dinsdag 10 juli 2012

The Music Never Stopped

Hoe heette die beroemde neuroloog ook alweer. De aftiteling schoot mijn lange termijn-geheugen te hulp: Oliver Sacks. Dat boek moet ik nog altijd eens lezen, over de combi muziek en hersenen. The Music Never Stopped pakt er één hoofdstukje uit (gok ik zo) over een jongen die door een hersentumor een plant dreigt te worden; maar bij wie men kortstondige reactivatie van zijn vroegere zelf kan bewerkstelligen, door middel van muziek. Dat lijkt een handzaam uitgangspunt voor een mooie flashback-structuur, maar deze (overigens heel lieve) film is net zo chaotisch als het hoofd van de verloren zoon. Ook de vader (gespeeld door Albert Heijn-reclame man JK Simmons) heeft een lastig verleden en een depri-heden, dus een generatieconflict borrelt, maar dat is zo lastig uit te vechten als je de zoon enkel terugkrijgt tijdens liedjes van The Grateful Dead. (Nu duren die wel vrij lang...) The Music Never Stopped hint constant naar grote emoties en voorspelbare plotwendingen, om dan alsnog subtiel te blijven. De film krijgt zo iets halfslachtigs. Voorbeeldje: uit de flashbacks leren we dat de vader een egomaan en conversatief figuur is; maar écht slecht is ie niet. De zoon is puberend, en vertrekt onder invloed van de hippie-scene, maar zwerft vervolgens liefst twintig jaar op straat, waar we ook nooit meer iets over te weten komen. (Omdat de jongen het niet meer weet natuurlijk, maar toch, het lijkt zo overdreven lang....) Pas aan het einde (grote spoiler!) weet de film me echt te raken; en ook goed inzichtelijk te maken hoe leeg je leven is zonder geheugen. De jongen ijsbeert door zijn kamer. Hij mist iets. Zoekt in lades. 'Het is je pa', zegt zijn therapeut, en haalt het briefje weg 'Dad comes every day at 10AM'.

Geen opmerkingen: