maandag 31 augustus 2015
Long Day's Journey Into Night
Who's afraid of eindeloos doorwauwelende toneelstukken? Ik wel. Zeker
als alle vier de gezinsleden hun Shakespeare kennen...
Niettemin heeft deze film van Lumet (naar Eugene O'Neill) ook voordelen.
Een zomer zonder Humphrey Bogart, dat is pijnlijk, maar Robards doet gelukkig
een bijzonder goede variatie als de losgeslagen zoon van een
elite-gezin. Hysterica Hepburn speelt op haar beurt een specialiteit van
het huis. Ze begint zelfs op de fragiele Montgomery Clift te lijken.
Toepasselijk, want moeder moet soms 'even naar boven'. Drugs blijven
filmischer dan een 'gewone' depressie. De eindeloze familie-opstellingen
over oude koeien worden begeleid door stoten van een misthoorn. Het
signaal schuurt als een 'phone op vibrate' met een berichtje dat je
nooit had willen krijgen. Pas na twee uur wordt er een rustmomentje
gevonden. Hepburn en Robards verdwijnen, zodat pompeuze vader Richardson
en de zieke zoon Stockwell een potje kunnen kaarten. Hun gesprekje is
het hoogtepunt van de film. Even elkaar in de ogen kijken. De finale
geeft natuurlijk wel vol gas. Robards pelt zichzelf nóg maar eens af,
rappend in vino veritas. Jammer dat de film niet kort erop eindigt met
het piano-momentje. Alles is gezegd, maar in zo'n stuk zijn er nooit
woorden genoeg. 'We don't seem to be able to avoid unpleasant topics, do
we?'
Labels:
films uit de jaren '60,
Sidney Lumet
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten