zondag 10 juni 2012

Small Town Murder Songs

Ergens tussen Witness, Prime Cut en een degelijk tussendoortje van Soderbergh, daar bevindt zich deze ultrakorte sfeervolle crime noir. De setting is ruraal Ontario, waar kennelijk veel Mennonieten wonen. Zelfs Stormare (die met net iets te belachelijke dikke snor de hoofdrol speelt) spreekt een woordje Nederdiets, of whatever it is. In tegenstelling tot Witness, maakt de agent hier dus zelf deel uit van de gemeenschap, al is hij allang van het rechte pad geraakt; in korte flitsen leren we van losse handjes. Hij probeert zijn leven te beteren, en laat zich zelfs dopen. Veel lijkt het niet te helpen, de man barst van de frustratie, waar zelfs het vrome serveerstertje niks aan kan veranderen. (Ondanks gebabbel en schietgebedjes.) Van zijn collega-agent in het durp moet ie het ook niet hebben, die verdiept zich on the job (én thuis met dochter op de bank) liever in een boek. Een grappig en lief detail. Wat ik mooi vind aan zo'n korte film is dat behalve hoofdrolspeler Stormare iedere acteur eigenlijk maar één kans krijgt, en een handjevol minuten. Een scene in een mortuarium bijvoorbeeld, waarin een moeder haar dochter identificeert. Prachtig pijnlijk. Maar ook irrelevante momenten als Stormare op bezoek bij een bejaard dametje. Na het lijk, komen er agenten van buiten, en ondertussen buldert de intense soundtrack, een soort Tom Waits meets gospel. Het blijkt de Canadese band Bruce Peninsula, bizar overheersend, maar het past goed. Werner Herzog-momentje: agent begeleidt per auto de verplaatsing van zo'n gigantisch mobile home, net de wereld van Stroszek.

Geen opmerkingen: