woensdag 24 juli 2013
Giliap
Tweede
film van Roy Andersson, en de laatste die hij maakte voor hij zich een
kwart eeuw niet meer aan speelfilms zou wagen. De kritiek was niet mals
voor Giliap, en de depressieve regisseur was zelf ook niet tevreden.
Ergens begrijpelijk, want de film is rommelig, maar met het verstrijken
van de jaren is het wel een typisch seventies poëziebeeld geworden. Een
duistere registratie van het hotelleven. Het hotel is net als het
restaurantje van Drifting Clouds op zijn retour. De baas verlangt terug
naar de tijd dat het hotel nog vol Adriaan van Dis-heertjes zat, waarvan
er nu nog één over is. (Een kapitein die continu informeert of iemand
al naar hém heeft geïnformeerd.) Op zijn Altmans spenderen we veel
tijd 'achter de coulissen', in de keukens waar het personeel hun loon
'verkaart', én op de mysterieuze bovenverdieping waar hun
slaapvertrekken zijn. (Personeel mag niet met de lift!) Al die regels
getikt en nog geen character genoemd. Tekenend. De Giliap uit de titel
is een zwijgzame jongen, wiens echte naam ik vergeten ben. Zijn bijnaam
krijgt hij van een hotelkompaan, een gefrustreerde kerel - de man op de foto - die al snel met
een pistool zwaait. Dat kan enkel tot 'een daad' leiden, en juist het
gangster-aspect van het verhaal loopt voor geen meter. Wél leuk is de
toenadering tussen Giliap en een serveerstertje. Of vooral omgekeerd,
het meisje wil zó graag weg.
Labels:
films uit de jaren '70,
Roy Andersson
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten