woensdag 30 juli 2014

Fear Strikes Out

Honkbal is een mentaal spelletje. Al dat wachten. Keer op de keer uitgebreid de kans om na te denken en de directe tegenstander in de ogen te staren. De druk wordt van buiten én binnen opgevoerd. Een honkbalfilm combineren met een psychologisch drama is zodoende geen 'gek' idee. Fear Strikes Out is één van de eerste films van 'tall and slender' Anthony Perkins. Een honkbal-fysiek heeft hij niet, maar de klasbak tekent hier wel alvast in op die Psycho-casting. Mannen verdwaalt in hun hoofd, dat gaat 'm erg goed af. Op de soundtrack zet Elmer Bernstein de puntjes op de i. (Ik zeg niet dat ik Bernstein in het intro al herkende, maar je hoort wel meteen méér dan gebruikelijke kwaliteit.) Zoals het een Hollywood-film betaamt krijgen we een duidelijke verklaring voor de gekte. Er is een losse flodder over moeder 'always away', 'always gabbing', noem het de 'nature'. De film gaat echter om de 'nurture'. Karl Malden is op z'n Jack Nicholsons (of Milosevics) bezeten als de pa die wil dat 'wé' slagen in het honkbal. De film hamert zo consequent en rücksichtslos op zijn veeleisendheid dat de breakdown volkomen begrijpelijk is. Ook de episodes in het ziekenhuis zijn geloofwaardig. De 'psy' mag dan de bekende pijp roken, hij vermijdt iedere sentimentaliteit, en laat pa en zoon hun eigen gevecht voeren. De dokter schept slechts het kader dat dit kán gebeuren.

Geen opmerkingen: