donderdag 29 juli 2010

Rumble Fish

Deed me aan Dear Wendy denken, allebei theatrale poëtische jeugd-gang movies. Alsof de schoffies Shakespeare hebben gelezen zeg maar. Rumble Fish is niet echt geslaagd, maar je kunt niet ontkennen dat Coppola niet keihard zijn best doet om wat nieuws te brengen. Sfeervolle zwart-wit beelden, op zijn Shadows and Fog van Woody Allen, merkwaardige muziek van Stuart Copeland, van The Police. Dat treft, want de held van de film is Mickey Rourke en die heeft op een of andere manier wel wat van een britpopper. Hij speelt een voormalig gangleader die naar zijn territorium terugkeert. Zijn broer (Matt Dillon) kijkt geweldig tegen 'm op, maar Rourke heeft het wel een beetje gehad. (Met alles eigenlijk) De twee dwalen alleen en tezamen rond, terwijl Rourke met hoge kalme stem filosofietjes ontvouwt, die de simpele Dillon wat boven de pet gaan. Hij wil ze ook eigenlijk gewoon niet begrijpen, hij wil gewoon de gangster zijn (en zien) zoals vroeger! In de marge karakters als Dennis Hopper (dronken pa) en Nicholas Cage (opportunist). Mooi detail is Rourke's kleurenblindheid, vandaar dat de film zwart-wit is zou je zeggen, maar de rode en blauwe vissen in de aquaria zit hij wél. Die moeten als laatste daad bevrijdt worden. Jammer dat zwaailichten van de politieauto's dan weer wel gewoon in zwart-wit zijn. Zou Michael Jackson zich voor Bad trouwens hebben laten inspireren door het fraai gechoreografeerde matpartijtje uit de garage hier?

Geen opmerkingen: