maandag 30 juli 2012
L'Horloger de Saint-Paul
De
NY Times-almanak laat de filmliefhebber nooit in de steek, zelfs niet
als een van de genoemde 1000 films meer dan een half decennium (voor
mij) onvindbaar bleek. Deze Tavernier is de moeite van het wachten
absoluut waard. Zeer fijne film, alsof de Hollywood-seventies ook naar
Frankijk waren gekomen. Een Simenon-policier met het wankelend waggelende
tempo van een geslagen hond. De meisjes van Night Moves, een
hoofdrolspeler (Noiret) die even moedeloos is als Kevin Spacey in
American Beauty én het Roemeense fucked up door het systeem-gevoel van
Aurora. Heel bijzonder. Bijna alles gaat goed. Simpel voorbeeldje,
helemaal aan het eind gaat Noiret een kerk binnen – en ik denk nee, een
kerk, wat een onzin –, maar hij kijkt als horloger natuurlijk naar het
uurwerk, dat hij zelf heeft gefixt. (Volgen vele spoilers!) Hij kan wel
wat bezinning gebruiken, want in het begin van de film meldt de politie
hem dat zijn zoon een man heeft vermoord, én voortvluchtig is. Binnen
een paar uur weet heel Lyon het, komen er fabrieksmeisjes over het
slachtoffer roddelen, en gaat er een steen door de ramen. De horloger en
zijn Guus Meeuwis-achtige beste vriend zetten de achtervolging in. En
meer dan dat. 'Zou ik nu aangifte doen van die steen'. 'Dit lijkt me
niet het juiste moment'. Langzaamaan kruipt er een politieke laagje in
het verhaal, '68 is net geweest, gaullistisch (?) Frankrijk beklemt jong
en oud. 'Alle flikken moeten dood', staat er op de muren. Al die
opgekropte agressie zoekt een uitweg. De horloger peinst over zijn
vaderlijke fouten, en zoekt de vrouw op die een tijdje als stiefmoeder
voor de jongen fungeerde. Het is misschien wel de mooiste scene, van
Dardennes-nivau. Maar van dat niveau blijven ze maar komen, slechts de laatste handvol
minuten zijn wat overbodig, en benadrukken wat eerder al afdoende
gesuggereerd is.
Labels:
Bertrand Tavernier,
films uit de jaren '70
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten