou hij steeds steeds meer 'schunnig' materiaal de film in hebben gesmokkeld. Dat laatste valt nog altijd te verifiëren. Er wordt flink wat afgesmacht, de film voelt heel eerlijk over vrouwenlust. Het begint al met een gekke queen, kinky unclad. Zij leidt de orgie aan het Europese hof. Ze heeft plannen met de prins, maar die heeft plannen met een doodeenvoudig Iers nonnetje. (Jaja, als dat geen pornoplot is...) Ironisch genoeg heet zijn love interest Kelly van achteren, gezien Grace later, en gezien Patricia Kelly aan haar end. Tijdens de eerste ontmoeting met de potloodsnorman valt van schrik haar slipje naar benee. Dat vindt de fetisjist in hem helemaal niet erg. Wolfram de Wildebras spendeert de rest van het film aan het veroveren, slash, de verovering, compleet in vuur en vlam. Dat is tegen het zere been van de koningin, die als SM-meesteres de zweep erbij haalt. De prins krijgt nog net geen pikstraf! Nee, de film blijkt juist dan eerlijk over vrouwenhaat. Vrouwen geven vooral elkaar de volle laag. Misschien werd Von Stroheim wel ontslagen om al die ongemakkelijke waarheden. 'Alle meisjes en alle nonnen zijn zacht.'

Earth


'Kameraad voorzitter de tractor staat stil!' Van de grote Sovjet-regisseurs is Dozvjenko degene die de menselijke maat het minst uit het oog verliest. Knap, want ook Earth is een propaganda-film die de komst van landbouwhervormingen (en het einde van de koelakken) bejubelt. Of toch niet? Dovsjenko vindt tijd om het graan naar ons te laten wuiven, en zijn oor bij de aarde te luister te leggen. Ja, zo voelt dat echt. De pastorale van leven en onvermijdelijke dood wordt zo haast verstoord door Lenin-lookalikes. Zouden alle mannen zich als Lenin zijn gaan kleden, of was het Lenin die zich naar de gewone man modelleerde? Bij Dovzjenko lijkt het opnieuw een gewiekste diss. De oudere dorpsbewoners rocken gelukkig nog beste baarden waar je niet mee kan dollen. De moderniteit komt, en als de moderniteit niet werkt, ligt dat absoluut niet aan de moderniteit. Zoveel is wel duidelijk voordat het waanzinnig losgaat. Een paard bokt, en vanaf dat moment volgt de regisseur iedere krankzinnige ingeving. Een plotseling dansen wordt dan een moment van pure magie, een kop in het zand steken meer dan een metafoor. En aan het slot verschijnt, zoals altijd in elke Sovjetfilm, die dekselse tovenaar, de priester. Hij wordt in beeld ontkent, maar blijft doodleuk staan. Knap ambigu voor een propfilm. Afwisselend saai en fantastisch. 'Nou, sterf maar dan.'

donderdag 13 augustus 2020

Iron Monkey


'We blijven best lang op.' Mensen aan touwtjes kunnen hebben, welke machtswellustige politicus wil dat nou niet? In deze Hongkong-film lukt het dankzij de mysterieuze Iron Monkey niet (!), maar diens stunts lukken dan weer wel (!) dankzij de touwtjes. Alle duivels, wat een ingewikkelde grap, en wat een ingewikkelde toestanden. Het mooist zijn de 'wire fu'-moves toch wanneer we de meesters zien vliegen. Denk aan Crouching Tiger, Hidden Dragon, al ontbeert de ijzeren aap helaas alle mystiek. Hier gaat men voor razendsnelle videogame actie (en dito sounds, want de soundtrack is voer voor midi junkies). Murw gebeukt wordt dat toch wel wow. Het wachten op zwakheden van de superheld duurt echter lang. Te lang. Voor die tijd krijgt de kijker lesjes in Chinese gewoonten. Cupping, cooking, en wat vuurwerk. Vaak lijkt het op een reclame, soms wordt de flauwigheid zo oriëntaals dat het ook een Rick Ross-videoclip zou kunnen wezen. De beste muziek en het beste dansen zit toch in de vechtpartijen en de moves. Een ervan heet heel terecht 'Over the top.' De film besluit met een waar stokjesgevecht. Noem het materie geworden touwtjes, dan is het eigenlijk wel zo logisch. Door die paaltjes moet dit de enige Aziatische film zijn die dankzij fierljeppen overwint. Alstublieft! 'Politiek is net een droom, neem het niet te serieus, dan overleef je het wel.

The True Glory

'I knew a lot more about men after Arnhem'. De Vietnamoorlog mag dan bekend staan als de eerste tv-oorlog, ook WWII werd uitgebreid gefilmd. Het enige verschil is dat het langer duurde voordat mensen het – in het bioscoopjournaal – zagen. Voor het oorlogsfilmdepartement maakte Carol Reed vlak na de West-Europese campagne deze documentaire. Met de propaganda komt de triomfantelijke muziek, de pompeuze voice-over, en een bijbels gestemde Dwight D. Eisenhower. Het moet een 'bedankje' zijn aan ons allemaal, want wij zijn allemaal verzetsstrijders geweest. Yeah right. Allemaal meteen vergeten. Wat de film krachtig maakt zijn de beelden geschoten door 'combat cameramen'. De 'gewone' koppen van de soldaten, 'kids that knew how a machine gun worked, and nothing else.' Ik kan er uren naar kijken. Koppensneller Carl Reed heeft juist haast. Hij heeft de propagandalessen van Eisenstein geleerd en slaat aan het cutten. Ik kreeg bijna de neiging de boel op halve snelheid af te spelen. 'Godzijdank' kalmeert de film intrinsiek (en haast onvermijdelijk) in de loop van de campagne. Zo'n beetje bij het ANWB-bordje richting Arnhem loopt men vast. En wanneer onze jongens doorstoten, verschijnt de hel op aarde. De kampen. 'It was the worst thing I'd ever saw in my life and I wouldn't have missed it for anything.' 

woensdag 12 augustus 2020

Osaka Elegy


'Zonder uitzondering heeft iedereen tekortkomingen.' Gelukkig maar, want dan durf ik hier toe te geven dat de mythische Japanse regisseur Kenji Mizoguchi nog altijd te moeilijk voor me blijkt. Ook met zijn eerste 'grote film'. De man is hermetischer en dromeriger dan Ozu. Zijn Tokyo Stories gaan niet van seizoen naar seizoen maar verglijden heel fluïde. Tijd is altijd dezelfde tijd voor de tragische vrouw. Het begint al bij het begin. In Japan (of alleen bij Mizoguchi?) weet je als westerling nooit wat voor establishment het nou precies is. Een zakenman krijgt thee. Maar is er meer, zijn deze dames geisha's? Misschien hoeven zij niet eens tot banale handelingen over te gaan om zelf ten gronde te gaan. Daar gewoonweg zijn is genoeg om de toorn van de familie te wekken. Zoveel wordt in elk geval wel duidelijk. Het leven voor de arme is klote, maar voor de vrouw kloteriger. 'Ik ben helemaal alleen van jou afhankelijk.' Het middendeel overstijgt alle onduidelijkheid in een prachtig poppentheater. De kijkers en de poppen zitten in hetzelfde schuitje. Terug in het echte leven zweemt nog een tijdje een oude gender-les. Mannen die willen doen, maar kunnen hun gevoelens niet uiten, en er helemaal niet over communiceren. Dan gaan de neon lichtjes uit. 'Als hij nou gewoon had geluisterd, dan had ik het nooit gedaan.'

The Unmechanical


'Het is een vervloekte auto, we zitten in haar scheuren.' Een liefdevol wrak hangt van touwtjes aan elkaar. Alle onderdelen vervangen, dus is het nog wel dezelfde auto? Haar eigenaar houdt in elk geval nog met heel zijn hart van haar. De Bengaalse regisseur Ghatak was zelf een gek, met zijn eigen obsessies, dus hij kan even liefdevol naar zijn object kijken, zijn hoofdpersonage. Het levert een film op in tal van registers. Vaak waardeloos flauw en saai, met de slapstick humor van Chaplin decennia na dato, of hoge stemmetjes – een vorm van basisschoolhumor. Soms verstilt de film ineens, in een zeer persoonlijke pijn en frustratie. Niets hebben behalve dat object, waarop je heel jezelf projecteert, opdat je vergeet. De taxichauffeur kan zichzelf niet meer uit elkaar uithalen. Hij is het communiceren met anderen volledig verleerd, op mechanische gebaren na. Het lukt zelfs niet wanneer zijn piepjonge assistent Sultan hem bewust probeert na te laten denken over wie hij ooit was. Een van de beste momenten betovert al vroeg in de film, en raakt met eenvoud. Twee gestranden bruidsgasten zoeken schaterend naar vervoer. De sfeer is uitgelaten en chaotisch. Dan zetten ze een stap in het onbekende, er klinkt een bel. Binnen een tel slaat de sfeer surrealistisch om. De magie van het kerkhof. Van mens en auto. 'Wat ziet de lucht er mooi uit door dit gat.'

dinsdag 11 augustus 2020

Nausicaä of the Valley of the Wind

'Wie heeft er zo'n vreselijke zooi van de wereld van gemaakt?' Officieel 'endorsed' door WWF, maakte Hiyao Miyazaki zijn eerste Ware Film, een waainr de eigen thematiek elke scene van het scherm spat. Vliegeniers, schattige beestjes, krachtige vrouwen. Check! Nausicaä bezit echter ook iets anders, dat later zelden terugkwam. Dit is een echte SF-film van het teruggeslagen verleden. Een Wim Gijsen-verhaal, dus. De nieuwe middeleeuwers ontmoeten de laatste restanten Star Wars. Het begint allemaal met een hemelruiter in nood op een planete sauvage, en een paar tellen later komt een goed stel benen en laarzen uit de lucht vallen. Enter Nausicaä, rondborstig en kortgerokt. Miyazaki bleef (ook) in upskirts trouw aan de manga-reeks. (Iedere graphic novel is wat mij betreft gewoon een storyboard voor een tekenfilm.) De knappe meid temt dieren, mannen, en technocraten dankzij haar ecologische levenshouding. 'Ze leest de wind uitstekend.' Vooral de grote, holistische natuurmetafoor van de film mag er zijn. Het laatste restje groen wordt omringd door een Zee van Verval. De enige manier om in het reine te komen met ons eigen verval, is weer terug in de schoot van de natuur te worden opgenomen, hier, af te dalen in de spiegelwereld onder de zee. Nausicaa wordt Maria-mirakel. Zij weet wat wel en niet kan. 'Het waren de prachtige handen van een harde werker.'

The Quiet Earth


'Would all those alive please step forward and show themselves?' De Nieuw-Zeelandse zon komt op als Koyaanisqatsi. Haar stralen vormen een omega op zee. Wat een fabuleuze kracht, wat is ze toch een eindbaas. Ik zag het en dacht, mooi, dat kan ik ook weer jatten voor mijn boekje. Even later schrikt een man wakker, wordt gewekt door diezelfde zon, staat bang voor zichzelf, naakt voor de spiegel. Check! De kerel ontdekt even later dat iedereen pleite is. (Uncheck) De simpelste paranoia-premisse (zie ook die hipsters op vakantie in IJsland-film). Alleen op de wereld, wat doe je dan? De beest uithangen, we kennen het uit I am Legend. Vooral de scene in de politieauto is geinig. En zo zijn er meer pervers flauwe lolletjes. Toch duurt het allemaal wel lang, bijna 1/3e van de film. Waar blijft zijn Vrijdag? Waar blijven de seksuele verlangens? Het duurt maar. Toch heeft dat ook wel iets dappers. Er is geen voice-over, geen houvast, er is alleen het grote Niets. Dan gebeurt het alsnog. Twee zijn een set, three is a crowd and a conflict. Intellect en intuïtie ontmoeten elkaar, en de vrouw, zij overstijgt alles. Voor wie het wil zien, gaat deze cultfilm stiekem over wat anders. Depressie en zelfmoordgedachten. Niet enkel alleen op de wereld zijn, maar je alleen op de wereld voelen. Steeds verwarrender. Steeds minder denkbaar. Houterig doch lief. 'And now I am God.'

maandag 10 augustus 2020

Crimes of the Future

'His idioms are extremely obscure.' Het wordt tijd dat Cronenberg wat nieuws maakt. Ongeacht de kwaliteit zou het toch tof zijn in zeven decennia een films te hebben uitgebracht, van 1969 tot nu. Met Crimes of the Future enterde David de seventies. En hij deed dat, uiteraard, op vertrouwd terrein. Distopisch en sardonisch staren een stel doktoren ons aan. Of zijn het soms zelf patiënten? Fluïde van geslacht en gesteldheid dwalen zij door The House of Skin – eigenlijk een veel leukere titel. In het dermatologeninstituut lekt achterdocht en talg uit alle oren. Subtiel ranzig is extra ranzig. Bijna zonder effecten suggereert Cronenberg hier meer dan genoeg. Hij kent de medische encyclopedie en de DSM op zijn duimpje, en kan ze uit zijn duim zuigen als het moet (bijna letterlijk). Het hoofdpersonage hult zich in een lang zwart Nosferatu-gewaad op zijn zoektocht naar zijn (even) geflipte baas, van rare fetisj-behandeling naar erger. Geld was er uiteraard niet. Dus klinkt er slechts voice-over, dat verhindert meteen gedoe met boom mics. Misschien komt het wel dankzij de afwezigheid van stemmen, roomtone en melodie op de soundtrack dat de film biologeert. Pure vervreemding. Totdat de Neus alsnog een klaroenstoot doet klinken. Zelfs voor een kind legt de ziekste mens zijn haar nog goed. Naakt verloren. 'The house is undeniably in decline.'

Salt and Fire

'I'm glad I have the distraction of my data.' Zouden Michael Shannon en Werner Herzog potbroeders zijn? Samen die jonko's smoken, slechte scenario's verzinnen, en dan ook nog de status hebben om ze uit te mogen voeren. Salt and Fire gaat wederom subiet in rook op. Mannen in bivakmutsen maken er een hysterisch potje van. Veronica Ferres is onmogelijk slecht. Die Nicolas Cage-overdrive is zonder de man zelf toch een stuk minder te genieten... Gelukkig brengt de Reijseger in wereldmuziek zijn esoterische volksaccordeon mee. Even dacht ik zelfs dat Shannon de hele film lang zijn muts op zou houden. Uit schaamte wellicht! Na wat opzichtige expositie zien we een Arische reuzin met de foute gewoonten van een fout land kennismaken. Haar ontvoerder Shannon orakelt over vogels, Herzog geeft geheel doorzichtig wat anamorfische kunsttips, en ik denk, hoe redt hij zich hieruit? Een koddige twist biedt hulp. Plots is de Insane Herzog Posse op het enige terrein waar ze moeten zijn. Het zijne. Werners kindse verbazing over hoe magneten werken, en over hoeveel groter de natuur is dan wij. Een potje Ludo zorgt voor verbroedering in een zoutwoestijn. Nee, dit is geen goede film, maar gusto kan de makers toch niet ontzegd worden. Niks stoners. Loners voor een betere wereld. 'I can't seem to read this, it's my own handwriting.'

zondag 9 augustus 2020

Come Back to the 5 & Dime Jimmy Dean, Jimmy Dean

'Time is such a nebulous date to wait for.' Een geinige entry voor het lijstje 'films die eigenlijk over andere films gaan'. Giant komt naar Texas en de crew van een Woolworth's wordt waan-zinnig. James Dean is in '55 de man der mannen. Man en vrouw valt voor hem. Twintig jaar later is het dorp allang weer terug ingeslapen, en komt de fanclub van voorheen bijeen. Altman – zes jaar ouder dan de Rebel zelf – leeft zich uit met het natuurlijk geluid van het winkeltje, en met Hitchcock-achtige vloeiers die heen en weer schieten tussen verleden en heden. Op het verwarrende af soms, want echt 'jong' (of oud) geschminkt zijn de sterren Sandy Dennis en Cher niet. In de winkel verandert ook niets, maar dat is logisch. Wie, zoals ik, hoopte op wat Purple Rose-fantasy komt snel bedrogen uit. Dit is een typische toneelstukfilm (en dat over cinema, hmm...). Lappen aan flauwe tekst derhalve. En elke keer wanneer het melancholisch goed wordt, begint het schreeuwen weer. 'Just lie to her Joe.' De boodschap blijft ook wat paradoxaal. Nostalgie is een giftige leidraad des levens, maar zelf doet de film niet(s) anders, in typische Hollywoodmodus. (Nog een wonder dat er geen stokoude ster uit de mottenballen is gehaald.) Gelukkig volgt op driekwart een twist die all that bitchin' around redt. Een hele woke zelf. Ieder zijn leugens, ieder zijn lessen. 'Its just a front, it's not a real house.'

Patlabor 2

'Net zoals oorlog vrede creëert, creëert vrede oorlog.' De mens wordt een machine voor zijn medebewoners. Anno 1999 bezit de VN de coolste exemplaren. Buck Danny meets Kuifje in de jungle van Apocalypse Now. Het leger marcheert als robotextensie, akelig kalm van zelfvertrouwen. 'Mensen kunnen zich overal aan aanpassen.' Het gaat desondanks al snel mis, uiteraard. Patlabor 2 begint opnieuw, met een Bellingcat-achtig onderzoek. Een ongeïdentificeerd vliegend object heeft Tokyo getroffen. Wie of wat wreekt zich hier? 'Ik hoop dat je dat uit kan leggen.' Gemakkelijk wordt de film nimmer, eerst laat het de kijker een uur lang rustig meerollen op de golven van verwarring. Haar beelden vormen een mecha grotestadsdroom. Rond het middelpunt – en trouwens ook aan het slot – zweeft een hegeliaanse overpeinzing. Bruut en waar. Net zoals een virus wordt aangegrepen voor de totale lockdown heeft de staat slechts een enkele gek nodig voor de gewenste oorlog. 2001 staat hier voor de fenomenale fake lenzen. Om over de hoeveelheid schermen an sich nog te zwijgen. De stad verwordt tot een leger van schaduwen. Camera's kunnen alles zien, maar de geest begrijpen? Wat dat betreft prikkelt de natuurgeleiding door vogels en vissen, die een film lang onnadrukkelijk aanwezig blijven. 'God doet niets. Dus doen de mensen het.'

zaterdag 8 augustus 2020

Planet of the Humans

Humans are experiencing the planets limits, all at once.' Deze docu maakt flink wat lawaai in de media, dus ik keek hem ook uit beroepsmatige interesse. Eerste dat opvalt, Michael Moore is slechts executive producer, terwijl het toch vaak 'zijn' film wordt genoemd. Beetje pijnlijk voor Jeff Gibs. Hij leende van Moore de egodocumentaire stijl, en de zuigende vragen, maar lijkt me als mens minder ijdel. (Jarenlang woonde Gibbs in het bos uit ecologische 'zelfopheffing'.) Jeff is nu als een archetypische gelovige van zijn groene geloof gevallen, en heeft een eenvoudige boodschap. We gaan er allemaal aan. In die zin is hij nog altijd de apocalyptische activist. Ik ben down met de baseball chick die countert: 'we zijn kakkerlakken, we krijgen zelfs onszelf niet uitgeroeid.' En wat dacht u van deze pitch: 'Is it possible for machines made by industrial civilization to save us from industrial civilization?' Ik heb nog hoop. En als die laatste verheffing van het kapitaal niet werkt, heft het zichzelf in het proces alsnog op. De tweede helft rekent Gibbs af met biomassa. Dat is oud nieuws. Ik had liever gezien dat hij op de psychologische toer ging. Jeff bezoekt een Californische professor die Albert Camus aanhaalt. Het komt allemaal neer op doodsangst. Die weg van bijna aquiniaanse zelfduiding wordt verlaten voor vingerwijzen. 'Obviously the main factor is delusion.'

Mother!

'What are any of us doing here, right?' Van alle films die zo heten is deze het meest realistisch. Aronofsky duikt diep die baarmoeder in. Toch de grootste egotrip van ieder mensenleven, opgroeien in een ander, door een ander. Voor het kind komt, kibbelt het stel Jennifer Lawrence en de Grote Schrijver Javier Bardem met elkaar, en met ongenode gasten. Het huis is niet af, hun relatie ook niet (zonder kind kan dat ook helemaal niet, aldus de gasten). Als een frontale schijnbeweging smijt Aronofsky die beginfase met alle mogelijke horrortropen. Het Victoriaanse spookhuis met zijn eindeloze vaginale openingen. De vreemden die penetreren, blijken vervolgens ook nog fan van de auteur, dus dan kunnen alle Stephen King-lades zo ver open dat ze uit de kast donderen. 'Your words have changed my life.' Lekker gestoord, maar Mother! blinkt uit wanneer alle zin wordt verloren. Het is een van de zeldzame Hollywood-films die surrealisme niet als een geintje beschouwt, of als leuk voor een enkele droomscène. Aronofsky's megalomanie werkt zowaar in zijn voordeel. Hij toont het moment dat de droom reëel wordt, zoals alle dromen dat slapend zijn. Wakker blijkt het leven minstens zo erg! Ik dacht aan AF.Th, Mirjam en Tonio, hun kind dat ging en dat vervolgens doodleuk door paps werd gebruiktt, omdat het kon. 'Just exploring.'

vrijdag 7 augustus 2020

Ritual

'Regendagen zijn voor mijn vader en zuster.' Een potje mentale jiu-jitsu met Shiki-Jitsu. Twee dolende zielen vinden elkaar. Zij, het Eeuwige Kind van Freud, hij, het type David Foster Wallace-twijfelaar. Dat wordt dus een hermetisch-geconcentreerde nadenkfilm, de Antonioni-fabrieken hadden de hint voor het spel allang gegeven. De decors zijn sowieso fraai. Het blijft Japan, dus ook het OV wordt opgezocht. Hier staat de tram echter stil, zoals deze twee levens ook niet meer lopen. Met één been op de stoep, en de andere in de goot, altijd op die suïcidale trip. Op een vreemde manier blijkt de film voorspelbaar in onvoorspelbaarheid. Ik wist niet goed of ik dat nou als geniale afdwinging moest opvatten, of als een concretisering van het writer's block waaraan de man lijdt. Want ja, voorspelbaar blijft ook het meta-gehalte. Het meisje als oplossing voor zijn onvermogen tot kunst scheppen, nu hij teveel nadenkt en te weinig doet. Zij heeft van haar eigen slechte gedachten haar hele doen gemaakt. Dat werkt ook niet! Mij pakte de film pas tijdens het laatste half uur. Weg van de – weliswaar fraaie – Theorie (over regen en rails). Niet langer breedvoerig zelfingenomen. Er wordt eindelijk wat spanning ingeslagen en de plotarmen strekken zich uit naar de ander, voor een knuffel. Ingebeelde trauma's doen het meeste pijn. 'Ik kan je niet alleen laten.'

Fallen

'People want the world to make sense.' Detective Hobbes werkt heel sociaal aan het algemeen belang, maar leert gaandeweg Fallen dat zijn 'sense data' toch wat beperkt zijn. U merkt het al. Deze nineties neonoir doet lekker filosofisch. Dat begint met de cynische voice-over, vervuld van het besef dat het meer om het vertellen dan om het verhaal gaat. Men gaat er dan ook meteen met gestrekt been in. Dankzij een doorgedraaide crime opera-stijl lijken de eerste minuten een slick en sleazy L.A. Confidential. Zodra het gaat regenen, komt de ware invloed bovendrijven. Se7en. Een seriemoordenaar die kopieert, in een film die kopieert. Dat intrigeert. Het copycat-thema is het verhaal en het vertellen tegelijk. Detective Hobbes (de altijd kalme Denzel Washington, wat kost die traan hem moeite!) schiet cartesiaans tekort. 'I ain't smart enough to figure out what's going on.' Zolang het mysterie mysterieus blijft, werkt het allemaal Japans in waan-zin. Ook deze kijker raakte bevangen door de mindfuck. Ik stootte tijdens een korte tocht richting versnaperingen tegen een kussen, en dacht prompt dat het om een zwarte kat ging... Weer gezeteld, zorgt de onvermijdelijke verklaring vooral voor veel vertroebeling, en voor een daling van het niveau. De transcendentie moet toch weer eens van boven komen. Wat als de angst in Hobbes had gezeten? 'Sometimes you come face to face with yourself.' Het zoönose slot is vandaag de dag dan weer wel lollig. 'Yes it is.'

donderdag 6 augustus 2020

A Gentle Breeze in the Village


'Misschien zit er wat voor je in.' Op een zomerse zaterdag trillen de krekels net zo hard als de lucht. Japanse films doen hun platteland toch altijd het meest pastoraal. Wat moet het 'r heerlijk zijn, een basisschool (en 'middle school') waarin iedereen bij elkaar zit. Heel Montessori. De voice-over (een contemplatief pubermeisje) lijkt in het begin de kijker als personage aan te spreken. Een prachtig meta-moment. Als kijker worden wij de Nieuwkomer, de gentle breeze, een jongen uit Tokyo die de boel opschudt. Alle meisjes meteen verliefd, doh. Hij weet van kapsels en zoenen! Ons vlinderende hoofdpersonage rockt een t-shirt met Subjectivity, en blijft de hele film intrinsiek hermetisch. Het is de leeftijd. Ze loopt door Het Dorp, observeert, en twijfelt. Het wordt allemaal heel Koreeda, maar dan nog minimalistischer. Ieder aanzetje tot een drama waait weg in de seizoenen. Want ja, halverwege kan de bingokaart definitief tevoorschijn gehaald worden. Hoe maak ik een lieve Japanse film? Komt ie. Seizoensveranderingen, festivals, honkbal, poetsen, en treinen. Belangrijke treinen. Soms dreigt deze blijmoedige, stereotypische imagologie de film te overweldigen, net als de happy-go-bleepy soundtrack. Anderzijds. Het scenario doet wat de titel beloofd. Meer niet. Maar zeker ook niet minder. Tweevoeters worden vier voetjes in vertwijfeling. 'Ik neem deze weg.'

Buying the Band

'Wat is de uiterste consequentie? Exit.' Deze docu-hype onder Nederlandse muziek-insiders draait om de eenvoudige vraag: wat zijn vervelendere mensen, vastgoedondernemers of muzikanten? De hoofdpersoon doet denken aan Koen Everink, de kale, gezette zakenman die ook graag met sterren rondhing, en vrienden kocht. We weten hoe het afliep. Jan 't Hoet leeft nog, maar zijn illusies zullen gestorven zijn. ('You can't always get what you want.') De (ex-)drummer en financiële poldersjeik koopt de voormalige band van Herman Brood, en diens manager, want ze moeten weer op tour. Held van de eerste helft is Koos van Dijk, de sportieve 'regelaar'. Je moet het hem nageven, hij kan incasseren, en oogt in elk geval nog gezond. Dat kan van zijn muzikanten – uiteraard – niet gezegd worden. Derk H. komt recht uit Jiskefet, Dirk V. uit Klokhuis. Geen van allen heeft 'de power om de toekomst te zien'. Het volgende haaltje, daarvoor leven ze. Mooie jongen hoor, die Brood. Maar hij heeft toch wel veel verknald, als het sneue voorbeeld van de Nederrock-scene. Regisseur Teus van Sintmaartensdijk zet intussen de juiste, lijzige Bromet-vallen uit. Voor de ruimtelijke ordner Hoet blijkt muziek een brug te ver. Erom lachen kan hij niet. Hij gaat daarom onderuit op punten in de kwallenstrijd. De muzikanten hebben in elk geval iets. Zelfspot. Nuchter aanwezig zijn? 'Dat is wel een utopie.'

woensdag 5 augustus 2020

Frequencies


''It's not just the waves. It's the words.' Een SF die aanvankelijk OXV: the Manual zou gaan heten. Ik bromde 'WTF de hand-leiding'. Zoals alle corona-binnenvetters ben ik begonnen aan Mijn Roman. Het moest er ooit van komen. Maar nu dit! Ik voel me een tropensloof. Frequencies behandelt precies mijn thema's, en nog gelijkaardig ook. Ik overwoog geniepig 'm af te zetten. Dat zou gemeen zonde zijn. Het is immers een toffe film, een combi van filosofische mogelijkheden en absurdistische onmogelijkheden. Met de juiste hoeveelheid quirky kostschoolsexyness toe. In de harde kern een boy meets-girl-verhaal, bemerken de twee dat ze op de 'verkeerde frequentie' leven om te kunnen daten. Natuur trekt het simpelweg niet. 'How did you last more than a minute?' Verdomd galant voeren de maker drie trio's acteurs op, in hun periode als kind, puber en volwassene. Ja, drie, want de third man is voorspelbaar belangrijk. Al die tijd leeft de film van een Japanse verwondering met een fijnzinnige rol voor muziek. 'Gelukkig' is het laatste kwart dan toch wat minder. Niets is zo moeilijk als een einde aan de fantasie breien. Even lijkt men zelfs op weg naar een covfefe-grapje. Ik stelde mezelf intussen gerust. Mijn boek zal een mooie adaptatie krijgen! Op naar de warmbloedige (en talige) SF van herhumanisatie. 'This is how the words work.'

Compartiment Tueurs

'Comment votre valise?' Murder on the Auvigne-Aix express. Deze lang-vergeten en vergeelde superstar-combine van Costa-Gravas is gelukkig gerestaureerd. Houd u zich goed vast, Montand, Signoret, Perrin, Trintignant, ze zijn er allemaal bij. Voor mij is Charles Denner toch altijd het met meest herkenbaarder, daar kunnen geen Piccolootjes tegenop (en ja, die is er ook). Geld in overvloed, derhalve, ook 'in de trein', nou ja, metaforisch... Het is puzzelen geblazen, met een strak Zwarte Beertjes-scenario. Commissaire (pardon, inspecteur) Montand bijt 'r zijn tanden op stok. Tijdens zijn onderzoek razen de dialogen op treintempo langs. Het blijft Fransenland, waar alles kan. 'Denk je nou echt dat ik een crime passionelle ga plegen in de tweede klasse.' Een andere verdachte is bevangen door het vrouwenparanoia van de incel. Costa-Gravas heeft genoeg noir-traditie geïncorporeerd om een bokswedstrijd in te lassen. Zo wisselen de claustrofobisch mooie zwart-wit beelden, de dooien af. Iets teveel van de laatsten, allicht. Maar gaandeweg ging ik erin geloven. Alles gebeurt met stijl, de edits, de hoeden, en The Kills-achtige dreig en drein-bassen. Het wordt zelfs nog even spannend, al heeft Costa-Gravas op het moment suprême doodleuk tijd voor een grapje over barflies. Een man met zelfvertrouwen, en niet zonder reden. 'J'ai parlais a ma peine.'

dinsdag 4 augustus 2020

Il Demonio


'Bij God sta je altijd in het krijt.' Horrors lolligste en tegelijk meest logische trope is haar obsessie met authenticiteit. Mimetisch griezelt men beter. Ook Il Demonio begint met een uitgebreide verklaring van de etnologisch-wetenschappelijke waarheid van wat we gaan zien. Een vrouw speelt voor thuiskapper, knutselend aan een spreuk die haar Liefde voor zich moet winnen. Wij spotten het orgastische wit in d'r ogen al. Het melodrama doet die eerste fase aan het leven van Adele H denken. De verstoten vrouw, losbandig en krachtig, steekt zelfs in stormachtig zwart bleek af tegen het armoedige Italiaanse laarslandschap. De locatie begint gaandeweg belangrijker te worden. Door de rustige verite-stijl is er alle tijd om de volkse trouwrituelen te volgen. Druiven die slechte gedachten opzuigen, worden over een bed uitgestrooid. Elke kracht gepaard met tegenkracht. Op zulke momenten lijkt de film wel Montaillou. De vrouw flipt ondertussen rustig verder. Alleen de glimlach van een kind kan voor even tegen haar op. In de diepreligieuze omgeving gebeurt dan het onvermijdelijke. Ze moet een exorcisme ondergaan, een reeks handelingen die veel van een aanranding weghebben. (Maar ook dat is logisch...) Wat ze dan doet, kennen we uit The Exorcist. Doodeng! Is ze gek of gek gemaakt? Foucault wist het. 'We zullen onze zonden uitschreeuwen.'

Shoot 'Em Up


'Well, well this is a fine mess.' Meer bewust slechte tips dankzij deze oneindige actiescène. Voor films geldt helaas veel minder dan voor boeken dat ik gefascineerd ben door het slechte. Shoot 'Em Up is dat ook niet werkelijk, trouwens. Daarvoor heeft men met teveel liefde een babyshit scenario in elkaar geknutseld. Het moet een subgenre zijn, een actieheld met een baby, maar vraag me af of ze ooit zo ver durfden gaan. Clive Owen draagt eerst nog de babe die de baby draagt, later sjouwt hij toch voornamelijk zelf met 'it' rond, weliswaar met wat hulp van de Lieve Hoer Monica (Belucci). De eerste helft van de film wordt de twaalfjarigejongetjeshumor dapper (en) consequent volgehouden, als een Fatboy Slim-video, of een van de Beastie Boys. Alles ontploft! Knapen van twaalf kunnen zich de moedermelk nog haast fysiek herinneren, al bereikt hun borstenliefde juist dan net stage two. Shoot 'Em Up bedient hen 'tit for tat' tegelijk in beide departementen, op heerlijk perverse wijze – een motief dat Julian Barnes zou waarderen. De tweede helft nemen de vrouwonvriendelijkheden logischerwijs snel toe. Wel worden de kapotgeschoten plotgaten immer met luim gedicht ('Oh my god that is twisted'), en duikt zombie Biden nog op. De lezing als anti-gun film komt te laat, en slaat als platte handen op die moederbips. 'Aren't guns just fucking great.'

maandag 3 augustus 2020

The Legend of Sirius


'Wat was dat?' Een vrouw, doh! Japanse animatiefilms doen nimmer wattig, ook niet als ze een ontzettend cheesy onderwaterfabeltje opdissen. Of juist dan niet? Zelfs Disney kreeg ten slotte zin van Ariel de Zeemeermin, en zijn compagnie maakte vast verwoed aantekeningen bij de psychedelische tearjerker 'Sirius de Zeemeerman'. Na wat mythologisch vuurwerk doen de Nemo-tafereelkes hier weer wonderen van schattigheid. Verstilling en Verwondering piepen tevoorschijn, en dat op een tempo van ons gemakske! Zeeën van tijd grappen we dan. De jonge koning Sirius ontdekt wat iedere man vroeg of laat moet ontdekken. Het vrouwenvertigo. Het duizelt hem en hij duikt erin. Complicatie: onze Romeo is een waterwezen en Julia een Vestaalse vuurmaagd. Twee werelden die niet bij elkander horen, en slechts feeërieke Morricone-vocals om de ellende te smeren. Waar lieflijke Disney richting Eind Goed Al Goed zou gaan werken, wordt de Japanse animatie almaar lijflijker. Sensueel, soms bijna overrijp zwelgend in nogal fallische kwallen en rozige zwemen van tepels. Voor de idealistische melancholici, zoals ondergetekende, doen ze er 'gelukkig' ook nog wat zelfopoffering en zelfmoord (!) bij. Van empirisch wacky naar kleinprinselijk hemels en terug, een Mirakel in Zeewonderland. Het is me wat. 'I let the Holy Flame die.' 

Les Premiers, les Derniers


'Het is normaal om bang te zijn, iedereen is bang.' Wanneer je de Franse cinema van elke hoop, geld of pretentie stript, waar kom je dan uit? Wallonië. Het desolate tussenland vol dolende zielen werkt weer eens filmisch perfect. Eigenlijk zijn er helemaal geen concrete hints dat Les Premiers Les Derniers in een distopische toekomst speelt, maar de vibe is dermate depri-Mad Max dat ik het een tijdje wilde geloven. Twee Belgische cowboys arriveren in situ, continu het signaal van een telefoon checkend. Wat komt gij dwalen in Walenland? Hun queeste richting Onbekende speelt zich aanvankelijk af in zwijgend bijbels minimalisme. 'Jezus is weg.' De echte kenner had het bij de titel al geweten... Een van de mannen lijdt aan zichzelf, zijn ziekten en neurosen. Het is regisseur Bouli Lanners himself, een talentvol filmmaker die onderschat wordt. Ook nu brengt hij weer met veel klasse in grove-stoere streken een hele wereld tot leven. Vol Amerikaanse muziek wordt het meer en meer een concrete western in plaats van imaginaire SF. 'Ik heb iets nodig, maar het is nogal bijzonder.' De personages echoën, lijken afsplitsingen van dezelfde Pijn. Er verschijnt een begrafenisondernemer, en ik denk, als dit Max von Sydow is, waarom heeft de film dan zo weinig aandacht gekregen. Het is hem. Het leven blijft een raadsel. 'Vivre, ce n'est pas juste respirer.' 

zondag 2 augustus 2020

Coureur

'Met al dat spul dat we jou geven, hoef je eigenlijk niet meer te eten.' De Nederlandse Vuelta-lus zal dit jaar niet doorgaan. Dus zit ik als festivalprogrammeur van Filmhuis Breda met een stapel wielrenfilms van weleer (Breaking Away!). Dan zelf maar naar Coureur gekeken, uit het koersland bij uitstek. In het Vlaamse bos heersen de melodramatisch hoge verwachtingen van vaders, overgeacteerd geprojecteerd op hun zonen. Ook in de doorgefokte jeugd- en kermiskoersen wordt om het echie gestreden. Geld in enveloppen gaat rond als een gemakkelijk te nemen rotonde. Ik denk dat Colonel Parker graag wielrenners had begeleid. Pas wanneer het jonge hoofdpersonage – onze Coureur in spe – zichzelf een blonde VDB-coupe aanmeet en naar wielrenland nummer twee vertrekt, begint de film te pedaleren. Nergens raakt Coureur het dilemma van de fan beter dan in het Italiaanse trainingskamp. Moet je deze binnenwereld wel willen leren kennen? De drank, de drugs, en vooral, de sportpsychopaten die elkaar uitdagen en opjagen. 'You are a true Belgian.' Het is het leven waarin Lieuwe Westra zijn gabber(s) pompt, en de lokale Massi (hier de gekke Rus Vitaly) zijn dope met de wereld dealt. Vaak indringend, maar helaas nogal richtingloos verteld. Coureur is het type film dat nooit echt begint. Dan maar het bekende bruggetje gelegd, van de doping naar drugs, dus de depri-disco. Niet alleen de coupe van VDB derhalve. 'Wreed schoon gezegd, ventje.'

Taboo

'A samurai can be undone by the love of men.' Mooi hoe de retro intiteling me fopte. Ik dacht, shiba, wat een kekke glitch-piano en dat voor een prent uit de jaren vijftig. Het contrast van 'oude beelden' en nieuwe muziek is uiteraard een bewussie. De Hecker-rumbles (ont)regelen het ongemak dat in het shogunaat heerst. De codes van eer worden nog hooggehouden, maar de strijders zijn verworden tot milities van hogere machten. In Taboo (uit 1999) trainen androgyne jongensvechters zich lam onder leiding van Takeshi Kitano, maar de haperende fascistenschool gaat ten onder aan interne trubbels. Heel murnau-esk slaat het titel-taboe op de oudgriekse knapenliefde. 'I don't want to die without making love to you.' De film houdt gewaagd het midden tussen een Mr. Lawrence-achtige sensualiteit en de suggestie dat decadentie en homoseksualiteit tot het onvermijdelijke einde van de samoerai leidden. (Dat zou bij Takeshi's eigen rechts-conservatieve leanings passen.) De diogenesische Inoue is mijn favoriet, als nietsnut snuit hij zelfs zijn neus als een voetballer... Ook Kitano's regular ome Joe is er weer bij, voor een enkele draaidag. Waar een western richting acceptatie (en afdaling naar het werkdal) sjokt, transcendeert de eastern uiteraard op de magische bloemenberg. Een dissonante rust. 'We kunnen alleen toekijken, begrijp je?'

zaterdag 1 augustus 2020

Another Earth

'I don't think we're ready to know what's out there.' Spacen tussen haakjes, dat mag ik altijd. Another Earth vermomt een psychologisch drama als SF-film, door op een goede avond een Tweede Aarde te laten verschijnen. Een planeet die méér dan oppervlakkig identiek blijkt aan de onze. Het zou een uitgelegen kans bieden tot synecdochische fantastiek, Kaufmaneske spiegelingen. Maar dat valt mee (of stiekem tegen?). Het hart van de film blijkt – na een bruut en compromisloos pompend intro – een doodgewoon mumblecoremeisje, in het bezit van de MIT-astronautendroom, doch zonder geluk. Haar Asimov kan in de kast blijven. Brit Marling (knap in vele opzichten, want ook co-auteur) zoekt na de dubbele cesuur het Le Fils-plot op. Letterlijk. Dader ontmoet slachtoffer met kennisachterstand. Het is altijd weer aandoenlijk, langs elkaar moeten leven, vervuld van stille schuld en boete. 'Perhaps I am the most likely.' Ik begon echter te vrezen voor de opzichtige afwikkeling, die je wist dat gaat komen. Altijd weer ondoenlijk. Niet-onthullen zou zoveel intrigerender zijn geweest. Je daad overstijgen had hier een unieke vorm aan kunnen nemen. Transcendering richting een tweede kans? Helaas, het einde voelt flauw-flets (flat?). Wat blijft is de stekelige blauwe ambient-muziek en een uitstekend volgehouden vibe. 'Learn to adjust yourself