woensdag 26 augustus 2009
The Long Hot Summer
Kan mooi op een double bill met Cat on a Hot Tin Roof. Bitchy southern films, gepend door literaire kanonnen. In dit geval Faulkner die zich baseerde op een paar van z'n eigen korte verhalen. Als 't nou een filmfestivalletje was zouden ook Picnic en Hud mee mogen draaien. Picnic vind ik 't beste van die hele bunch, juist omdat 't de minst cynische is, met wat joie de vivre. Hier speelt Paul Newman weer 'ns een gewiekste vrijgevochten macho die als hij iets wil er ook voor zorgt dat ie 't krijgt. (In dit geval met name een streng bekapseld jong leraresje, zijn latere vrouw Joanne Woodward) Hij heeft een verleden van pyromanische woede-uitbarstingen (een familietrekje) maar dat aspect wordt na 't intro al snel vergeten. Orson Welles is gepast irritant als de corpulente familiebaas die de zaken regelt. ("Sister woman go get us coffee", dat werk) Hij komt terug uit 't ziekenhuis, pakt zijn oude stiel op van 't kleineren van zijn zwakke zoon (Anthony Franciosa) en wacht met smart tot zijn twee dochters eindelijk getrouwd zijn. Desnoods met een rebel/crimineel als Newman. Faulkner schreef een paar uitstekende dialogen (grappig genoeg waren de beste ook hier weer bij een picknick) maar hij forceert zich wel naar een soort van goed einde. Wellicht een vereiste van de studio.
Labels:
films uit de jaren '50,
Martin Ritt
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten