donderdag 4 juni 2015

The Wind Rises

'Ook al is het een droom, je kan nog steeds je hoofd verliezen.' Miyazaki ziet ook in zijn warrige laatste opus weer het sprookjesavontuur in de kleinste dingen. Zo wappert de haardos van een Mitshubishi-baasje als de vleugels van een grote vogel. Het is een wonder dat hij niet opstijgt terwijl hij driftig door de gangen beent. Hoofdpersonage Yiro maakt bij het bedrijf zijn jeugddromen waar. Vliegtuigbouwer worden. The Right Stuff. (That's what dreams are made of.) Het zijn de jaren '20 en '30. Japanse studenten maken zich zorgen om de staat van het land. Europa loopt zó ver voor. De soundtrack beaamt dit door Franse accordeons en Mozart-achtige klarinet-klanken door de groene velden te laten waaien. En dan heb ik het nog niet over de referenties aan Valery, Thomas Mann (!) en Schubert. Je zou 't haast eurofiel gaan noemen. Ondertussen dwarrelt onvermijdelijk een duister laagje de film binnen. Yiro bezoekt Duitsland, waar uniformen al regeren. Ook in Japan verduisteren de prachtige luchtspiegelingen snel, door het besef dat al die nieuwe vliegtuigen tot broedermoord zullen leiden. Dat is niet Miyazaki's wereld, hij heeft meer feeling met natuurkrachten als een indrukwekkende aardbeving. Juist dan komt Yiro zijn droommeisje voor het eerst tegen. In de trein natuurlijk. We zouden niet anders willen.

Geen opmerkingen: