donderdag 5 juni 2014
Die Wand
Ik kreeg vooral zin om Zen en de Kunst
van het Motoronderhoud opnieuw te lezen. Gedurende Die Wand krijgen we
ten slotte ook gewoon een volledig boek te horen. Zoveel filosofische
voice-over werkt beter op papier. Nu bleef er niet veel hangen.. 'Een
mens kan geen dier worden, ze kukelt óver het dier heen de afgrond in',
vond ik wel een mooie. Een vrouw komt tot dit soort bespiegelingen
wanneer ze - in een dystopische variant op Robinson Crusoe - letterlijk
onder een 'glazen stolp' belandt. Er rest haar niets anders dan de dieren
in het bos, omringd door een onzichtbare grens. Ongetwijfeld een
metafoor voor depressie. Na een tijdje wíl de akelig onrustig dromende
vrouw helemaal geen andere mensen meer zien. (En veel pogingen om het
raadsel op te lossen doet ze dan ook niet.) Het spijtige aan de film is
dat alle potentiële 'situatie-spanning' alvast is geëlimineerd. Het
ontdekken van de wand gebeurt via een hond, en is alleen maar eng omdat
de kijker wéét dat het eraan zit te komen. De andere grote
gebeurtenis van de film wordt ruim van tevoren op voice-over
aangekondigd. Een beklemmende dagelijkse survival-film is het zo niet
geworden. Blijven de mooie maar haast overbodige plaatjes over. De koe
van Paulus Potter, de blaadjes van Altdorfer.
Labels:
films uit de jaren '10,
Julian Pölsler
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten