donderdag 17 augustus 2017
Richard III
'Talkst thou to me of ifs.' Weifelende aflevering nummer zoveel in de Shakespeare queeste. Hier gedragen door een der Groten: Laurence Olivier. Hij regisseerde, produceerde én vertolkte de hoofdrol, dus je mag van een one man show spreken. De andere rollen verdwijnen vrijwel in het niets. Laurence Olivier trekt de camera naar zich toe, hij praat zelfs rechtstreeks tégen de camera. Alsof hij een privé-rondleiding geeft door zijn interpretatie van het stuk. Ook op kostuum en grimegebied leeft hij zich uit. Een manke poot, een Harry Merry-pruik. Soms wordt het dan al te olijk. Handenwrijvend schurkerig. Blackadder is er niets bij. De lillukerd Richard roept al het lelijke aan in zijn zucht naar macht. Slechts zelden krijgt deze 'lump of foul deformity' een weerwoord. Ik had zeker wat meer van koningsdochter Anna willen zien. Haar scene – waarin zij plots omslaat van walging in adoratie - heeft een intense Sinead-achtige hysterie. Haar blanke lip trilt, het blanke kapje beeft. Al de kleur uit haar vrome gezicht verdwenen. Dat valt extra op, want enigszins verrassend baadt dit melodrama in Van Eyckiaanse kleurenpracht. Een herfsttij van decadentie. 'I see the downfall of our house'. Zodra Richard de macht grijpt is het iedereen tegen iedereen. Pierrot-hoedjes tegen Little Lords. Verwarring alom. 'Dive, thoughts, down to my soul.'
Labels:
films uit de jaren '50,
Laurence Olivier
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten