zondag 14 juni 2015

Viva la Libertà

Als Woody Allen deze film anno nu had gemaakt, zou luide bejubeling zijn deel zijn geweest. Een return to form. Gemoedelijk, grappig, intellectueel, maar niet te scherp. En een paar fijne referenties aan Fellini bovendien. Viva la Liberta is ook alweer de derde film dit jaar met een dubbelgangers-motief. Het concept is vaker gebruikt in politieke satire. Being There, done that. De vervanger als een schot in de roos. Toni Servillo speelt zowel vermoeide oppositieleider als diens filosofische tweelingbroer. Laatste is net uit de inrichting vrijgelaten. Maar ja. Je krijgt de man wel uit de inrichting, maar krijg je de inrichting uit de man? 'Op dit tijdstip kregen we altijd eten in de kliniek.' Groot voordeel is dat de loenatik-kerel vroeger filosoof was (een goed vakgebied om bij door te slaan) dus hij praat in meeslepende Hegeltjes-tegeltjes. In die politieke speeches is de film verrassend goed. De film is een lange contemplatie op de weemoed van links. Partijen als Labour en PvdA zijn allang van het padje af. Erger nog, links zijn is bijna iets om je voor te schamen geworden. (Net als gek zijn.) In het gewonere schaduw-verhaal is de film wel wat minder. De politicus belandt nostalgisch gestemd in een Frans filmmakers-gezinnetje en beleeft daar het Echte Leven dat ie als workaholic nooit kon hebben. Lief blijft het allemaal wel.. Vrij kunnen genieten.

Geen opmerkingen: