zaterdag 4 augustus 2012
The Big Combo
Het werd wel weer tijd
voor een echte noir, neonoirs zijn leuk en aardig, maar films als deze
zijn de real deal. Jazzy getoeter op de soundtrack (prima werk van
Raksin), cops met obsessies, tragische femme fatales, en een goeie
schurk. What more can you want. De eerste tien minuten lijkt The Big
Combo een klassieker in wording, niet dat er inhoudelijk zoveel
bijzonders gebeurt, maar het spel is uitstekend. Er is een
gangstermeisje dat er helemaal geen zin meer in heeft (en dus OD't op
pillen), er is een wankele agent die tevergeefs jacht maakt op een
syndicaat, én er is de boss van dat syndicaat. Richard Conte is de ster
van de film als, wait for it, 'Mr. Brown', een gladjakker, met
masochistische sympathie voor zijn tegenstanders. Hij praat meestal
zacht en beleefd, voor het geschreeuw gebruikt hij zelfs een technisch
hulpmiddeltje. Dat zijn meisje in het ziekenhuis belandt is echter een
eerste teken dat het net zich rond hem begint te sluiten. Helaas gaat
dat in de resterende zeventig minuten gepaard met een hele hoop ongalante
wendingen. De opper boss heeft constant wat anders op zijn kerfstok, en
ook de agent maakt bokkensprongen van het ene meisje naar het andere. Je
verwacht dat er een tragische verstandhouding tussen agent en
gangstermeisje ontstaat, maar die laatste raakt volkomen onterecht – en
zonder te sterven – uit beeld. Het is geen toeval dat als ze aan het
eind terugkeert, ook de sfeermeters zowel qua spanning als emoties
meteen weer in de plus schieten. Check alleen al het laatste shot van de film, hierboven afgebeeld.
Labels:
films uit de jaren '50,
Joseph H. Lewis
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten