woensdag 19 augustus 2015

The Shop on Main Street

Ah wee, die (h)eerlijke Assistant-thematiek. De goj en de jid, veroordeeld tot elkaar. In de winkel van Malamud was dat relatief 'gevaarloos', maar in The Shop on Main Street gaat het om het echie. De nazi's hebben in Slowakije de boel stevig opgejut en de 'vrijheidszin' aangewakkerd. Terwijl de dorpsbewoners een totempaal met Slowaaks beltoon-logo neerplempen, krijgt een simpele ziel een Joods winkeltje toegewezen. Hij wordt de 'Aryan manager'. Zijn vrouw ziet zakken vol goud voor zich, maar de anti-held is een intuïtieve anti-fascist. Hij moet meteen kotsen als hij in een dronken bui Hitler imiteert. Natuurlijk belandt de deksel op de Slowaakse neuzen, in het uiterst eenvoudige knopen en garen-winkeltje van Lautmannova. Het oude dametje is stokdoof ('IK BEN JE ARIËR') en geld is er volstrekt niet. Mevrouw wordt in leven gehouden door de Vereniging der Joden, die de nieuwe manager ook gewoon een loon uitbetaald. Dat is nog eens humaan. De Sinatra-achtige kerel leert het snel waarderen. Helemaal als ie in een pak is gestoken. De film keert heel galant terug naar de Rothige essentie. Niet zonder reden heet de hond van de man 'Essenc'. Wees er voor elkaar, met soep van 'prima klasse'. Alleen de geschiedenis, die houdt je niet tegen, zeker niet als je slechts dronken vanáchter een raam durft te protesteren. Echt pijnlijk, pijnlijk echt.

Geen opmerkingen: