woensdag 25 juli 2012
Ship of Fools
Van die
giga-cruiseschepen, ze lijken altijd gedoemd. Op het schip van The Cat's Meow viel een dooie, de jongen in Wah Do Dem was niet op tijd terug, en
de Titanic zonk. De passagiers op het Ship of Fools gaan ook richting
hun ondergang. Het is 1933, en de upper class/deck passagiers zijn
merendeel Duitsers. De joodse Duitser mag al niet meer bij hen aan tafel
zitten, waar een zakenman nazi-praatjes orakelt. Op een gekostumeerd
bal zet hij later duivelshoorntjes op, opdat het maar duidelijk is...
Ship of Fools is beter in de alledaagsere passages, waarin de film
taboes kietelt. Meestal aan het slot van de scene, om zich dan snel naar
een volgende uit de voeten te maken. De dokter vraagt een vrouw naar
haar 'period', een paartje peinst of hun relatie zonder seks ook
standhoudt, en een jongen smeekt bij zijn vrekkige reli-opa om een
zakcentje, waarmee hij naar een van de aanwezige zigeunerpleziermeisjes
kan, voor zijn eerste keer. Als verteller functioneert een coole wijze
dwerg, net zo'n cliché als de magical negro. Hij sluit vriendschap met
de jood, die zich op en top (en vergeefs) Duitser voelt. Zelfs zijn Iron
Cross verandert daar niks aan. (Subtiel cinefiel bruggetje.) Lee Marvin
speelt met de tong in de wang een vieze man. Allemaal best aardig
gedaan, maar hét mozaiek-verhaaltje dat echt overeind blijft is voor
Simone Signoret en Oskar Werner. Zij een mysterieuze uitgebluste aan
slaapmiddelen verslaafde revolutionaire dame, hij een uitgebluste
scheepsdokter die nog één keer verliefd van zichzelf mag worden. Wat een
Nederlands hoofd heeft die Werner eigenlijk. Een soort Floris.
Labels:
films uit de jaren '60,
Stanley Kramer
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten