donderdag 23 augustus 2012

The Killing Fields

Ik vond dit maar een ongemakkelijke film. Wat dat betreft kan ik zo een Amerikaans paspoort aanvragen, die ook altijd geobsedeerd raken door discriminatie. The Killing Fields lijkt sterk op The Year Of Living Dangerously. En niet alleen door de soundtrack-battle Jarre vs Oldfield. (Oldfield gaat keihard onderuit, en lijkt zelfs halverwege ontslagen.) Maar serieuzer. Twee films over de vriendschap tussen een buitenlandse en een 'native' journalist in een Aziatisch conflictgebied. Maar waar in de Indonesische versie beide partijen gelijkwaardig zijn, voelt The Killing Fields op dat vlak zó verkeerd. Goedbedoeld melodrama geeft ongewenste jeuk-effecten. De New Yorker reporter sleept zijn Cambodjaanse tolk van hot naar her, en maakt de man compleet van hem afhankelijk. De Cambodjaan laat het zich, als het clichébeeld van de goeiige 'zachte' Aziaat, allemaal gebeuren, sterker nog, wekt haast de indruk verliefd te zijn op zijn Westerse Meester. (Dát was nog wel spannend geweest). Het cruciale punt zit op de helft. Nadat de film, na een door overacteren moeizaam begin, alsnog best goed is geworden, en de westerlingen in de Franse ambassade - op wat spannend photoshoppen na - lijdzaam toezien hoe de Rode Khmer buiten de macht grijpt, worden de twee partijen gescheiden. De New Yorker gaat naar huis, de Cambodjaan belandt in een kamp. De camera blijft vooral bij hém, maar na zijn eerdere rol als doorgeefluik, mag hij opnieuw nauwelijks in dialoog, of tot gedachten komen, ánders dan het verlangen naar zijn meester. Er ontrolt zich een 'stomme film' waarin de man als nobele wilde over rotsjes klimmend richting redding gaat. Daar staat zijn trouwe kameraad al te wachten, met Imagine (!) blastin' vanuit de autoradio. I mean... Damn.

Geen opmerkingen: