dinsdag 17 juli 2012

Goin' South

Een cultwestern uit de seventies, met Jack Nicholson himself in de regiestoel. Erg druggy is de film zowaar niet, wel merkwaardig. Dat begint al met de muziek van Van Dyke Parks, logischerwijs wat gedistingeerder dan gebruikelijk in dit genre. De film zelf is dan weer een stuk platter dan de gemiddelde western; dit is een soort Little Big Man. Indianen komen alleen ter sprake als manier om het echtelijke huwelijks leven wat te kruiden. (Ook een staaltje sm ontbreekt niet.) Ja, Nicholsons belangrijkste preoccupaties vormen toch de dames, liefst maagdelijk. Daarvoor ontdekte hij zelf (althans volgens de pr) Mary Steenburgen op de burelen van Paramount. En castte haar meteen in een hoofdrol. Net als later in Melvin and Howard is ze tuttig én weet ze wat ze wil. Níet bespioneert worden terwijl ze zich baadt in een riviertje bijvoorbeeld! Vooral het eerste uur zijn dit soort akkefietjes behoorlijk geinig. Nicholson speelt de schurk die van het schavot wordt gered door jonge spinster Steenburgen. Zij wil 'm eigenlijk slechts gebruiken als slaafje in de goudmijn. Nicholson denkt bij 'tunnelling' aan hele ander dingen. 'Any time you like to talk about it!'. En uiteindelijk gebeurt dat, op best charmante Gas Food Lodging-wijze. Dan zijn er echter nog 45 minuten te gaan, en weet het hele blik aan scenarioschrijvers (altijd een slecht teken) niet veel boeiends aan plotwendingen meer verzinnen. De film wordt er nog bijna saai van. Het was véél leuker geweest dat een film die Goin' South heet was geindigd met een reis naar Philadelphia. Had best gekund.

Geen opmerkingen: