zaterdag 1 augustus 2020

Die 1000 Augen des Dr. Mabuse

'Ich hatte ein Gesicht.' De eeuwige carrière van Fritz Lang besloot waar ie ooit begon. Duitsland. De grote schurk Mabuse werd uit de mottenballen gehaald, voor een nieuw rondje 'Psychologie des Verbrechens'. Uiteraard lekker smeuïg gecombineerd met het bovennatuurlijke. Spannend? Nimmer. Vermakelijk, bij momenten. Of het door Langs buitenlandse reizen kwam, Gott mag het zeggen, maar 1000 Augen is het voorbeeld dat Duitsers met humor wel degelijk kunnen materialiseren. De film werkt het beste als krankzinnige parodie op zichzelf, met foute dokters all around. 'Ein kleine Spritze.' Mijn idee om Mabuse als donkerbruine metafoor te zien, gaat dan ook snel in rook op. Heel Interpol zit satanisch te paffen. Hun plaatselijke collega lijkt meer slager dan Kommisar. Voor Langs doen bevat de film bijzonder veel beschouwing (en weinig schouw). Gelukkig is daar Peter van Eyck, in de rol van Amerikaans diplomaat. Hij trekt de vrouwtjes richting het mysterieuze Luxor. Zijn personage personifieert het Billy Wilder-achtige laissez-faire gehalte van de film. Dr. Mabuse's machthonger gaat intussen van lik mijn vestje. Der Kommisar trekt met de moed der wanhoop dan maar naar een seance, waar de blinde ziener zelf een lichtje uitdoet, om de gewenste film noir te creëren. Alsof het allemaal niet verwarrend genoeg is. 'Das waren keinen Dilettanten.'

Geen opmerkingen: