dinsdag 18 juni 2019
Den Skyldige
'Ik ben gevallen met de fiets, en heb mijn knie pijn gedaan.' Het leven van de telefonist in een alarmcentrale gaat van kleine besognes naar grote drama's. Diep weggestopt in een bedompt kantoor zit een agent de telefoontjes af te handelen. Om hem heen eet men broodjes, en hij baalt. Een degradatie vormt een psychologisch achtergrondlijntje, een extra (mentale) gevangenis in een Gouden Ei gevuld met spanning. Den Skyldige riep dankzij word of mouth-reclame (zo toepasselijk!) al hoge verwachtingen op, en ze worden waargemaakt. De setup kon nauwelijks abstracter, of ze moesten er nog een hoorspel van maken – ik denk dat dat ook prima zou werken. We horen een wanhopige beller, en zien een centralist die aan het regelen slaat, zonder dat hij veel kan doen, of info heeft. Jusqu'a la Garde besloot met eenzelfde situatie in de finale. Den Skyldige is niet meer dan finale. Anderhalf uur lang een vrouw in nood en het luisterend oor. Hij zet aan tot actie, hij speelt het rollenspel. Met bluf en teveel risico, want zoveel krijgen we wel mee, deze agent heeft het moderne ongeduld, het korte lontje van de verwarde samenleving. Samen met hem wordt de kijker op scherp gezet, almaar meer zekerheden weggevijld. Het kleinste geluid wordt het grootste drama, zelden lonkten spijlen huiveringwekkender. Eenheid van plaats, tijd en leed. 'Een grote blauwe stilte'.
Labels:
films uit de jaren '10,
Gustav Möller
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten