zondag 16 juni 2013
Holy Motors
'Moeilijke
film' had ik opgevangen. 'Love it or hate it'. Maar de aanwezigheid van
Denis “Beau Travail” Lavant was me totaal ontgaan. En hij arriveert éénmaal, maar in
elf hoedanigheden. En de man was al een superheld. Op het moment dat Levant
hier zijn eerste 'transformatie-object' pakt zat ik met een grijns van
oor tot oor. Top-waanzin! Even later doet hij zelfs weer een dansje. Nou
ja, hij kronkelt zich door een latex-paringsritueel dat zonder twijfel
tot de meest erotische scenes van het filmjaar hoort. De scene past ook
goed bij de 'vloeibaarheid' van dit alles. Je weet niet meer wat voor en
achter is, net zoals Alleman Lavant niet meer weet wie hij is. Holy
Motors is zo'n film waarop je werkelijk alles kan projecteren. Ik zeg,
regisseur Leos Carax markeert het einde van film als passief medium. De
prent begint niet voor niets met een stokoude filmopname, en slapend
bioscoop-publiek, waarna Levant zich doodmoe door tal van filmgenres
beweegt. We kunnen in de komende Second Life-achtige virtuele wereld (in drie dimensies ) zelf onze identiteit bepalen, desnoods vanuit ons graf. ('Visitez
mon site!') De magie van de film ontvang men niet meer via een statisch
schermpje maar hangt verspreid door 'clouds' in de lucht.
Goed, ik dwaal in Cosmopolis-stijl af, waar de film, al is het maar door de
achterbank van de giga-limo, sterk aan doet denken. Holy Motors is dan
wel de ballet-versie, gevoelsmatig bijna woordloos. Wellicht kun je de
droomvlucht Vendredi Soir als de vrouwelijke pendant zien. Eén minpuntje
waarin Holy Motors wederom met Cosmopolis overeenkomt is de
afstandelijkheid. De grijns uit het begin verdwijnt voor contemplatie,
maar die wordt nooit zo melancholisch als ie hád kunnen zijn. Daarvoor
fokt Carax te graag met dissonanten. Hij doet niet aan rechte lijnen.
Zie alleen al het potentieel zo aandoenlijke einde ('dernier project; je
eigen huis'). Daarin plaatst de regisseur prompt een aap (die ons voor
gek zet?). En dan is er nog het melige slotgrapje. De Holy Motors
worden zo (godzijdank!) nooit General Motors.
Labels:
films uit de jaren '10,
Leos Carax
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten