'Er was een oorlog.' De
Oekraïner Dozhenko deed de dingen net even anders. Vreemder en
gevaarlijker dan zijn Sovjet-collega's ging hij de revolutie te lijf.
Belichaamde de strijd in zijn cinema met bloed, zweet en tranen. Hij
toont ons een dorp vlak na de Eerste Wereldoorlog. Op verschroeide aarde
staan verzwolgen moeders dood-stil. Een agent bepoteld een meisje.
Iedereen is murw gebeukt door de ellende. Binnen een paar snelle poetry
cuts maakt Dozhenko van het platteland The Waste Land. Zijn werk is
bijna net zo idiosyncratisch als dat van TS Eliot, wat zowel positief
als negatief opgevat dient te worden. Vaak onnavolgbaar, maar tijdens de
mooiste scenes komen de (toch niet zo) willekeurige elementen van zijn
compositie plots zó schril tezamen, dat het bijna Idi i Smotri lijkt.
Meer in de geijkte Rodedeleger-pas staan hier baarden op tegen de
verwijfde koelakken. Hun machine raakt op volle treinsnelheid, richting
futuristische toekomst. De tegenstelling met de lege slow motion van het
begin, hakt er aardig in. Intense op het overdrevene af. Zelfs de
paarden spreken. 'Wij snellen op 24 benen vooruit!' Dozhenko beent op
zijn best wanneer alle mensen, al te menselijk (stil) vallen. De laatste
stuiptrekking van een accordeon. De holle blik van de gedoemden. Een
man met robocop-mimiek vuurt. 'Laat, laat, laat het zijn'.
donderdag 16 augustus 2018
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten