maandag 16 augustus 2021

Præsidenten

'Our trysts were clandestine and frequent.' Je ziet de Jeanne d'Arc-film al aankomen in dit ambitieuze debuut van Dreyer. De burgermeisjes lijden uiterst esthetisch onder de gore streken van rijke, witte mannen. Schitteren door afwezigheid: vrouwen uit de gegoede klasse. Die moesten verstopt zitten breien zeker. De film stamt uit 1919, maar is gebaseerd op een – vast vuistdikke - negentiende-eeuwse roman. In de traditie van de Grote Vertellers moet Dreyer daardoor verhaal in verhaal (in verhaal!) vertellen, die allemaal wel op hetzelfde neerkomen (zie boven). De chaotische structuur blijft behelpen, de micro-details mogen er wezen. Een fascinerend meta-moment zit in het begin, vervolmaakt aan het slot (pun!). Terwijl vader en zoon als hologige wajang-poppen door de gouden gangen van hun kasteel bewegen vermoed ik dat iemand van het dak gaat springen. Bracht The Game (met Michael Douglas als rijkeluiskind) een bewuste ode? Ik hoop het. Helemaal verleden tijd zijn de beelden, getint in basiskleuren. Een processie wordt een rode vlam, langzaam kruipend, waar het bloed niet heen kan. Ook de pianomuziek is ragfijn. Je hoort de de toetsaanslag, pedalen en foutjes. Zowel op het scherm als door de geluidsboxen maken we bijzondere wanddecoratie mee. Geen meesterwerk, wel een eerste meesterproef. 'But no reply did she receive.'

Geen opmerkingen: