woensdag 21 juli 2010
Walkabout
Walkabout zou een prima double bill vormen met Picnic at Hanging Rock. In beide films wordt Australië geschetst als een mysterieus land, met een zinderende grimmig-erotische oerkracht. Nicholas Roeg's Walkabout is een fata morgana van bedachtzame beeldrijm en John Barry's fluwelen muziek, die de kijker tezamen betoveren. De opening alleen is al van een fantastisch poëtisch ritme, met door didgeridoo begeleide beelden van een grote stad en een meisjesklas die voor het zingen ademoefeningen doet. Later zien we een man met twee kinderen (een meisje van een jaar of zestien en een jongetje van zes) rondrijden. Ze stoppen voor een picknick. De jongen rent vrolijk rond, spelend met een waterpistooltje. De vader kijkt naar het korte kostschoolrokje van zijn knappe dochter. Plots haalt hij een pistool tevoorschijn en begint op het jongetje te schieten. Zo begint de 'Walkabout' (zeg spirituele reis) van het jonge duo, want pa heeft ze kennelijk naar the middle of nowhere gereden, al ben je daar in Australië waarschijnlijk snel. Hoewel het een dramatische situatie is, contrasteert de zoete muziek van John Barry daar op bizarre wijze mee. En het werkt. Net zoals dat Roeg (ook de cameraman) consequent bij elk diertje blijft hangen om dat 'ns uitgebreid te filmen. Van Werner Herzogiaanse leguanen en parkieten tot maden krioelend in rottende kangoeroe-lijken. Het meanderende verhaaltje is niet belangrijk en af en toe lijkt Roeg ook de dialogen als moetjes te beschouwen, die hij dan maar weer snel wegdraait. Voor het lijden der woestijndwalen Gerry-achtig ondragelijk wordt ontmoet het duo David Gulpilil, de ultieme film-aboriginal. Mogelijk is hij ook aan een walkabout bezig, misschien is hij verstoten door zijn stam. In elk geval een loner. Hij en het jongetje staan snel op goede voet, maar tussen hem en het meisje heerst een ongemakkelijke aantrekkingskracht en wederzijdse fascinatie. In een merkwaardige optelling van sensuele scènes wordt er in bomen geklommen, raakt het meisje ongesteld en switcht de film uit het niets naar een volledig andere setting waarin wat mannen zitten te kaarten terwijl ze ondertussen naar een vrouw spieken, die haar benen over elkaar slaat. Terug bij het hoofdtrio drijft het meisje naakt in een meertje, met John Barry's definitieve Air-strijkje. Zoveel schoonheid, het emotioneerde me gewoon.
Labels:
films uit de jaren '70,
Nicolas Roeg,
niet te missen
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten