maandag 18 juli 2016

Our Little Sister

Ouders. Uiteindelijk gaat het daar toch altijd weer om. Afwezige vaders. Dwarrelende moeders. Gezien door de ogen van het kind. Zelf wellicht ooit ook ouder. Maar onvermijdelijk ergens ook voor altijd kind. Familiethematiek mag je de specialiteit van Koreeda noemen – om niet te zeggen zijn enige thema – en het verveelt nog steeds niet. Het zal de diepgewortelde herkenbaarheid zijn. Toegegeven, Like Father, Like Son bevatte wel net dat scherpe arm/rijk-randje extra. Wierookbedwelming vormt hier soms een valkuil. Maar tijdens het eerste kwartier van Our Little Sister zat ik gewoon bijna te janken. O Japan! Treinen, bossen, en lieve meisjes. Maar ook rituelen. Een zekere hardheid die eigenlijk heel aangenaam is. Zou ik stiekem conservatief zijn? Koreeda zwiert weer richting het hinterland. De muziek tingelt á la Hisaishi (of Debussy) en daar in het groene, groene knollenland vindt een drietal meiden een nieuwe, kleine zus. 'A cheery girl'. Zij mag mee naar de 'dorm', nu hun aller vader is gestorven. Elk van de oudere zussen is een fijn typetje. De boylover met de booze, de dwaas met de eigenzinnige kookkunsten. Zelf ga ik natuurlijk voor het moederlijke meisje. Tough love. Strenge wenkbrauwen en paardenstaart. Zij durft als enige haar stem te verheffen tegen de ware moeder. Diepe buiging, een kleine zucht en een 'cheers' met umeshu.

Geen opmerkingen: