zaterdag 23 juli 2011
Hard Boiled
Criterion heeft natuurlijk een hoop Azië in de aanbieding. Waaronder dit spektakelstuk. Kan qua lawaai makkelijk wedijveren met Where Eagles Dare. Miljoenen kogels in Hong Kong. En in dit geval ook gewoon tientallen doden. Een uur is dat leuk, het tweede uur wordt het vermoeiend. Dan maar snel terugdenken aan dat eerste, als de film ook nog wat nep-diepgang lijkt te hebben. Bijvoorbeeld in een geweldig leuk intro waar de hoofdagent een potje klarinet speelt. Hij wilde ooit muzikant worden, misschien is het maar een droom sowieso... Wat later in de film denkt ie er nog aan en verschijnt in een flits een drummer om meteen weer te verdwijnen. Ja, voor wat mooie visuele geintjes kun je die Aziatische jongens bellen. Waar ze ook vandaan komen. Qua muziek is de koek na die eerste minuut trouwens op, en volgt de gangbare goedkope Hongkong-synthesizer meuk. Niet zo erg, als gezegd, het wordt toch overstemd door spectaculaire machinegeweer-stunts, o.a. in een theehuis (met vogeltjes als decor) en een ziekenhuis (met baby's). Die laatste brengen bizar comic relief, als de hoofdagent en zijn vriendinnetje van het bureau zelfs nog tijd vinden om de baby's te midden van de shoot-outs watjes in de oren te stoppen! Grosse Point Blank-achtig leip. Het valt nog mee dat ze de babycouveusekarretjes niet door de gangen gaan roetsjen/racen. Al komt één baby nog wel als geroepen om een vuurtje te blussen. Behoorlijk vermakelijke onzin dus, al gaat er aan de slechterik-kant teveel mis. Eentje lijkt op Javier Bardem, maar is niet zo belangrijk. De Godfather is stoer (maar wordt snel afgeknald) waarna de nemesis (ik meen een jonge Tony Leung) van de dikkige hoofdagent (Yun-Fat Chow) overblijft. En die hebben hier allebei eigenlijk niet eens zoveel charisma.
Labels:
films uit de jaren '90,
John Woo
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten