Franse historische films zijn altijd aangenaam stijlvol, denk maar aan The Duellists, Ridicule en Marie Antoinette. La Nuit de Varennes sluit letterlijk op die laatste aan, want koning en eega werden dus niet meteen onthoofd. Ze zijn er als de Gadaffis met koetsen als pantserwagens vandoor, op weg naar hulptroepen bij de Luxemburgse grens. Het mooie aan La Nuit is dat we de hoge piefen pas heel laat zien, en dan nog maar een glimpje. De film concentreert zich op de bezemwagen; de bedienden en hofdames die erachteraan rijden. (Hanna Schygulla is net Kirsten Dunst.) De façade blijft niet lang geheim, en in de magische wereld der fictie voegen de schrijvers De La Bretonne, Casanova (!) en Thomas Paine zich bij dit gezelschap. De laatste wordt overigens gespeeld door Harvey Keitel, een bekende in dit werk. Het eerste uur is een soort 'Frenchtern', gesprekken in de stagecoach, gevis naar de ware reden van deze tocht, flirterig en lichtvoetig, maar met een dreigende ondertoon. Casanova (Mastroianni) steelt de show, strooiend met tegeltjes als 'jeugd is een defect dat snel hersteld wordt.' Als de kijker een info-achterstand dreigt op te lopen last regisseur Scola heel meta blokjes info in. Zo introduceert Casanova zichzelf vanachter een bureau. In de tweede helft van de film waren meer van die blokjes welkom geweest, want alle scherpte is vereist om de geschiedenisles-verwikkelingen te kunnen volgen. Het laatste kwartier is echter weer wél geslaagd. Een melancholisch gevoel van 'het einde van een tijdperk' bevangt eenieder, zelfs deze Republikeinse kijker. De koning zal zijn kostuun nooit meer aan hoeven doen.
dinsdag 30 augustus 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten