woensdag 11 juli 2012

Ratcatcher

De debuutfilm van Lynne Ramsey (Morvern Callar, We Need To Talk About Kevin) is relatief gezien de meest traditionele uit haar nog kleine oeuvre. Ze bouwt hier voort op die goede Britse armoedefilms-traditie. Vaders! De ellende van de working class gevangen in hymne-achtige The Long Day Closes-taferelen. De openingsscène, bijvoorbeeld, laat in slow motion een abstract geworden dans zien van een jongetje. Pas als zijn moeder hem een klap geeft 'look at the state of me curtain', snap je wat ie deed. Het zet meteen de claustrofobische beklemmende sfeer neer. Iedereen zit gevangen in het gammele Glasgowse flatgebouw, waar – heel Siciliaans – zelfs de vuilnis niet meer wordt opgehaald. Scums vluchten in pesterijen, meisjes in seks, en weer anderen in fantasieën. Water speelt een een cruciale rol, zowel in de positieve scenes (vaders enige goede daad, en een intiem baderpartijtje met een buurmeisje) als de poel van drijfzand waar je definitief in kunt verdwijnen. Dat gebeurt dan ook, waardoor het fragiele flapoor-hoofdpersonage zich schuldig voelt. In de allerbeste scene (die niet voor niets nog twee keer na-echoot) vindt hij even een kortstondige uitweg uit de ellende. Hij neemt begeleid door Nick Drake de bus, en aan het eind van de line vindt hij het gedroomde gezinsrijtjeshuis. Ook daar is geen stromend water, maar het lege bad voelt al heerlijk. Dan kijkt hij naar buiten, het raam maakt het uitzicht nog schilderachtiger (als een kader). Er volgt een sequentie die doet denken aan de stoomtrein in Pather Panchali. Even is Schotland bevangen door Oosterse spiritualiteit. Heel mooi.

Geen opmerkingen: