De
Italiaanse Calimucho, en door de bekende zuidelijk-sentimentele inborst
volkomen verstoken van rauwe randjes. Of het moet het verrassend mooie open
einde zijn. Helaas ontbreekt het circus-bandje, dat Calimucho zo
aangenaam opluisterde met geïmproviseerde schlagers. Niettemin weten de
Italianen wel raad met dit onderwerp, ze hebben ten slotte een lange
circusfilm-traditie, met Fellini en Chaplineske dames. Een simpel
roodharig vrouwtje zoekt in het begin naar haar hond, maar vindt een
kind. Je denkt prompt; circuslui zijn vast heel handig met kinderen. Ze
kunnen goed africhten en beroepsmatig moeten ze constant het kind in
zichzelf aanspreken. Het schamele circusje heeft (net) zijn herfstkampement
opgeslagen, dus is er best tijd om met het kind rond te sjouwen. Al is
het maar om een vleugje eenzaamheid en verveling te bestrijden. Vooral
een jonge knaap is bijna overdreven lief. (Wel schattig hoor.) En dat is
eigenlijk de eenvoudige, te lange film in een notendop, de mensen
spelen zichzelf, en dus merk je waar de tekstregels zijn voorgekauwd, en
waar niet. Vooral circusclown Walter (van origine Duitser, en een soort
Gene Hackman/Werner Herzog) valt daar door de mand, maar die is op
naturelle momenten dan juist weer het leukst. Zoals wanneer hij de knaap
wat knok-tips geeft. En natuurlijk wordt er gegoocheld en gegeind, een
trucje met een papieren zak (en imaginaire balletjes) is in al zijn eenvoud erg fraai.
vrijdag 1 juni 2012
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten