woensdag 9 juli 2014
One Perfect Day
Danceparties lopen in cinema
altijd uit op ellende. Zelfs in One Perfect Day – dat toch een ode aan
de muziek denkt te zijn – gaat het weer clichématig mis. Er is
blijkbaar niets gevaarlijker dan een pilletje slikken als je intussen
beats hoort... De film opent in chiquere kringen. Een man met
loser-mutsje loopt met een kekke MD-recorder 'geluiden te vangen', en
heeft klassieke muziek-ambities. Ook al is die wereld, volgens de film,
een reservaat voor dode academici. Zelf speelt de jongen – heel
Songfestival-nep – de elektronische viool. Hoe vernieuwend! Toch is zijn
triomfmomentje, vroeg in de film, het schamele hoogtepunt hier. De
podiumkunsten worden doorsneden met het tragische dansfeestje. En even
later zit de man terug thuis in Australië te treuren om zijn zusje. Zei
ik treuren? Zonder muts lijkt ons hoofdpersonage op Kluun, en hij is een minstens even grote hypocriet. De rest van de abominabel slechte film
bekommert de man zich enkel om een nieuwe carrière. Als DJ! Dáár gebeurt
het. (Laurent Garnier, Underworld!) Trance Zen Dance, weet je wel.
Maffe Australiërs – die geheel toevallig ook de drugs aan zuslief hebben
geleverd – leren hem 'mixen' (lees: scratchen en lukraak aan fadertjes
plukken) en vervolgens kabbelen we op het ritme van snel weggedraaide
fragmenten richting finale. Vast de favoriete film van Tiesto en
Hardwell....
Labels:
films uit de jaren '00,
Paul Currie
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten