vrijdag 3 juli 2015

The Red Lanterns

'Niets om op te wachten te hebben, dat is het ergst.' Een momentje in een bordeel te Piraeus. Hij, de depri Cassavetes-pooier, zij de voddige Kaurismaki-schoonmaakster. De bouzoukis trillen ervan. Het lijkt even alsof iemand in een liedje zal uitbarsten, maar ik vergis me. Het is mijn eigen hart dat begint te zingen. De kerel loopt de trap op, waar hij moeder de madam treft met een vers aangewaaid hoertje. Haar jeugdige naaktheid is even weemoedig als betoverend. Zomaar een sequentie uit dit roodverlichte mozaïek, gedragen door klanken die fijnbesnaard een weefwerk opbouwen van exotische snaarinstrumenten. Soms heel sixties (als een meisje op haar kamer een folky gitaarliedje speelt) dan weer heel erg Hollywood in nostalgie-modus. Maar dan wel met zo nu en dan een glimpje tiet. Alsof dát het enige was dat aan het oude Hollywood ontbrak. (Hadden ze 't maar gedaan.) Een bordeel is de filmische locatie bij uitstek. Alle wensen en valkuilen der mensheid verzameld. En immer on the edge, want in elke bordelenfilm dreigen 'de huizen' gesloten te worden (zie ook Street of Shame). De verhalen mogen dan hetzelfde zijn – gedoemde liefdes en laatste liefdes, first timers en old timers – zelden werden ze met zoveel 'saudade' opgediend als hier. Na een half uur begint in feite de 'uitloper'. Bittergloeiend. Lichtekooien met kerststerren.

Geen opmerkingen: