zondag 26 augustus 2012
The Story of G.I. Joe
Wie
Fords They Were Expendable en Wellmans G.I. Joe bekijkt valt op dat
twee Amerikaanse oorlogsepi die nog tíjdens WWII werden gemaakt
opvallend onheroïsch zijn. Angstig bijna. Dat maakt de films emotioneler
en echter dan gebruikelijk. G.I. Joe (Jan Voetsoldaat) is zelfs bijna
zo onverbloemd als Fullers The Big Red One over de 'diepzinnige'
gedachten van de mannen. Op het gebied van lichamelijkheid zijn er twee
leuke scenes die je eerder bij Fuller verwacht; eentje onder de
geïmproviseerde legerdouche én een trouwpartij met een heuse bridal
suite. Mooi detail, de bruidegom valt bij het aantreffen van dat goeie
bed prompt in slaap. Qua personages en gevechten (de vijand blijft
totáál uit beeld) is G.I. Joe wel erg rommelig, en soms onduidelijk. Eigenlijk onthoud je vooral het hondje! (Een erg schattig beest dat wel
werd afgebeuld, het begint gaandeweg steeds vaker te gapen.) Een running
gag rond een speurtocht naar een lp-speler is ook komisch, maar eindigt
dan weer gepast bitter. Van de personages vallen er twee echt op. Robert
Mitchum is Che Guevara-stoer als de leider van zijn bataljon, die
steeds meer moeite krijgt met alle ellende. ('This is grappa, for every 3
drinks you'll get a purple heart). En dan is er nog de
oorlogscorrespondent Ernie Pyle, een bijzonder ouwelijke kerel, naturel
en goedgelijkend gespeeld, zo constateren we achteraf in een toegevoegd
interviewtje met 'de echte'. Die sneuvelde helemaal aan het eind van de
campagne álsnog, zoals bejubelde oorlogsverslaggevers nu eenmaal
plachten te doen.
Labels:
films uit de jaren '40,
William A. Wellman
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten