donderdag 12 augustus 2010

Harlan County U.S.A.

Matewan, maar dan in het echt. Schitterende antropologische documentaire, die magnifiek gebruik maakt van volksliedjes, die kennelijk diep in de mijnwerkerscultuur zitten ingebakken. Iedereen houdt van zingen. Stukje interview, stukje zingen en dan weer terug naar de werkelijkheid. Een klein, totaal vervallen mijndorpje is in staking, om lid te worden van een of andere vakbond. Dat zint de grote mine company niet. De situatie duurt maanden en maanden, terwijl er continu spanning in de lucht hangt. Ingehuurde stakinsbrekers ("Scabs") die door geweldloze demonstranten de weg wordt versperd. ("The Picket Line") en dan maar stoer met pistolen gaan zwaaien. Om Scab te worden moet je wel van provocatie en mensen opfokken houden. Ondertussen proberen de stakers de moed erin te houden. Een eindeloze parade van schitterende, haveloze, tandeloze, ijzersterke vrouwen. Om te janken. De film vindt ook nog tijd voor wat achtergronden, zo blijken de vakbonden zelf ook maffioos corrupt. Uiteindelijk eindigt het met het onvermijdelijke geweld en een martelaar. Gruwelijke beelden die je niet snel vergeet. De regisseuse was een echte wetenschapper want eindigt helaas met een wat overbodig kwartiertje dat de zaken nog wat breder trekt. Het begint er dan warempel op te lijken dat de gemiddelde mijnwerker één maand werkt en er elf staakt. Maar terecht, want de uitbuiting is enorm en de omstandigheden hopeloos.

Geen opmerkingen: