donderdag 21 juli 2016

De Noorderlingen

'Lumumba is even een rondje fietsen.' Van Warmerdams beste. Met De Noorderlingen droomt hij zich een wonderwereld waarin je als kijker graag verdwaalt. Een gevoel dat ook de decorstukjes van Kaurismaki en Andersson oproepen. Iemand moet op een verlaten perceel in Groningen maar eens een Van Warmerdam-pretpark bouwen! Het akelig egale Noorderlingen-'wijkje' staat aan de rand van de wereld, pal tegen de perfecte boomgrens. Daar houden de huizen op, en huizen de angsten. Van Warmerdam fungeert zelf als gids. Middenin het bos leest de postbode de stomende geheimen van zijn straat. Zo weet hij dat slager Wouterse wat al te fanatiek met de leverworst zwaait. ('Het mag best een stukje groter hoor.') Bij de stoeipartijen met vrome echtgenote Malherbe valt een tafeltje om. Twee tafelpoten vormen hoorntjes boven het hoofd van de slager. Om over een andere poot nog te zwijgen. De puberende slagerszoon is de enige kompaan van de postbode. De jongen heeft een obsessie met Congo. Een messcherpe Nederlandse ontleding kan immers niet zonder blackface! De rituelen bij het kampvuur worden soms geïnterrumpeerd door de impotente jager, of de plaatselijke dikzak op een brommertje. (Van Gogh, zwijgend goed man.) Van mij had de winter niet hoeven komen, en de postbode nóóit moeten gaan. 'Waarom heb jij je jas niet aan?'

Geen opmerkingen: