Als
Woody Allen deze film anno nu had gemaakt, zou luide bejubeling zijn
deel zijn geweest. Een return to form. Gemoedelijk, grappig,
intellectueel, maar niet te scherp. En een paar fijne referenties aan
Fellini bovendien. Viva la Liberta is ook alweer de derde film dit jaar
met een dubbelgangers-motief. Het concept is vaker gebruikt in politieke
satire. Being There, done that. De vervanger als een schot in de roos.
Toni Servillo speelt zowel vermoeide oppositieleider als diens
filosofische tweelingbroer. Laatste is net uit de inrichting
vrijgelaten. Maar ja. Je krijgt de man wel uit de inrichting, maar krijg
je de inrichting uit de man? 'Op dit tijdstip kregen we altijd eten in
de kliniek.' Groot voordeel is dat de loenatik-kerel vroeger filosoof
was (een goed vakgebied om bij door te slaan) dus hij praat in
meeslepende Hegeltjes-tegeltjes. In die politieke speeches is de film
verrassend goed. De film is een lange contemplatie op de weemoed van
links. Partijen als Labour en PvdA zijn allang van het padje af. Erger
nog, links zijn is bijna iets om je voor te schamen geworden. (Net als
gek zijn.) In het gewonere schaduw-verhaal is de film wel wat minder. De
politicus belandt nostalgisch gestemd in een Frans
filmmakers-gezinnetje en beleeft daar het Echte Leven dat ie als
workaholic nooit kon hebben. Lief blijft het allemaal wel.. Vrij kunnen
genieten.
zondag 14 juni 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten