maandag 16 juli 2012

Woman on Fire Looks for Water

Het moge bekend zijn dat het Hubert Bals Fonds het potje Pokon van de wereldcinema is. In dit geval hebben ze de Maleisische cinema wat sterkwater gegeven, en zie daar, een eerste kiempje. En ik zet – als ik me niet vergis – een nieuw vlaggetje. Maleisië lijkt voorlopig een Thailand 'light'. Net als bij de Thaise regisseur met de lastige naam is er een heel alledaags geloof in geesten en natuurmedicijnen, alleen de broeierigheid ontbreekt. Daar is nog wat meer lef voor nodig. Deze film moet het vooral van de beelden hebben, die zijn idyllisch tot en met. Een oude baas uit een vissersdorp voelt zijn einde naderen, en zoekt vol spijt zijn jeugdliefde op. Zijn zoon lijkt in dezelfde fout te vervallen. (Die parallel, én de vader-zoon relatie had nog veel meer mogen worden benadrukt.) Zoon begint de film als kikker-verkoper. Je koopt ze levend, waarna de kop er per botte tang af gaat. Maar nadat de zoon een oude dame uit het drijfzand redt, krijgt hij een nieuw baantje als kokkelvisser. Daar komen de mooiste scenes, als hij door de (veel rijkere) kokkel-familie in een positie wordt gemanoeuvreerd om met hun lastig huwbare dochter te trouwen. Haar pijn als zelfs deze armesloeber haar afwijst is het beste moment van de film.

Geen opmerkingen: