vrijdag 27 juni 2014
Super Fly
'I'm your mummy, I'm your daddy, I'm
your pusherman.' Zoals elke toffe blaxploitation-film is Super Fly
afwisselend geweldig en geweldig slecht. Ik weet dat je het hier niet in
een plot hoeft te zoeken, maar waar de warrigheid aanvankelijk nog een
Cassavetes-charme heeft, wordt het later wel erg bruusk. Op dat moment
heeft iemand de supergoede lp van Curtis Mayfield ook gewoon opnieuw
opgezet, volgens mij komen alle liedjes twee keer langs, als het niet vaker is.
Ron O'Neal speelt de hoofdrol als een light skinned negro die genoeg
krijgt van de cokebiz. (Letterlijk en figuurlijk.) Zowel vriend als
vijand geeft 'm te kennen dat ie 'nergens anders voor geschikt is', maar
de man droomt in zijn heerlijk uitzinnige pakken van een beter leven.
(Dat dan zowel minder als méér wit bevat...) O'Neal 'sport' een
geweldige Nick Cave snor (hij lijkt sowieso wel een beetje op 'm), draagt
bijzondere hoeden, en snuift coke van kokette lepeltjes. (Hoe oncool is
die drug eigenlijk.) De dialogen zijn even stoer als komisch.
Gangstarap, maar met een flinke dosis zelfspot. Een vroeg hoogtepunt
buiten coke-akkefietjes is een uitgebreide liefdesscène in bad. Het hele
scherm wordt gevuld met huid, zonder dat er nu veel te zien is. De
'cut' naar een orgastisch gillende politiesirene is een pracht van een
poëtische climax.
Labels:
films uit de jaren '70,
Gordon Parks Jr.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten