vrijdag 5 juli 2013
The Invader
Kut, dat gaat weer een halve film overheen om
een goeie openings-grap te verzinnen, dacht ik bij het eerste shot. The
Invader is de schrijnende versie van Intouchables. Een spectaculaire
botsing van zwart en wit. Evengoed treffen we hier een 'neger' (sorry) die het
leven met een aanstekelijke gretigheid en een charmante glimlach
aanpakt, maar zelfs surrogaat-vrienden maken lukt hem niet. In echte
Ostlund-stijl gaat de man zich juist almaar vervelender en uiteindelijk
gewoon horror-gewelddadig gedragen. Toch blijft zijn frustratie lange
tijd heel invoelbaar. Na de strand-episode uit het intro zien we hem in
een bouwvakkersbaantje, waar de 'clandestines' worden uitgebuit. Het
hoofdpersonage begint een Brusselse stadsqueeste op zoek naar 'les
contacts'. In de beste sequenties zien we hem op straat rondhangen,
babbeltjes met mensen maken. (De baby!) Maar degene die 'happen' maken
vooral gebruik van meneer Obama, zoals hij zichzelf provocerend is gaan
noemen. Vrouwen willen bescherming, of gewoon een nummertje maken...
(Mannen idem dito.) Enig schuldgevoel wordt afgekocht met biljetten. De
omwenteling in de geestesgesteldheid sijpelt verraderlijk langzaam de
film binnen. Vergeven gaat niet meer in twee geweldig sleazy The Boondock Saints-scenes, en een beklemmend slot, dat natuurlijk de
openingsscène echoot.
Labels:
films uit de jaren '10,
Nicolas Provost
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten