dinsdag 27 augustus 2013
The Long Good Friday
Things
just ain't the same for gangstas. Ook niet voor Bob Hoskins, in de rol
van zijn leven. Massiever en rauwer dan ooit, maar met een Raoul
Heertje-achtige jovialiteit. Net als hij denkt het absolute moment du
gloire te gaan beleven in zijn 'I'm a businessman'-carriere, komt zijn
imperium aan alle kanten onder vuur te liggen. Het maffiabaasje heeft
een stel Amerikanen naar Londen gehaald, om ze een nieuw
vastgoed-project te laten financieren. Londen moet in de vaart der
volkeren worden opgestoten. The Long Good Friday zag het goed. Het
profiteert nog van de Thatcheriaanse verslonzing, maar ontvouwt intussen
de grootse plannen die Londen inderdáád tot het (financial) capital van
Europa zouden maken. (Al was dat dan uiteindelijk niet met Amerikaans
maar met Russisch crimineel geld, geloof ik....) Helen Mirren is de
aangeefster als echtgenote én sterke vrouw. Aan het eind begint ze zelfs
klappen uit te delen! De handlangers om Hoskins heen zoeken
homoseksueel vertier in het 'Deep End' zwembad, en gaandeweg dient zich
een Judas-motiefje aan. Daarvoor heeft Hoskins op zoek naar 'leads' in
het gepast verwarrende plot al flink huisgehouden. Een scene in het
abattoir kan wedijveren met de waanzin uit Prime Cut. Het laatste shot
had wat mij betreft met één klap bevroren kunnen worden, maar het Black
Book of Movies prijst (niet onterecht) die hele woordloze slotminuut.
Een crimefilm die klopt als een slagader.
Labels:
films uit de jaren '80,
John Mackenzie
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten