zaterdag 25 augustus 2012
Big Wednesday
Iedere
subcultuur krijgt zijn eigen (post-)Vietnam-film, alsof de States alleen maar
zulke oorlogen voeren om 'lastige elementen' een rite de passage te laten
ondergaan, waarna ze terug in het gareel kunnen. En misschien is dat niet
eens zó verkeerd, in zoverre dat Big Wednesday mooi laat zien hoe surfen
ook een wat tragische vorm van het gedoemde 'forever young'-concept kan
zijn. Drie vrienden (waaronder een dorky Dirk Kuyt look-a-like) beleven hun jeugd de stranden van Californië, en vermaken zich met meisjes, matten
en Mexico-tripjes. De sfeer is er een van het volledige oeuvre van de
Travoltas. De doo run run run, tralala. Maar in het personage van
de oude mentor Bear tekent zich The Last Picture Show-thematiek al af.
'You can't surf forever' zegt hij, en daarom hangt hij nog slechts rond
in zijn board-shop, biertjes drinkend. Vietnam geeft de surfboys een
laatste zetje, in een mooie Alice's Restaurant-achtige sequentie
proberen ze er al mankepotend en flippend onderuit te komen, wat het
belangrijkste personage ook lukt. Het laatste kwart is voor deze Jan-Michael Vincent, die altijd al wat ouwelijks had, en in de seventies
helemaal op zijn plaats valt. Hij werkt als zwembaden-installateur (zien
we helaas niks van) en gaat verder heel hard Bear achterna, ondertussen
Hair-hippies dissend. Tot dat laatste grote moment dan (als éindelijk
de titel verschijnt). De grootste Swell, nog een laatste golf van hoe
het was, eigenlijk al vanaf het begin contemplatief aangekondigd door de
goeie (!) voice-over, die de vier windrichtingen (voor de vier delen)
introduceert. Wel jammer van de uiterst uitgebreide surf-gedeeltes, na
drie minuten geloof ik dat wel hoor...
Labels:
films uit de jaren '70,
John Milius
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten