woensdag 21 augustus 2013

Alexander Nevsky

Eindelijk Eisenstein! Dancing on ice. Glad ijs, wel te verstaan. Deze door Stalin geprezen propaganda-film redde het hoofd van de regisseur, en bevat een kletterend zwaardgevecht van dik een half uur. Op een bevroren meer. Daar vecht De Rus (het spirituele boerenvolk is één) tegen de Teutoonse ridders, die er als koektrommeltjes bij lopen. Het zal óók wel met het genie van Eisenstein te maken hebben dat al het gemat niet saai wordt, maar de allergrootste held van de film is toch echt Prokofjev. De Amerikaanse WWII-films zijn heel wat gevoeliger en gelaagder, maar een componist van die klasse hadden ze niet! Prokofjev leeft zich uit in manisch getoeter (ik zal het woord jazz niet laten vallen) en bijzonder veel koorgezang. (Zingen kunnen ze, die Russen. 'Rise o mighty Rus!') Als de slachtpartij voorbij is dwalen de personages tussen de ijsschotsen en de lijken door, terwijl Prokofjev zijn meest weemoedige thema laat spelen. In het uurtje dat aan de strijd voorafgaat vallen vooral de Duitsers op. In 'hun' eerste scene mikken ze wat naakte kindertjes in het vuur, en is de hele setup onvermijdelijke metal. Omineuze zwarte kruizen en adelaars steken af tegen witte Ku Kux Klan-achtige gewaden. Alexander Nevsky en zijn kompanen zijn als goeien echter evengoed blond, zodat het Wicky de Vicking-gevoel toch niet helemaal kan worden afgeschud. En dat plaatje dan? Het Dzjengis Khan-mannetje poogt vergeefs Nevsky bij zijn Oosterse leger in te lijven...

Geen opmerkingen: