zondag 14 augustus 2011

City of Hope

De laatste John Sayles die ik nog 'moest' zien. Vooraf peinsde ik nog over een overzichtsartikel voor de Subjectivisten, maar daarvoor is City of Hope, als uitgangspunt, niet interessant genoeg. De filmografie van Sayles overziend valt toch ook wel op dat de man duidelijk in de eighties piekte (Secaucus, Matewan, Lianna, Brother From Another Planet.) Enkel Lone Star valt daarbuiten. City of Hope was zijn eerste film in de nineties, en zet de structuur neer die we later vaak terugzien. Stedelijke problematiek in mozaïek. Daar boekte Sayles zeker nog winst, want Sunshine State is bijvoorbeeld beter. City of Hope heeft last van eighties-muziek en melodrama, en het overdadige bijna Sex, Lies and Videotape-kapsel van de matige hoofdrolspeler. De jongen lijdt aan het leven, adoreert zijn dode broer, en haat zijn pa die hem baantjes toewerpt. Pa is rijke bouwpief, met o.a. wat armesloebersflats in bezit, waarvan we ook clichémannetjes leren kennen. Sayles laat arm (lees allochtoon) en rijk elkaar kruisen, met als verbindingsstuk een Obama-achtige politicus. Verder zijn er Sayles-regulars als Chris Cooper en David Straithairn. Die laatste speelt een continu ramblin' loonie, die aan het einde (dat Sayles wel weer behoorlijk ingenieus gescript heeft, Sayles is goed in lijntjes verbinden) mag schitteren. Off-topic detail, City of Hope is nooit op dvd verschenen, en ik keek een zogeheten VCR-rip. En die maakte bijna nostalgisch, een beetje overbelicht, niet zo scherp als die blu-rays van tegenwoordig. Het had wel wat.

Geen opmerkingen: