vrijdag 7 juni 2013
Hesher
Rawr!
Eerbetoon aan de neanderthaler, stoner en metalhead ineen. Het
boem klatsj-plezier van een stripverhaal, maar niet zonder pijn, al
heeft de film wel iets teveel in het Hollywood-handboek gekeken voor het
laatste. Eerst en vooral is dit echter op het randje leven, dansen op
de vulkaan, of op de duikplank... Josoph Gordon-Levitt is een soort Albrecht Dürer-look aangemeten. Lang haar, baardje. Op een dag valt hij op Visitor Q-achtige wijze het leven binnen van een 'gezinnetje in distress'.
Vooral het McCulkin-achtige jongetje (in Amerikaanse indie lijken alle
jongens toch naar Home Alone gemodelleerd) kan wel wat hulp gebruiken.
Niet alleen is er sprake van een recent trauma, op school wordt hij
achterna gezeten door... Butthead. Net als de meeste andere bijrollen is
die pestkop nogal karikaturaal, maar het gaat dan ook om Hesher. In het
begin klinkt elke keer als hij in beeld verschijnt een miniem flardje
metal. Mooi hoe heel zo'n genre ook in een enkele seconde kan doorklinken. Woede.
Chaos. Hesher sleept het gastje mee op allerlei gestoorde avonturen;
waaraan na een tijdje ook Natalie Portman mee mag doen. Hier met bril,
dus in haar zogenaamd lelijke hoedanigheid. De eerste échte kennismaking
van Hesher met Portman is briljant. Kapotte auto's spelen daar en
elders een cruciale rol. Jammer dat na een prima eerste uur in de
overdreven 'grande finale' alle ellende tegelijk plaatsvindt. En dan
gaat het ook nog onweren. (Ik bedoel, komaan!) Gelukkig weet het slot
weer de juist toon van 'grimmig glimlachen' te vinden. Het is maar goed
dat het jongetje net weer op school verscheen toen 'metaforen' in de
literatuurles werden behandeld. Hesher: desire en nightmare ineen.
(Imaginair leek ie me echter zowaar niet.
Labels:
films uit de jaren '10,
Spencer Susser
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten