zondag 21 juli 2013

Seconds

Openingstitels van Saul Bass voorspellen altijd een interessante film, en als de boel ook nog in zwart-wit is kun je verzekerd zijn van Hollywood op zijn 'art-iest'. In dit geval regisseert John Frankenheimer een Kafkaëske film, die weliswaar nooit spannend wordt, maar zeker amuseert. Een oude man met het uiterlijk van een Sovjet-partijlid krijgt nare telefoontjes. Via wasserette en slager belandt hij in een mysterieus gebouw. Tot dan is het film noir van de bovenste plank, maar eenmaal in de klauwen van het bedrijf zijn er plots niet genoeg kinky dialogen om de film scherp te houden. De company doet in 'tweede levens', en bouwt ons hoofdpersonage om tot... Rock Hudson! Halverwege het ombouwstadion werkt dat perfect, Hudson heeft toch altijd al iets van een kolos in eeuwige midlife-crisis, maar aan het eind van het proces is hij ongepast kwiek, en vooral géén oude ziel. De conservatieve bankier wordt een Antonioni-jetset schilder, met een blondine op het strand als voorafje. Het hippie-feest waar zij hem mee naartoe troont is opmerkelijk los. Leuk is het dus wel, maar na dat feest rest er eigenlijk nog maar één sequentie om iets wezenlijks in de film te frommelen. Too little, too late. Mooie anekdote: Brian Wilson zag de film toen ie Smile aan het opnemen was (ai ai). Hij kwam te laat binnen, en hoorde meteen “Come in Mr. Wilson”.

Geen opmerkingen: