zondag 6 juli 2014

Touki Bouki

Het is Animal Planet-week blijkbaar. In de openingsscène van Touki Bouki komt een jongen op een 'heilige koe' aanrijden. Tegelijkertijd klinkt het geluid van een brullende motor. Simpel en komisch. Dan verschijnt de motor werkelijk, met een stierenschedel op het stuur gemonteerd. De sequentie zet de toon voor anderhalf uur lang poëtisch associëren. Touki Bouki is een absolute pioniersfilm, en alleen al daarom een klassieker. 1973, Senegal. De nouvelle vague heeft Afrika bereikt. Regisseur Mambéty laveert ergens tussen Tati en Godard, maar wel op eigen termen. De film is een spoedcursusje in Afrikaanse dromen, maar wordt ook verteld áls een Afrikaanse droom. Van de hak op de tak. Soms onnavolgbaar, vaak onnavolgbaar grappig. De motorrijder heeft een Janelle Monae-achtige heldin als vriendin, en de twee beginnen een road trip op zoek naar geld – droom 1 – om naar het paradijs te trekken. (Europa, Droom 2.) Voor ze ook maar in de buurt komen van het doel raken ze echter afgeleid door... het neokolonialisme. (Droom 3.) Parades van Sinterklazen op schimmels (ik verzin dit niet), memorials voor De Gaulle... En de kleren van de (homoseksuele) keizer. Een dom Frans deuntje van Josephine Bakker begeleidt de schelmenstreken. Het laatste kwart werd de grap wat vermoeiend, maar tussen alle joie de vivre zit ook grimmige pijn. De getoonde beestjes (geiten, koeien) worden allemaal gekeeld... Blaxploitation maar dan anders.

Geen opmerkingen: