donderdag 19 juni 2014

Oh Boy

Woah Boy, roepen gaat wat ver, maar ondanks het kwaliteitsverschil kun je Oh Boy zeker als de depri-jongetjes-versie van Frances Ha noemen. En dus bijna zo geslaagd. Quarter life crisis, balletvoorstelling, zwart-wit beelden, wandering, het zit er weer allemaal in. Hier door de ogen van een gesjeesde, lichtjes elitair uitziende student. Gedurende de film (die één etmaal toont) sjokt Niko door Berlijn en komt hij een stoet vreemden, vrienden en vage bekenden tegen. Het patroon is ongeveer als volgt: de jongen doet afwerend, opent zich dan toch, waarna de mensen alsnog terugdeinzen. Maar is dat wel zo? 'Misschien ben ik zelf gewoon raar', peinst hij. Het acteerniveau wisselt nogal, op de mindere momenten is Oh Boy een film die je goed moet willen vinden. Gelukkig zijn voldoende match-ups tragikomisch raak. De pa van de jongen bijvoorbeeld. Oozin' succes (met golfpetje) zorgt hij voor nog meer Ferris Bueller gone depressed-vibes. Ook Niko's kompaan Matze (met festivalhoedje) mag er wezen. Hij zorgt voor wat hilarische filmreferenties ('Jemand sollte diese Stadt ausmisten.') en sleept Niko mee naar een film-opname. (Altijd goed voor wat extra Woody en Fellini meta-credits.) Matzo zit ook bij de cruciale balletvoorstelling, waar de film eerst op zijn grappigst is, en vervolgens een pijnlijke afslag neemt. Seks als nutteloze wraak. Beware for the Borderliner.

Geen opmerkingen: