dinsdag 15 juli 2014
Outrage
B-films, zoals de
melodramas van RKO, plachten nog wel eens een taboetje te slechten.
Outrage is een van de eerste films over die over een verkrachting gaat,
vanuit vrouwelijk perspectief. Mala Powers wordt ook vóór de gruweldaad
al omringd door overijverige, creepy en bezitterige mannen. Zowel haar
pa als haar vriendje kun je daar rustig toe rekenen. Het onvermijdelijke
van wat er gaat komen wordt zo erg unheimisch. Tegenstribbelen lijkt
zinloos. Alsof je het maar beter kunt laten gebeuren. Daarna neemt het
hoofdpersonage een dappere keuze, die Simone de Beauvoir zou waarderen.
Powers gaat weg uit haar vertrouwde leventje, en gaat op eigen wankele
benen staan. De reisfase is weer eens erg kort, maar ook de eerste
scenes in een nieuwe omgeving zijn sterk. The working life op een
sinaasappelplantage. Opnieuw zijn er natuurlijk genoeg mannen die d'r
willen. De vreemdste en meest intrigerende rol is voor Tod Andrews. Hij
combineert op zijn Christopher Lasch linkse ideeën met diepe religiositeit, én een wat
ongemakkelijk paternalistisch conservatisme, waaraan de film dan toch
niet helemaal kan ontsnappen. Voor de beeldtaal grijpt regisseur Ida
Lupino terug op oude tijden. In die stomme cinema (M!) broeide het
seksuele gevaar toch altijd al sterk. Alsof juist taal het beest op
afstand kan houden.
Labels:
films uit de jaren '50,
Ida Lupino
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten