maandag 17 juli 2017

Cavalo Dinheiro

'Ik hoor je zingen, maar ik voel dat je niet gelukkig bent.' Uiterst raadselachtig schrijdt de avant-garde door de duisternis. Een paar foto's uit verre tijden, een portret met de magie van Faulkner. Donkere mannen tasten langs de wanden van lange gangen. Alsof wat mijnwerkers uit de negentiende eeuw verdwalen in een modernistisch regeringsgebouw. In deze dappere en complete onduidelijkheid speelt Cavalo Dinheiro zich af. Niet voor even, maar voor altijd. Na een uur moest ik gniffelend constateren dat ik er in plaats van méér steeds minder van begreep. Zo'n reactie zal Pedro Costa ongetwijfeld doen handenwrijven. De Beckett van de Portugese cinema doet zijn geuzennaam weer eer aan. Na een tijdje beginnen de personages zelfs te fluisteren. Verstaanbaarheid kon ook nog wel overboord. Zij staren na elkaar, de kijker naar het scherm, hopend dat de doodsoorzaak (of eender welke causaliteit) zich openbaart. Door alle suggesties van geweld gok ik dat er ergens een politieke metafoor schemert. Iets met Kaapverdië en de daad van het doden. Een allang verloren strijd bezongen in vervlogen liedjes. En net als bij Miguel Gomes (een leerling van Costa, gok ik) zorgt juist de muziek voor de emotie en voor plezier. Er niets van begrijpen en dan plots schateren. Tot de lethargie het overneemt. '93 stabs, 48 clips.'

Geen opmerkingen: