maandag 2 juni 2014
Matterhorn
Iedereen moet er nét te hard voor werken, maar dan vallen de stukjes aardig op hun plaats. Diederik Ebbinge's debuut is een aardig stukje absurdisme,
als een soort Loenatik voor volwassenen. De invloed van zowel Van
Warmerdam als Kaurismäki is ook heel duidelijk. Ton Kas speelt - met het
gezicht van Heracles-keeper Remco Pasveer na zijn zoveelste blunder - een typisch Kantiaans patronenmens. Stipt om zes uur wordt er
gebeden en gegeten: drie aardappelen, een stukje vlees en een onsje
sperziebonen. Dan komt er een vreemde bezoeker aanwaaien. René van 't
Hof doet het goed, in een lastige, bijna zwijgende rol. De twee vreemde
kerels sluiten een verstandhouding, en hoe meer borreltjes erin gaan hoe
maffer het wordt. Ondanks het plezier op kinderfeestjes (!) blijft de
film lange tijd wel erg afstandelijk, ook op de momenten dat dat niet meer
hoefde. Daartegenover staan gortdroge scenes, zoals die op het
reisbureau. (In twee minuten van 'Ik wilde eens informeren' naar 'kan ik
daar nog even over nadenken.') Al typende kan ik 'r toch moeilijk
laaiend enthousiast van worden, maar voor een debuut én een telefilm is
in elk geval hoopgevend. Porgy Franssen kan in een zwartekousen-bijrol
model staan voor de film. Eerst denk je 'hij weer', maar later worden
zijn gekke bekken alsnog tragikomisch.
Labels:
Diederik Ebbinge,
films uit de jaren '10
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten